Nationale feestdag van Bhutan
Op 8 augustus viert Bhutan zijn onafhankelijkheid. Het kleine land ligt in de Himalaya en wordt omringd door China en India. Tot de 17e eeuw was Bhutan het toneel van elkaar bestrijdende stammen en vorstendommen. Vanaf de negende eeuw had het Boeddhisme grote invloed in het gebied, vanwege een toestroom van boeddhistische vluchtelingen uit het aangrenzende Tibet.
In 1616 vluchtte een lama (Tibetaanse abt) vanuit Tibet naar Bhutan. Zijn naam was Ngawanag Namgyal. Hij wordt gezien als de grondlegger van het koninkrijk Bhutan, of zoals hij en de Bhutanen het zelf noemen: Druk Yul; het Land van de Draak. Namgyal wendde zijn religieuze gezag aan om Bhutan te verenigen. Dat lukte, en de lama werd de eerste Shabdrung, heerser van Bhutan. Eén van de nog steeds zichtbare erfenissen van Namgyal zijn de dzongs: versterkte nederzettingen die zowel tempel als bestuurscentrum waren. Ngawanang Namgyal overleed in 1651. Na zijn dood viel het rijk weer uit elkaar. De verschillende dzongs betwistten elkaar de macht.
Pas in 1885 slaagde Ugyen Wangchuck er in Bhutan weer te verenigen. Dat deed hij onder andere door nauwe banden aan te knopen met de Britten in India. In 1907 werd Wangchuck gekozen tot erfelijk koning van het land. Wangchuck stimuleerde de handel en introduceerde onderwijs dat op westerse leest geschoeid was. Drie jaar later, in 1910, tekende hij een verdrag met Engeland: het verdrag van Punakha, waarin werd vastgelegd dat de Britten zich niet met de binnenlandse zaken van het land zouden bemoeien, mits de koning bereid was voor zijn buitenlands beleid Brits 'advies' te accepteren. In praktijk werd Bhutan daarmee een protectoraat van Groot Brittannië, dat een bufferstaat goed kon gebruiken tegen China.
Ugyen Wangchuck overleed in 1926 en werd opgevolgd door zijn zoon Jigme Wangchuck. Tijdens diens regering verkreeg Bhutan weer zijn volledige onafhankelijkheid. In 1947 werd India onafhankelijk van Groot Brittannië, en daarmee eindigde ook de Britse bemoeienis met Bhutan. Twee jaar later, op 8 augustus 1949, tekenden de regeringen van Bhutan en India een vriendschapsverdrag, wat erg leek op het verdrag van Punakha, alleen was het nu India dat Bhutan zou gaan 'adviseren' in buitenlands beleid.
Vanaf de jaren 50, onder druk van de Chinese expansie waardoor onder andere Tibet door China bezet werd, kwam Bhutan uit het isolement waarin het eeuwen had verkeerd. Steun zoekend tegen het gevaar van Chinese annexatie knoopte het banden aan met andere Aziatische landen, moderniseerde in snel tempo de wetgeving, de infrastructuur en het leger, en werd in 1971 lid van de Verenigde Naties.