Gewelddadige geschiedenis van het sikhisme
Bij een schietpartij in de Verenigde Staten zijn zeker zeven mensen om het leven gekomen. Het doelwit van de schutter waren mensen die het sikh-heiligdom de Gouden Tempel bezochten. Het sikhisme is een monotheïstische geloofsovertuiging, die opkwam aan het einde van de 15e eeuw. Ook toen waren de aanhangers vaker het doelwit waren van geweld en onderdrukking.
Goeroe Nanak werd op 20 oktober 1469 geboren in het dorpje Talwandi, in het tegenwoordige Pakistan. Hij was de zoon van een Hindoeïstische koopman en was als kleine jongen al gefascineerd door religie en mystiek. Elke ochtend daalde hij af naar de rivier om te baden en te mediteren. Toen hij 28 was keerde hij na drie dagen pas terug van dit bezoek, waarna hij verkondigde de ware religie te hebben gevonden. Hij begon daarna rond te reizen in India, Perzië en Arabië om zijn geloof te verkondigen.
Goeroe’s
Het woord sikh betekent discipel, en de volgelingen van Goeroe Nanak waren dus de discipelen van de ene god. Het geloof van Goeroe Nanak, het sikhisme, werd een monotheïstische godsdienst en verspreidde zich snel in India en Pakistan. Vooral de Indiase streek Punjab werd het centrum van het sikhistische geloof. Goeroe Nanak werd als leider van het sikhisme opgevolgd door een tweede goeroe, waarvan er uiteindelijk nog acht zouden volgen. De goeroes gaven de tradities van het sikhisme door op hun opvolgers en voegden zelf tradities toe aan het geloof.
Onderdrukking
In de 16e eeuw kwam een nieuw rijk op in India, namelijk het Mogolrijk dat werd gesticht door de nakomelingen van Genghis Khan. Dit keizerrijk was islamitisch en de Mogolheersers eisten dat hun onderdanen dat ook waren. Het sikhisme werd onderdrukt en een aantal goeroes, waaronder de vijfde Goeroe Arjan en de negende Goeroe Tegh Bahadur, werden geëxecuteerd.
Khalsa: krijgers van het sikhisme
De tiende en laatste goeroe, Gobind Singh, riep in 1699 veel van zijn geloofsgenoten bijeen in een grote tent. Hij vroeg drie keer om een vrijwilliger die zijn hoofd op wilde offeren. Na de derde keer bood een vrijwilliger zich aan. Gobind Singh nam de vrijwilliger mee naar een andere tentkamer en kwam terug met een bebloed zwaard. Zo vroeg hij nog vier vrijwilligers, die hij mee naar achteren nam. Na het laatste offer liet hij zien dat de vijf vrijwilligers nog leefden; hij had willen zien of ze hun leven durfden te geven voor het sikhisme. Deze vijf fanatici vormden de basis voor de Khalsa, dat een krijgerorde zou worden. De Khalsa namen het op zich om het sikhisme te verdedigen tegen onderdrukking.
Britten en de Amritsar slachtpartij
In 1845 viel het Britse rijk de sikhs en hun grondgebied aan. Nadat de sikhs werden verslagen in 1849, ondervonden de Britten en sikhs dat ze veel gemeen hadden. De sikhs groeiden daarna uit tot een belangrijk onderdeel van het Britse koloniale leger. Aan deze gemeenschappelijke vriendschap kwam in 1919 een eind toen de Britse koloniale officier E.H. Dyer onterecht dacht dat er een opstand op touw was. Hij gaf bevel om het vuur te openen op de sikh bevolking in de sikh-hoofdstad Amritsar, waarbij ongeveer duizend mensen werden gedood.
Afgelopen zondag werd eveneens op sikhs geschoten, ditmaal bij het sikh-heiligdom de Gouden Tempel in de Verenigde Staten. Zeven mensen kwamen daarbij om het leven. De schutter, vermoedelijk een 40-jaar oude blanke veteraan, handelde mogelijk uit racistische overwegingen.
