De pijl die de richting van de geschiedenis verandert

In 378 begaat een Romeinse soldaat een blunder die aanleiding geeft tot de val van
het West-Romeinse keizerrijk. Het begint allemaal ver van Rome, in de Aziatische steppe, waar het Romeinse leger de Gotische indringers probeert tegen te houden.

De Visigoten zijn onverschrokken krijgers die de grenzen van het Romeinse Rijk bedreigen. De Romeinen zoeken echter een sterke bondgenoot tegen hun vele vijanden. Als de Visigoten toestemming vragen om het Romeinse Rijk te betreden, gaan de Romeinen akkoord en bieden zelfs hulp en voedsel aan. In ruil daarvoor willen ze dat de Visigoten een sterke bondgenoot zullen zijn in het gevecht tegen andere nomadische volkeren en vooral de Hunnen. Maar de Visigoten beginnen dorpen op Romeins grondgebied te plunderen. De Romeinen besluiten over te gaan tot onderhandelingen.

Een gespannen situatie

De twee legers zien elkaar nabij Adrianopolis en ze zetten hun vechtklare kampen tegenover elkaar op. De Visigotische koning Fritgern en de Romeinse keizer Valens ontmoeten elkaar in het midden om een pact te sluiten. De situatie is heel gespannen. Opeens reageert een Romeinse soldaat die zijn delegatie beschermt op ‘iets’ wat hij in het kamp van de Visigoten heeft gezien. Hij schiet een pijl af in die richting. De Visigoten reageren onmiddellijk door de Romeinse delegatie met pijlen te beschieten.

Veertigduizend Romeinse levens

In enkele seconden zijn alle onderhandelaars gedood. Er breekt een oorlog uit die door een gebrek aan strategie meer dan veertigduizend Romeinse levens kost. Dit leidt tot de totale vernietiging van het West-Romeinse Rijk. Zonder deze pijl zou de ontmoeting wellicht succesvol zijn geweest. De Visigoten zijn immers de vragende partij en hebben goede papieren. Valens besefte juist dat de Visigoten goed zijn als bondgenoten, niet als vijanden.