Conservator Renger de Bruin over de Vrede van Utrecht
“De Vrede van Utrecht is een keerpunt in de wereldgeschiedenis en betekende het einde van een reeks oorlogen die Europa al twee eeuwen teisterde.” Aan het woord is Prof. dr. Renger de Bruin, conservator bij het Centraal Museum. In een interview met IsGeschiedenis vertelt hij over de tentoonstelling ‘In Vredesnaam’ en over de Vrede van Utrecht, die dit jaar precies 300 jaar geleden ondertekend werd.
Als conservator stadsgeschiedenis bij het Centraal Museum in Utrecht is Renger de Bruin een van de mensen die zich bezig heeft gehouden met de invulling van de tentoonstelling ‘In Vredesnaam’, die naast de vele andere activiteiten een historische achtergrond zal bieden bij de viering van de Vrede van Utrecht. Over de tentoonstelling vertelt hij dat ‘het idee voor ‘In Vredesnaam’ ontstaan is op het moment dat er initiatief werd genomen om de vrede te gaan herdenken.’ Als een historicus die vooral geïnteresseerd is in de 18e en 19e eeuw, was De Bruin daar vanaf het begin in 2003 bij betrokken. “We vonden dat we toch eens wat met die Vrede moesten gaan doen. We zetten de Vrede in de tentoonstelling dan ook neer als een belangrijk keerpunt in de wereldgeschiedenis.”
Kansrijke onderneming
De Bruin vertelt wat de Vrede van Utrecht tot een historisch keerpunt in de geschiedenis maakte. “Als uitgangspunt voor de onderhandelingen werd in 1713 gestreefd naar een duurzame vrede. Die intentie zien we natuurlijk terug in elk vredesverdrag. Wat de Vrede van Utrecht anders maakte dan bijvoorbeeld die van Westfalen, is dat de vrede daadwerkelijk voor lange tijd gehandhaafd bleef.” De Bruin legt uit dat het, achteraf bezien, wel logisch is dat de Vrede van Utrecht zo succesvol was. “Bij bijvoorbeeld de Vrede van Nijmegen in 1678 zien we dat er toch wel veel conflictstof bleef liggen. Met de Vrede van Utrecht werd een aantal langslepende problemen, zoals de Spaanse Successieoorlog, compleet opgelost. In dat opzicht was het van begin af aan al een kansrijke onderneming.”
De keuze voor Utrecht
In de 18e eeuw was het gebruikelijk dat vredesonderhandelingen bij de winnende partij werden georganiseerd. “Engeland had destijds de sterkste troef in handen, maar de Britse regering wilde niet in eigen land onderhandelen. In het thuisland hadden ze te maken met een krachtige oppositie, en de regering wilde deze buiten de onderhandelingen houden.” De Nederlandse Republiek had het voordeel dat deze ongeveer tussen Engeland en Frankrijk in lag. “In de 18e eeuw kon men nog geen e-mail sturen of elkaar even opbellen, dus werd er met koeriers gecommuniceerd. Zowel vanuit Westminster als vanuit Versailles was de Republiek in ongeveer een week te bereiken.” Verder was volgens De Bruin de keuze voor Utrecht ‘vooral vanuit een verkeerstechnisch oogpunt het meest praktisch.’
De stad Utrecht had prachtige brede straten en pleinen, waar je eenvoudig koetsen kon parkeren en gemakkelijk langs elkaar heen kon rijden zonder ruzie te krijgen.
Vrijstelling op wijn- en bieraccijnzen
De komst van de ongeveer 500 tot 1000 buitenlanders had volgens De Bruin ‘zeker op korte termijn grote consequenties voor de stad Utrecht. Kroegbazen, banketbakkers, huizenverhuurders en bordeelhouders dachten dan ook echt financieel binnen te kunnen lopen.’ Zo werden huizen verhuurd tegen een prijs die bijna gelijk was aan de waarde van het pand. “Als er dan betaald werd, was dat goed verdienen. Maar dat gebeurde lang niet altijd. Zo had de Franse gezant Melchior de Polignac tien jaar na de Vrede van Utrecht nog een huurschuld uitstaan van 4000 gulden!” De stad zelf profiteerde ook van extra belastinginkomsten, ondanks dat ‘juist tijdens de vredesonderhandelingen allerlei belastingvrijstellingen werden ingesteld, als lokkertje voor de gezanten.’ Als een van de meest opmerkelijke besluiten noemt De Bruin de vrijstelling op wijn- en bieraccijnzen. “Je ziet dat het personeel van de gezanten daardoor op grote schaal in bier en wijn ging handelen. Deze buitenlandse gasten hadden de mogelijkheid om als het ware ‘taxfree te shoppen’. Daardoor liepen de stad en de lokale middenstand best wat inkomsten mis.”
Begin van de moderne diplomatie
De Vrede van Utrecht wordt vaak gezien als een van de allereerste voorbeelden van modern diplomatiek overleg. “Maar dan wel met de techniek van toen”, vertelt De Bruin. “Gelijkwaardigheid voor alle gezanten was in de 18e eeuw erg belangrijk bij de organisatie van dergelijke besprekingen. In de onderhandelingszaal werden ongelijke ruimtes en ingangen daarom weggewerkt met kamerschermen. De Utrechtse stadssecretaris Everard Harskamp, die verantwoordelijk was voor de organisatie, is zelfs bij zijn schoonmoeder langs geweest om zulke schermen te lenen. Vanwege het nastreven van gelijkwaardigheid in alles heeft Harskamp ook stad en land af moeten zoeken naar ronde tafels.” Volgens De Bruin zijn de onderhandelingen van de Vrede van Utrecht verder wel degelijk een voorbode van de moderne diplomatie. “We zien zelfs heuse Europese gedachten zich ontvouwen in de verdragsteksten. Men sprak daarnaast allemaal dezelfde taal, dat was tot dan toe ongekend. Moest bij eerdere verdragen de tekst nog in verschillende talen opgesteld worden, in 1713 was je echt een debiel als je geen Frans sprak.
Uitkomst Vrede van Utrecht
Ze probeerden het verdrag zoveel mogelijk dicht te timmeren. Er werden afspraken gemaakt tot op de vierkante millimeter.
De Vrede van Utrecht betekende strikt genomen het einde van de Spaanse Successieoorlog, maar volgens De Bruin bleef het daar niet bij. “Het vredesverdrag maakte een einde aan een hele reeks van oorlogen en conflicten. Het was de oplossing van de godsdienstoorlogen die in de 16e eeuw met de opkomst van het protestantisme begonnen waren.” Er was overigens geen sprake van één enkel ondertekend verdrag, maar van een serie van twintig verschillende bilaterale vredesverdragen, die tot in de kleinste details uitgewerkt werden. Er moesten koste wat kost geen ‘hete hangijzers’ onbehandeld blijven. “Voor sommige landen lagen er nog moeilijke punten. Vaak zijn die uitgebreid in Utrecht besproken, maar pas later op een andere plaats ondertekend”, vertelt De Bruin. Concreet markeerden de verdragen uiteindelijk het einde van de dreiging van een Franse of Spaanse katholieke overheersing en was het een victorie voor Engeland, dat het monopolie op de slavenhandel in Zuid-Amerika en het Caribische gebied in handen kreeg. Dit maakte Engeland in de 18e en 19e eeuw tot een wereldmacht.
Vergeten vrede
Nederland kwam er een stuk minder goed vanaf. “De Vrede van Utrecht betekende eigenlijk gewoon het einde van de Gouden Eeuw”, aldus De Bruin. “De Nederlanders hebben destijds niet goed onderhandeld. Onze onderhandelingsdelegatie zat niet op één lijn, en moest veel meer dan de andere onderhandelaars rekening houden met de publieke opinie.” Dit heeft ervoor gezorgd dat de Vrede van Utrecht in Nederland tegenwoordig relatief onbekend is, in tegenstelling tot bijvoorbeeld Engeland, waar de vrede als ‘historisch wapenfeit’ algemeen bekend is.
De publiciteit die het evenement ‘Vrede van Utrecht’ met zich meebrengt, zal volgens De Bruin de beeldvorming in Nederland veranderen. “Als mensen straks de tentoonstelling ‘In Vredesnaam’ bezoeken, en dan het authentieke vredesverdrag, een 17e eeuws scheepsmodel, of de originele toegangspoort en een tafeltje uit die tijd zien, dan hoop ik toch dat ze de Vrede van Utrecht niet snel meer zullen vergeten.”
De tentoonstelling ‘In Vredesnaam’ is van 11 april t/m 22 september 2013 te zien in het Centraal Museum te Utrecht. Meer informatie via deze link.
Leestip:
De Vrede van Utrecht (1713)
Auteur: David Onnekink en Renger de Bruin
Uitgever: Verloren
ISBN: 978-90-8704-312-4
Prijs: €15,–