Geen afbeelding beschikbaar

IG Farben: industriebedrijf van het naziregime

Adolf Hitler slaagde er in relatief korte tijd in één van de sterkste legers ter wereld te creëren. Dit was hem echter nooit gelukt wanneer hij geen steun kreeg van een aantal van de belangrijkste industriëlen uit het land. Financiële en materiële steun stelden Hitler in de jaren dertig in staat grootschalige propaganda te voeren en dit later om te zetten in de praktische uitvoering ervan. IG Farben was in die tijd het grootste Duitse bedrijf en het derde grootste van de wereld. De industriële gigant had nauwe banden met het naziregime en oefende directe invloed uit in kamp Auschwitz.


Duitse chemische industrie


In de tweede helft van de 19e eeuw werkte de Duitse chemische industrie succesvol samen met een aantal vooraanstaande Duitse wetenschappers. Zo ontwikkelde de industrie in deze tijd kunstmatige kleurstoffen, aspirine en synthetische ammoniak voor kunstmest. Al snel bleek echter dat deze ontwikkelingen ook nuttig waren voor oorlogstoepassingen, zoals het aanmaken van explosieven. De bedrijfsleiders realiseerden zich dat samenwerking de beste optie was om de Duitse politiek te beïnvloeden.


Eerste Wereldoorlog


Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd dit plan geconcretiseerd. De Duitse legerleiding kampte met een tekort aan grondstoffen voor de oorlog, waarna de regering besloot de Duitse chemische industrie financieel te ondersteunen. Zo werd het bijvoorbeeld mogelijk voor de Duits-Joodse wetenschapper Fritz Haber gifgassen als chloor- en mosterdgas te ontwikkelen. Later ontwikkelde hij ook Zyklon-B, dat in de Tweede Wereldoorlog werd gebruikt in de gaskamers. Hoewel voor Duitsland de Eerste Wereldoorlog uitliep op een deceptie, wist de chemische industrie zich te consolideren. De grootste bedrijven gingen een samenwerking aan om hun positie te versterken. Uit deze fusie ontstond uiteindelijk Interessengemeinschaft Farbenindustrie.


Interbellum – Bloeiperiode


Gedurende het interbellum groeide IG Farben flink. De omzet werd verdrievoudigd en het had een monopolie op de Duitse chemische industrie. Ook internationaal vergaarde de industriekolos bekendheid door zijn grote aandeel in de industrie van andere Europese landen en de Verenigde Staten. Tijdens het interbellum groeide de populariteit van de auto. Brandstoffen en synthetisch rubber waren nodig voor de productie en het gebruik ervan. Grondstoffen waren schaars in Duitsland en de chemische industrie ging dan ook een belangrijke rol vervullen in de ontwikkeling van kunststoffen.


Interbellum – Samenwerking nazipartij


Tijdens de economische depressie kreeg IG Farben subsidies van de regering om de werkzaamheden door te kunnen zetten. De angst voor het communisme en de regeringssubsidies die het kreeg, deden de leidinggevenden beslissen de nazipartij financieel te ondersteunen. Deze partij moest volgens hen zorgen voor een stabiel sociaal, politiek en economisch klimaat. Op 27 februari 1933 maakte de IG 400.000 Reichsmark over aan de partij en al snel namen de schenkingen toe in hoeveelheid en kwantiteit. Door de anti-Joodse nazipolitiek verlieten veel topwetenschappers het bedrijf en werd de industrie steeds meer afhankelijk van de grillen van het naziregime.


Tweede Wereldoorlog – Buna-fabriek


Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog was IG Farben de belangrijkste producent van de Duitse oorlogsindustrie. Om de oorlogseconomie draaiende te houden en ook in het oosten een industrie op touw te zetten, besloot IG Farben een nieuwe Buna-fabriek (synthetisch rubber) te creëren in Auschwitz. Deze plek werd niet alleen gekozen vanwege de goede spoorwegverbindingen en de koolmijnen, maar ook omdat het aldaar aanwezige concentratiekamp een bron van goedkope arbeiders vormde. In november 1940 begonnen honderden gevangenen aan de bouw van de nieuwe fabriek.


Tweede Wereldoorlog – Buna/Monowitz concentratiekamp


In 1941 maakte IG Farben plannen voor een subkamp van Auschwitz, zodat de gevangenen niet op en neer hoefden te lopen van het basiskamp Auschwitz I naar de bouwplaats. In maart 1942 werd begonnen aan de bouw van het concentratiekamp Buna/Monowitz (of Auschwitz III), dat de werkzaamheden van IG Farben moest versnellen. Het kamp werd gebouwd in het Poolse dorpje Monowitz, wiens inwoners gedwongen moesten verhuizen. Ondertussen betaalde het bedrijf ook de medische experimenten die Josef Mengele uitvoerde op gevangenen en werden vrouwelijke gevangenen ter beschikking gesteld om te dienen als proefpersoon voor het testen van farmaceutische producten. In oktober en november 1942 arriveerden de eerste 2100 gevangenen en in de twee jaar daarna werden duizenden joodse gevangenen uit Auschwitz I tewerkgesteld in Buna/Monowitz. Voor een subkamp was Buna/Monowitz ongebruikelijk groot. In totaal werden er zo’n 27.000 arbeiders gevangen gehouden, waarvan de meeste omkwamen door de zware werkomstandigheden, slechte kleding en voedseltekort. Anderen werden alsnog vergast in de gaskamers van het vernietigingskamp Auschwitz II-Birkenau. De Buna-fabriek kwam door tekort aan (gezonde) arbeiders en materiaal en de geallieerde luchtaanvallen nooit helemaal af en produceerde gedurende de oorlog maar zeer kleine hoeveelheden synthetisch rubber.


Einde oorlog, einde IG Farben


Toen bleek dat de oorlog verloren zou worden vernietigde IG Farben zo veel mogelijk documenten om hun betrokkenheid bij de holocaust te verdoezelen. De bedrijfsleiders van het bedrijf doken vanaf 1944 onder achter de westerse linies. Na enkele maanden werden 23 van hen opgepakt en berecht. Slechts enkele van de bedrijfsleiders kregen uiteindelijk een gevangenisstraf en zij kwamen meestal al snel weer vrij. Hierna namen zij opnieuw plaats in de bestuursraden van de Duitse industrie of vervulden zij politieke functies. De meeste fabrieken van IG Farben die oorlogsmaterialen produceerden werden ontmanteld door de geallieerden. In sommige gevallen werden de fabrieken echter genationaliseerd, waardoor de oorspronkelijke bedrijven van voor de fusie weer nieuw leven in werden geblazen. IG Farben betaalde alle joodse arbeiders die er tijdens de oorlog gewerkt hadden een compensatiebedrag. Niet-joodse gevangenen kregen niks.

Landen: 

Personen: 

Tijdperken: 

Lees het eerste jaar Geschiedenis Magazine extra voordelig én kies een welkomstcadeau!

De wieg van de Zijderoute

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.

GM 2 cover - nu in de winkel

Het tweede nummer van 2024 is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

Vergeten D-Day: Italië, 1943

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.

Saga vikingen

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.