Britse koninklijke geboortes

Er hing een briefje aan het hek van het Buckingham Palace in 1982 met de boodschap dat prinses Diana een zoon had gekregen. 31 jaar later verwacht deze prins zelf een kind met prinses Kate. Geboortes in het Britse koningshuis kennen een lange traditie, die in de 20e eeuw echter veranderden.

Geboortes binnen de Britse koninklijke familie zijn omgeven van tradities. De laatste decennia kiezen de aanstaande ouders echter steeds vaker voor hun eigen wensen, in plaats van vast te houden aan de gebruiken.

Ministers bij de koninklijke geboorte

Tot en met de geboorte van prinses Alexandra in 1936 was het in Groot-Brittannië gebruikelijk dat er tenminste één afgevaardigde van de Britse regering aanwezig was bij de bevalling. Dit gebeurde al sinds de geboorte van de zoon van koning James II, James Francis Edward Stuart in 1688. Volgens geruchten zou zijn vrouw, Maria, namelijk een miskraam hebben gehad, waarna het dode kind stiekem voor een gezonde baby zou zijn ‘gewisseld’. Om zeker te zijn dat het kind een rechtmatige koninklijke baby was moest er dus een ‘onafhankelijke’ waarnemer zijn.

Geboorte van prins Charles

Koning George VI besloot in 1948 dat de aanwezigheid van een waarnemer onnodig was. Prinses Elizabeth vond het zelf geen probleem, maar de geboorte van prins Charles vond toch in besloten kring plaats. De bevalling was op 14 november 1948 in het Buckingham Palace, waar een speciale ziekenhuiskamer was ingericht. Prinses Elizabeth’s echtgenoot, prins Philip speelde ondertussen een potje squash met een vriend. Het was toen nog ongebruikelijk dat de man aanwezig was in de kraamkamer. De keuze voor het goed beveiligde en rustige Buckingham Palace en de afwezigheid van buitenstaanders zorgde ervoor dat er de eerste twee weken nauwelijks nieuws over het pasgeboren kind naar buiten kwam.

Leestips-boek

Queen

€ 34.95

Prinses Diana bevalt in het ziekenhuis

Toen prins Charles en prinses Diana in de herfst van 1981 aankondigden in verwachting te zijn, waren zij veel opener tegenover de pers dan hun voorgangers. Diana sprak openlijk over haar zwangerschap en koos er voor om als eerste lid van de koninklijke familie te bevallen in een ziekenhuis in plaats van in een paleis. Prins William werd op 21 juni 1982 geboren in het St.Mary’s Hospital in het centrum van Londen. Prins Charles was bovendien aanwezig, waarmee hij een lange traditie doorbrak. Alleen prins Albert had dat aan het begin van de 20e eeuw ook gedaan. De aankondiging van de geboorte gebeurde nog wel op de traditionele manier, met een kort bericht op het hek van het Buckingham Palace. In 1982 stond daarop dat de prinses een jongetje had gekregen en dat zij beiden in goede gezondheid waren. In vrijwel alle steden in Groot-Brittannië kondigde een omroeper op een publieke plaats de geboorte aan. Bij de Tower of London en in Hyde Park vuurden militairen 41 saluutschoten af, 21 daarvan zijn gebruikelijk bij saluten, de extra 20 vanwege de koninklijke locaties.

William en Kate

Veel van de oude tradities zijn in de 20e eeuw verloren gegaan. Eigenlijk is alleen de aankondiging van de geboorte ongewijzigd gebleven. Kate heeft ook voor het St.Mary’s Hospital gekozen, maar de grootste verandering zal naar verwachting de aanwezigheid van vrouwelijke familieleden van Kate tijdens de bevalling zijn. In de 15e eeuw was Elizabeth van York de laatste die dat deed.