Werkkamp ‘De Zomp’ in Ruurlo

Joodse werkkampen in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog

In 1941 werden duizenden werkloze Joodse mannen oproepen om te gaan werken in een werkkamp. Deze kampen waren tijdens de Grote Depressie gebruikt om werklozen te werk te stellen, maar de Nazi’s gebruikten ze voor een veel sinisterder doel.

Werkverschaffingskampen

Tijdens de Grote Depressie in de jaren 1930 liep ook in Nederland het aantal banen snel terug waardoor er steeds meer werkelozen waren. Hierdoor hadden steeds meer mensen recht op een uitkering van de overheid om in ieder geval in de basale levensbehoeftes te kunnen voorzien. Om meer banen te creëren en de mensen met een uitkering aan het werk te houden werden er in de jaren 1930 veel werkverschaffingsprojecten opgezet, zoals bijvoorbeeld de aanleg van het Amsterdamse bos, ontginnen van land in Drenthe en het droogleggen van de Zuiderzee bij Putten. In de kampen rond Amsterdam ging men ’s avonds vaak weer naar huis, maar bij de grote werkverschaffingsprojecten die vooral in het Noorden- en het Oosten van het land werden opgezet door de Rijksdienst voor Werkverruiming bleef men ook slapen. Vaak werkten de steunzoekers daar aan landverbeteringsprojecten voor de Nederlandse Heidemaatschappij oftewel de ‘Heidemij’, de voorloper van het huidige bedrijf Arcadis. De mannen die daaraan werkten, bleven vaak langere tijd in de omgeving van het project en werden ondergebracht in grote kampen.

Jodenvervolging

Nadat de Duitsers Nederland hadden veroverd in het voorjaar van 1940 bleven veel van de werkkampen bestaan. Nadat de Duitsers begonnen met de vervolging van Joodse burgers, kregen sommige van de werkkampen echter een andere bestemming. Duitse Rijkscommissaris Seyss-Inquart besloot in oktober 1941 dat werkeloze Joden in aparte kampen moeten worden ondergebracht. Ongeveer dertien kampen rond Amsterdam en veertig in de Noordelijke provincies werden hiervoor aangewezen, bijvoorbeeld het kamp ‘It Schut’ in Ede en ‘De Wittebrink’ in Hummelo.

In januari 1942 kreeg de Joodse Raad in Amsterdam opdracht van de Duitsers om ongeveer duizend Joodse werkeloze mannen te leveren om de werkkampen mee op te vullen. Die waren niet lastig te vinden, want behalve de werkeloosheid die er nog steeds heerste in Nederland vanwege de economische depressie hadden de Duitsers ook veel beroepen verboden voor Joden. Na een keuring vertrokken ongeveer 900 Joodse mannen met de trein naar deze kampen in Noord- en Oost-Nederland. Later zouden nog veel mannen uit alle delen van het land volgen.

Kanalisering van de Spandau-beek in Limburg. Werkverschaffingsproject, 1939

Joodse werkkampen

Toen de mannen vertrokken, wees weinig erop dat hen iets anders te wachten stond dan normaal de werkverschaffingskampen die al jarenlang in gebruik waren. In het begin waren de ervaringen inderdaad vergelijkbaar, al verschilden de omstandigheden per kamp. In veel kampen sliepen de mannen in houten barakken en mochten ze post ontvangen en versturen. Ook mochten de mannen soms op verlof of bezoek ontvangen. De kampen werden vaak niet bewaakt en stonden onder toezicht van een toezichter, die ook kok was. Wel verdienden ze 20% minder dan niet-Joodse mannen in andere werkkampen.

Het verschil met de vijf concentratiekampen die de Duitsers ook in Nederland opzetten, en waarvan Westerbork de bekendste is, was dat alles gericht was op werk in plaats van het afvoeren van de arbeiders naar vernietigingskampen in Polen. In de Joodse werkkampen zaten ook alleen gezonde Joodse mannen, terwijl in de concentratiekampen alle Joodse mensen werden verzameld. In andere concentratiekampen, zoals kamp Amersfoort, werden ook politiek andersdenkenden zoals communisten verzameld.

Hel van Ellecom

Hoewel de meeste Joodse werkkampen in het begin niet veel verschilden van hun niet-Joodse tegenhangers, waren er zeker uitzonderingen. Het kamp in Ellecom stond bijvoorbeeld op hetzelfde terrein als de Nederlandse opleiding van de SS. De gevangenen werden gedwongen om zwaar ondervoed en mishandeld door de SS’ers een sporthal aan te leggen. Niet voor niets krijgt het kamp later de bijnaam ‘De hel van Ellecom’. De mannen waren op het eind wandelende geraamtes, en maar 35 van de 139 dwangarbeiders zouden het overleven.

Deportaties

Tegelijkertijd met de eerste transporten naar Joodse werkkampen in Nederland besloten de Nazi’s tijdens de Wannsee conferentie definitief dat ze alle Joden in Europa dood wilden hebben. Toen deze verschrikkelijke ‘Endlösung’ steeds meer vorm begon te krijgen in het voorjaar en zomer verslechterde de omstandigheden in de Joodse werkkampen in Nederland snel. De verplaatsing naar de kampen was nooit echt vrijwillig geweest, maar nu werd snel duidelijk dat ze echt gevangen zaten. De beveiliging werd strenger, terwijl tegelijkertijd de rantsoenen en betaling achteruitgingen. Benno Elkus, een dwangarbeider in kamp ‘De Zomp’ in Ruurlo, beschreef later hoe het regime een stuk strenger werd nadat de beheerder een SS-omscholingscursus had gevolgd. Ook het contact met de buitenwereld werd steeds minder door het beperken van post, bezoek en verlof.

Begin juli werden de eerste dwangarbeiders uit Joodse werkkampen gedeporteerd naar kamp Westerbork. Dit zorgde, samen met het verslechterde regime, voor veel onrust. Veel mannen probeerden te ontsnappen en een deel lukte dit ook. De Duitsers waren echter van plan om hier snel een einde aan te maken, en ook aan de werkkampen in het algemeen. Op de nacht van 2 op 3 oktober 1942, tijdens het belangrijke Joodse feest Jom Kipoer, werden de inwoners van de meeste werkkampen overmeesterd door Duitse troepen en gedeporteerd. Ook de families van de dwangarbeiders werden opgepakt en weggevoerd. Hun gegevens stonden immers netjes genoteerd bij de Joodse Raad. De mannen en hun families kwamen in kamp Westerbork terecht, een tussenstation naar de vernietigingskampen in Polen waar veel van de Nederlandse Joden om het leven gebracht zouden worden.


Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!


Nasleep

Er is lang onduidelijkheid geweest over de Joodse werkkampen in Nederland omdat veel van de archieven verloren zijn gegaan. Het aantal kampen en hoeveel mensen erin zaten moesten later gereconstrueerd worden op basis van foto’s en ooggetuigenverslagen. Waarschijnlijk zaten ongeveer achtduizend Joodse mannen in de werkverschaffingskampen. Zij hadden ongeveer tweeëntwintigduizend familieleden buiten de kampen die afhankelijk waren van hun inkomsten.

Amateurhistoricus Lion Tokkie, wiens vader in een werkkamp heeft gezeten, heeft veel onderzoek gedaan naar de Joodse werkkampen in Nederlands. De details mogen dan soms niet precies bekend zijn, duidelijk is wel dat de Joodse werkkampen een belangrijke schakel waren in de logistieke keten die Nederlandse Joden naar hun ondergang in Polen moest brengen.

bronnen

Ook interessant: 

Tijdperken: 

vrouw amerika

Lees het aankomende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 9 januari een abonnement.

Kies jouw welkomstgeschenk

Lees het eerste jaar Geschiedenis Magazine extra voordelig én kies een welkomstcadeau!

bloed en spelen

Het komende nummer van Geschiedenis Magazine verschijnt omstreeks 23 januari. 

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

Karel de Grote

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 9 januari een abonnement.

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief.