De ‘corrupt bargain’ bij de presidentsverkiezingen van 1824 brengt een einde aan Amerikaanse saamhorigheid
De periode van 1815 tot 1824 staat in de geschiedenis van de Verenigde Staten bekend als de Era of Good Feelings. Het einde van de Oorlog van 1812 bracht welvaart met zich mee en door sterke nationalistische gevoelens was er nog maar één politieke partij en was er dus nauwelijks sprake van oppositie. In het land leek een sfeer van eenheid te hangen. President Monroe, die in 1816 tot president werd verkozen, wist dit gevoel goed te gebruiken én in stand te houden. Met de presidentsverkiezingen van 1824 kwam er een abrupt einde aan deze tijd van saamhorigheid.
Na twee ambtstermijnen moest de populaire president James Monroe het stokje doorgeven aan een nieuwe president. Hoewel het land slechts één politieke partij kende, waren er wel verschillen in politieke opvattingen tussen regio’s. Als gevolg hiervan vaardigden de verschillende regio’s presidentskandidaten af met verschillende agenda’s. Dit zorgde ervoor dat er bij de presidentsverkiezingen van 1824 daadwerkelijk wat te kiezen viel. Er waren maar liefst vier verschillende kandidaten voor het hoogste ambt: William Crawford, Henry Clay, Andrew Jackson en John Q. Adams, zoon van voormalig president John Adams.
De presidentskandidaten
Alle vier de kandidaten kwamen uit verschillende regio’s en hadden verschillende sterke en zwakke kanten. Minister van financiën William Crawford mocht dan veel politieke ervaring hebben, een jaar eerder had hij een beroerte gehad, die grote impact had op zijn gezondheid. Henry Clay werd als vakkundig en ambitieus gezien, maar had een reputatie van flinke drinker en fervent gokker opgebouwd. Andrew Jackson had als generaal veel succes gekend, maar stond ook bekend om zijn korte lontje. Tot slot had Adams brede steun in het dichtbevolkte New England, maar veel mensen zagen hem ook als een oersaaie man.
Nadat de bevolking gestemd had, waren de staten verdeeld over wie de volgende president moest worden. Andrew Jackson kreeg 99 stemmen van het kiescollege, Adams kreeg er 84, Crawford 41 en Clay slechts 37. Doordat geen enkele kandidaat de benodigde 131 stemmen had gehaald om een absolute meerderheid van het kiescollege te krijgen, kon niemand direct president worden. Gelukkig was er een oplossing te vinden in het in 1804 aangenomen 12e amendement op de grondwet.
Weer naar het Huis van Afgevaardigden
Voor de tweede keer in 24 jaar moesten de verkiezingen beslist worden door het Huis van Afgevaardigden. Waar dat bij de verkiezing van 1800 gebeurde doordat twee kandidaten met evenveel kiesmannen achter zich waren geëindigd, moest het nu dus omdat geen enkele kandidaat de verplichte meerderheid had. Zoals het 12e amendement voorschreef moest het Huis kiezen uit de drie hoogst geëindigde kandidaten. Henry Clay viel hiermee definitief af.
Toch had Clay een cruciale rol in het verdere proces voor het kiezen van het hoogste ambt. Hij was namelijk voorzitter van het Huis van Afgevaardigden en was populair bij veel leden. Achter de schermen begon hij zijn steun uit te spreken voor John Q. Adams en probeerde afgevaardigden te overtuigen dat Adams de meest geschikte kandidaat voor het presidentschap was. In januari van 1825, toen het Huis kon stemmen, bleek dat hij hier succesvol in was. Van de 24 staten moest een kandidaat 13 staten achter zich krijgen, een absolute meerderheid. Adams kreeg, mede door de steun van Clay, 13 staten achter zich, terwijl Jackson 7 staten naar zich toe wist te trekken. Crawford wist slechts 4 staten te overtuigen van zijn geschiktheid. De uitslag was opeens anders dan bij de oorspronkelijke verkiezingen. Daar had Jackson namelijk de meeste stemmen gekregen, terwijl Adams achter hem kwam. Het Huis van Afgevaardigden stemde net andersom. Zo werd Adams de zesde president van Amerika, ondanks dat Jackson oorspronkelijk de meeste stemmen en meeste kiesmannen had gekregen.
‘Corrupt bargain’
Andrew Jackson, die dus bekend stond om zijn korte lontje, was woedend over het feit dat het Huis hem voorbijging. In een anonieme brief die werd gepubliceerd in een krant uit Philadelphia, werd Clay ervan beschuldigd dat hij een afspraak had gemaakt met Adams. De schrijver insinueerde dat Clay het Huis zou hebben overtuigd om voor Adams te stemmen, om in ruil daarvoor Secretary of State te worden, vergelijkbaar met onze minister van buitenlandse zaken. Dit werd gezien als de meest invloedrijke positie binnen het kabinet en was vaak een opstapje naar het presidentschap. De anonieme schrijver noemde het ‘the corrupt bargain’, de corrupte overeenkomst. Ondanks dat zowel Clay als Adams deze beschuldigingen ontkenden, gaf de nieuwe president de belangrijkste ministerpost wel aan Clay.
Hierdoor werden de speculaties onder de aanhangers van Andrew Jackson, die de term ‘corrupt bargain’ gretig overnamen, alleen maar groter. Adams en Clay bleven volhouden dat er vooraf geen afspraak gemaakt is, iets wat ze allebei tot hun dood zouden blijven doen, maar daar geloofden de aanhangers van Jackson helemaal niks van. Zij praatten over hem alsof hij een volksheld met het statuur van George Washington was en wilden dat hun leider terug zou slaan. De woedende Jackson, gesteund door zijn volgers, trok zich terug naar zijn thuisstaat Tennessee om zijn terugkeer naar Washington D.C. voor te bereiden.
Jackson slaat terug
Jackson voelde zich niet meer gesteund door zijn eigen politieke partij, dus besloot hij zijn eigen partij op te richten. In 1828 stichtte hij, samen met Martin van Buren, de Democratische Partij. Datzelfde jaar deed hij weer mee aan de presidentsverkiezingen, waarbij hij het opnieuw zou opnemen tegen John Q. Adams. Dit keer wist Jackson een overtuigende winst binnen te slepen, waarbij hij 178 stemmen van het kiescollege kreeg, terwijl Adams maar 83 stemmen kreeg. Met die absolute meerderheid werd Andrew Jackson, vier jaar na zijn eerste poging, alsnog de nieuwe president van de Verenigde Staten.
Door de gebeurtenissen in 1824 was de eenheid in het land flink afgenomen. John Q. Adams was niet populair bij het volk, waardoor het gevoel dat hij het presidentschap gestolen had bleef hangen. Door de oprichting van Jacksons nieuwe partij waren er weer twee grote partijen op het landelijke toneel, wat in de bevolking voor een tweedeling zorgde. De Era of Good Feelings was definitief voorbij.
Bronnen:
- Frans Verhagen, De Amerikaanse president: geschiedenis van het machtigste ambt ter wereld (2024)
- Brittanica: United States presidential election of 1824
- History: When the 1824 Presidential Election Ended in an Electoral Tie, Controversy Ensued
- Miller Center: ‘Corrupt bargain’
- Brittanica: Era of Good Feelings