De 'Hermannsschlacht'. Een schilderij van Friedrich Gunkel in het Maximilianeum Munich uit 1864. Bron: Wikimedia Commons.

Slag bij het Teutoburgerwoud: Varus loopt in een Germaanse hinderlaag

Het verlies van drie Romeinse legioenen in het Teutoburgerwoud maakte een grote indruk op het Romeinse Rijk. De drie legioenen vormden zo’n tien procent van het totale Romeinse leger en hun ondergang was een grote klap voor het machtigste rijk uit die tijd. Keizer Augustus zou zelfs gereageerd hebben met ‘Quintilius Varus, geef mij mijn legioenen terug’. Varus, de Romeinse bevelhebber, werd verslagen door de Germanen van Arminius.

Vanaf 6 voor Christus drongen de Romeinen steeds dieper door in Germanië, het gebied van de Germaanse stammen dat ruwweg het huidige Duitsland omvatte. Door de onderlinge verdeeldheid van de stammen stuitten de Romeinen hier in eerste instantie op weinig verzet. Veel Germanen namen zelfs dienst in de aanvullende troepen van de Romeinse legioenen. Door deze successen wilde keizer Augustus (regeerperiode 27 voor Christus tot 14 na Christus) het Romeinse Rijk uitbreiden tot de rivier de Elbe, die door het oosten en noorden van Duitsland stroomt.

Proconsul Varus en Arminius

Publius Quinctilius Varus werd in 6 benoemd tot proconsul, gouverneur, van de nieuwe Romeinse provincie Germania. Hij begon voortvarend aan de consolidatie van de Romeinse macht in het gebied en drukte hier en daar kleine verzetshaarden de kop in. Door zijn werkwijze joeg hij echter al snel de, eens zo verdeelde, Germaanse stammen tegen zich in het harnas. Zij waren het niet eens met het harde optreden van Varus tegen de Germaanse opstandelingen, vonden dat zij veel te hoge belastingen moesten betalen en waren van mening dat Varus geen respect had voor de Germaanse cultuur. Varus werd in zijn beginperiode als proconsul bijgestaan door Arminius, stamhoofd van de Cherusken. Deze Arminius was opgegroeid in Rome, waar hij als gijzelaar getraind werd door de Romeinen en een groot inzicht kreeg in hun militaire strategieën.

Aanloop

Varus was in september 9 met drie legioenen (Legio XVII, Legio XVIII en Legio XIX), na een campagneseizoen in het oosten van Germania, op weg naar zijn winterkwartier aan de Rijn. Tijdens zijn tocht bereikte hem het bericht dat er in westen een opstand tegen het Romeinse gezag aan de gang was. Dit gerucht was echter gefabriceerd door Arminius, die de Romeinse troepen in een voor hen onbekend gebied wilde lokken. Varus reageerde meteen op dit bericht, door een omweg te nemen en richting de vermeende opstand te trekken. Hij nam de drie legioenen en zijn aanvullende troepen mee, in totaal zo’n 20.000 man.

Germaanse stammen

Vlak na deze beslissing excuseerden Arminius en de andere aanwezige Germaanse leiders zich, om hun eigen troepen bij elkaar te roepen om de Romeinen te steunen. Varus vertrouwde Arminius volkomen, ondanks dat hij door Arminius’ zwager gewaarschuwd werd. Varus deed dit echter af als een persoonlijke vete tussen de twee Germanen. Arminius verzamelde intussen zo’n 13.000 Germaanse strijders, afkomstig van de Cherusken, de Chatten, de Bructeren, de Chauken, de Marsen en de Sicambren.

Hinderlaag

Varus’ legioenen marcheerden, waarschijnlijk op 9 september 9, een bos in, waar zij werden overvallen door een zware storm. Regen en onweer maakten de nauwe, modderige bospaden onbegaanbaar, waardoor het leger uitgerekt werd tot een lint van zo´n vijftien kilometer lang. Op dit moment vielen de troepen van Arminius aan. De geïsoleerde Romeinse groepen konden geen gebruik maken van hun, normaal, superieure tactieken en leden zware verliezen onder de constante aanvallen van de Germanen. Arminius wist dat hij het op open terrein nooit van de Romeinen kon winnen en liet zijn strijders korte snelle aanvallen met zwaarden en speren uitvoeren, waarna zij zich weer terugtrokken in het bos.

Uitbraak

Het lukte de Romeinen om, op een open plek, een versterkt nachtkamp op te zetten. Op de ochtend van 10 september braken zij uit dit kamp, waarna een nieuwe dag van marsen door het bos volgde. De Germanen bleven de hele dag hun aanvallen doen, totdat de Romeinen in de vroege ochtend van 11 september in de laatste val van Arminius liepen. Aan de voet van de Kalkriese heuvel, nabij het huidige Osnabrück in noordwest Duitsland, had hij de weg geblokkeerd, die tussen de heuvel en een moeras slechts 100 meter breed was, met een aantal geulen en een aarden wal. De Romeinen deden enkele wanhopige aanvallen op de muur, maar konden deze niet slechten. De laatste slag vond op het veld voor de wal plaats, waarbij het grootste deel van de Romeinen de dood vond. De Romeinse cavalerie vluchtte, maar werd later ingehaald door Germaanse ruiters. Varus en andere Romeinse bevelhebbers pleegden zelfmoord door zich op hun zwaarden te werpen.

De Rijn als grens

Van de 20.000 Romeinen vonden waarschijnlijk zo’n 19.000 de dood in de drie dagen dat zij werden aangevallen door de Germanen. De Romeinen ondernamen na de slag verschillende strafcampagnes tegen de Germanen, maar vestigden zich nooit meer in het gebied over de Rijn, die altijd de noordelijkste grens van het Romeinse Rijk zou blijven. Als eerbetoon aan de gevallen legioenen werden hun nummers nooit meer opnieuw gebruikt voor nieuwe legioenen.

De slag ging in de 19e eeuw een rol spelen in het Duitse nationalisme, waarbij Arminius, of Hermann in het Duits, het archetype werd van de Duitser die zich verzette tegen een buitenlandse bezetter. Tegenwoordig wordt het belang van de slag betwist, omdat de Rijn een veel logischere grens zou zijn voor het Romeinse Rijk dan de Elbe. De keizers Augustus en Tiberius zouden zich dit na de slag ook gerealiseerd hebben, waarna er geen verdere expansie ten noorden van de Rijn werd ondernomen.

Afbeeldingen

Leestip

Oorlog in de oudheid
Oorlog in de oudheid

€ 34.95

 

 

Ook interessant: 

Rubrieken: 

Beschavingen: 

Tijdperken: 

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief. 

Nu in de winkel

Het nieuwe nummer is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt