Roosje Glaser: De Joodse vrouw die overleefde door te dansen

WOII verborgen feitenJarenlang was haar (oorlogs)verhaal niet meer dan een persoonlijk verhaal. Tot het moment dat Paul Glaser besloot het verhaal van zijn tante Roosje te delen door middel van een boek, een theatervoorstelling en een expositie gebaseerd op haar dagboeken, brieven, fotoalbums en gesprekken die hij met haar voerde. Met behulp van citaten uit het boek wil de redactie graag het verhaal van Roosje overbrengen.

Leo Crielaars

Roosje trouwde vlak voor de Tweede Wereldoorlog met Leo Crielaars, een eigenaar van een dansschool en tevens haar danspartner. Samen trokken zij in bij zijn broer, Marinus. In het boek staat hierover: “Zijn broer blijkt een enthousiast bewonderaar te zijn van de nationaalsocialistische beweging in Duitsland. Als ik daarover hardop mijn mening geef, ontstaan al snel spanningen in huis.” Na een tijdje ging Leo steeds meer mee met de ideeën van zijn broer: “Heb je Mein Kampfniet gelezen? De Joden zullen uitgemoord worden. Misschien heb jij geluk omdat je met mij getrouwd bent en zullen ze jou alleen maar naar Palestina sturen”.

De Duitsers vallen binnen

Roosje gaat weg bij Leo en zet haar eigen dansschool op. Enige tijd later vallen de Duitsers binnen: “Koningin Wilhelmina is naar Engeland gevlucht. Ik vind dat maar laf, en misdadig tegenover de achterblijvende Nederlanders. Met de komst van de Duitsers komt nu ook de nieuwe orde waar Marinus en Leo vaak over hebben gesproken. Ik maak me zorgen en herinner me nog levendig hoe zij over het Jodenvraagstuk dachten.”

In de gevangenis

Nadat Roosje een relatie begint met Ernst Wettstein, vraagt hij haar mee te gaan naar Zwitserland. Roosje wil echter eerst het dansseizoen afmaken, omdat zij anders haar leerlingen teleurstelt. Roosje wordt echter gevangengenomen nadat haar ex-man Leo een brief naar de politie heeft gestuurd met daarin beschuldigingen richting Roosje: “Hij begint een brief voor te lezen waarin ik ervan beschuldigd word van Joodsen bloede te zijn (ik kan het ook niet helpen…) en geen ster te hebben gedragen, mij in het openbaar in restaurants, sportcentra, bioscopen enzovoorts te begeven, na acht uur op straat te zijn, te reizen zonder vergunning, enfin… ik doe alles wat in die tijd officieel voor mij verboden is.” Na zes weken wordt ze vrijgelaten.

Onderduiken

Haar vader krijgt een oproep om zich te melden voor het werkkamp, hem werd beloofd dat de rest van zijn familie met rust gelaten wordt. Rond deze tijd helpt Roosje mensen onderduiken die niet naar de werkkampen willen: “In het schuurtje achter ons huis laten we ze een of twee dagen blijven, wij verwijderen de Jodenster van hun kleding, zorgen voor eten en dekens en als het lukt, regelen we via de broer van Fran nieuwe papieren. Vandaar brengen we ze dan naar een ander adres dat voor de onderduik zorgt.” Op 26 augustus 1942 komt er echter ook voor Roosje, haar moeder en haar broertje een oproep om naar Westerbork te gaan. Haar broertje vertrekt direct met de noorderzon, en laat alleen een briefje achter met: “Ontplof, rotmof.” Roosje en haar moeder weten met behulp van Kees – Roosje’s oude minnaar – en een vervalste identiteit onder te duiken bij de Nederlander Henk Coljee en zijn Duitse echtgenote Magda Coljee.

Opnieuw verraad

“Ik had wel eens gehoord dat het soms beter is om in het hol van de leeuw te wonen; mevrouw Coljee is Duitse, haar man lid van de NSB, dus bij haar zullen ze ons niet zo gauw zoeken.” Roosje had er echter geen rekening mee gehouden dat Kees hen zou verraden voor een klein geldbedrag dat hij daarvoor van de Duitsers kreeg. Op 6 oktober 1942 worden Roosje en haar moeder door een politieman opgepakt.

Kamp Westerbork

Al snel worden zij naar Westerbork gestuurd. Roosje is bang om naar Polen gestuurd te worden, waar zij slechte verhalen over hoort. Om dit te voorkomen moet zij naar eigen zeggen ‘aandacht trekken, me nuttig maken, opvallen, organiseren en versieren.’ Door haar vloeiende Duits, wat ze leerde in haar jeugd, weet Roosje de aandacht te trekken van een barakleider. Zij demonstreert hem een tapdance, waarna hij haar een baantje als verpleegster geeft. Hierdoor kan zij haar moeder op laten nemen in het ziekenhuis en deportatie naar Polen is voorlopig uitgesloten. Enkele dagen later komen ze vader tegen en regelt voor hem een baantje in de keuken.

Dansen met de vijand

Later werkt zij zich op als privésecretaresse van de Amsterdammer Jacob Haan, een SS-officier in het kamp. Zij besluit hem te versieren om zo te voorkomen dat zij naar Polen gestuurd wordt en om te proberen haar leefomstandigheden te verbeteren. En dat lukte, zij veroverde het hart van Jacob met haar charmes en haar dans.

Kamp Vught

Jacob lijkt echt verliefd op zijn maîtresse en raadt haar aan: “Misschien is het beter als je je achternaam Glacér wijzigt in die van je ex-man Crielaars. Die is katholiek en gemengd gehuwden worden vrijgesteld.” En zo geschiedde. Hij zorgde er ook voor dat zij erover nadacht om overgeplaatst te worden naar Kamp Vught: “Als ik hier niet meer ben, zorg dan dat je in Vught komt. Daar komt een nieuw kamp voor jonge mensen zoals jij. Het wordt een modelkamp, als voorbeeld voor de andere kampen, er is werk en daar kun je blijven.” Op 23 februari 1943 vertrekt Roosje naar Kamp Vught, zonder haar ouders. Het modelkamp bleek echter tegen te vallen.

Bewakers

In Kamp Vught probeert Roosje aan te pappen met de bewaaksters, gezellige vrouwen die haar dans bewonderen. Hierdoor wordt zij barakleider en op deze manier krijgt zij veel voordelen voor haarzelf en andere kampbewoners: “Ik krijg het voor elkaar dat we nu maar vijftien minuten op appél moeten staan en niet meer zomaar geslagen worden.” Roosje organiseert ook samen met anderen dans-, cabaret- en muziek avonden. Daarnaast weet ze een baantje in de fabriek te veroveren. Hierna krijgt ze het zelfs voor elkaar om mannequin te worden van de modellen uit het confectieatelier. Op deze manier krijgt zij allerlei voordeeltjes en overleeft ze.

Auschwitz

Ondanks Roosje’s sterke arbeidsethos, werden ook de werkende mensen op transport gezet. In 1943 belandt zij in Auschwitz. Haar overlevingsstrategie van aandacht trekken, zich nuttig maken, opvallen, organiseren en versieren leidt ertoe dat zij op een Haupsturmführer afstapt en in vloeiend Duits vraagt waar zij heen moet. Hij zet haar uiteindelijk in block 10, het experimentenblok. Ook hier weet zij door haar overlevingsstrategie, haar dansen en haar zingen te overleven.

Birkenau

Doordat zij weigert langer mee te werken aan de experimenten, wordt zij overgebracht naar Birkenau. Hier krijgt zij als taak de gevangenen die vergast worden te begeleiden en gerust te stellen: “Ik ben vastbesloten me mentaal van alles af te sluiten en het verbaast me hoe snel dat lukt.” Toch houdt zij het niet lang vol en besluit naar een groepsleider te stappen: “Ik vertel hem dat ik niet meer aankan en naar de Unionfabrieken wil.” En zo gebeurt het. Ook hier weet zij door haar heldhaftige brutaliteit een nieuwe baan te bemachtigen en doet zij administratief werd voor een SS-officier. Ook met deze man krijgt zij een relatie. Hij laat haar onder meer dansen demonstreren op de SS-avonden waar verschillende SS-officieren samenkomen om te ontspannen. Hiermee krijgt zij opnieuw voordelen, bijvoorbeeld extra brood. Wat zij vervolgens weer deelt met haar vriendinnen.

Bevrijd

In 1945 vertrekken ze uit Auschwitz-Birkenau vanwege de Russische dreiging. Na een lange tocht eindigt Roosje met andere gevangenen in een kamp waar het Scandinavische Rode Kruis voedselpakketten uitdeelt. Roosje doet zich voor als Scandinaviër om zo een voedselpakket te bemachtigen, haar naam Crielaars klinkt Scandinavisch genoeg. Zo komt het ook dat zij uiteindelijk, later als ze weer verder is gereisd en ze opnieuw van hot naar her is gesleept, met andere Scandinavische gevangenen opgehaald wordt en tegen Duitse soldaten wordt uitgewisseld. Zij is vrij in Zweden. Na de oorlog werd Roosje gezien als ‘fout’. Maar wat is goed en fout in tijden van oorlog? Roosje heeft door heldhaftig optreden haar eigen leven en dat van anderen kunnen redden.

<h3>Bronnen:</h3>
Paul Glaser, <em>Dansen met de Vijand – De oorlogsgeheimen van tante Roosje </em>(Amsterdam 2016).

tante-roosje.com, <a href="http://www.tante-roosje.com/nl/het-verhaal/" target="_blank">Het verhaal</a>

jankedekkerproducties.nl, <a href="http://jankedekkerproducties.nl/dmdv.html" target="_blank">Dansen met de vijand</a>

nmkampvught.nl, <a href="http://www.nmkampvught.nl/dansen-met-de-vijand/" target="_blank">Dansen met de vijand</a>
<h3>Afbeeldingen:</h3>
<a href="https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/7/70/Land_Girls_and_Briti... target="_blank">commons.wikimedia.org</a>

Rubrieken: 

Partners: 

Landen: 

Tijdperken: 

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief. 

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

Nu in de winkel

Het nieuwe nummer is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt