Kunstroven in de Tweede Wereldoorlog: mijnen vol kunst & lucratieve potjes poker
Op 5 mei 2015 werd bekend dat de Amerikaanse stichting Monuments Men vijf geroofde schilderijen aan Duitsland heeft teruggegeven. Het zou gaan om schilderijen die tijdens of vlak na de Tweede Wereldoorlog door de Amerikanen werden buit gemaakt. De schilderijen zijn overhandigd aan de Duitse ambassadeur in Washington.
Duitse roofkunst
Tijdens de Tweede Wereldoorlog verzamelde Duitsland een enorme hoeveelheid kunst. Hitler wilde in zijn jonge jaren schilder worden en had daarom een voorliefde voor kunst. Naar schatting zouden de Duitsers 20% van de Europese kunst in bezit hebben gekregen. Van moderne kunst hield Hitler echter niet. Deze kunst noemde hij Entartete Kunst, wat ontaarde of gedegenereerde kunst betekende.
De Entartete Kunst tentoonstelling
Om het volk te tonen wat deze ontaarde kunst precies was, organiseerde de Nazi’s in 1937 een Entartete Kunsttentoonstelling. Deze tentoonstelling begon in München en reisde daarna door Duitsland en Oostenrijk. Na twee jaar werden de ‘slechte’ kunstwerken geveild in Luzern. Vele schilderijen werden ver onder de marktwaarde verkocht en de overgebleven schilderijen werden verbrand. De opbrengst van de veiling werd gebruikt om de Duitse musea met ‘goede’ kunst aan te vullen. Het was Hitlers plan de ‘goede’ kunst in een groot Führermuseum ten toon te stellen.
De Amerikaanse tegenaanval
Toen de Amerikanen in Normandië voet aan wal zetten, ging de geallieerde kunstbrigade meteen in de tegenaanval. Deze kunstbrigade maakten deel uit van de Monuments, Fine Arts, and Archives program (MFAA). Dit was een geallieerde legerafdeling die in 1943 werd opgericht en bestond uit kunstliefhebbers, zoals conservatoren, architecten en archivarissen. In 2014 verscheen er een film genaamd de Monuments Men over deze kunstbrigade.
Kunstbrigade
De kunstbrigade bestond ongeveer uit 350 personen van gemiddeld 40 jaar oud. Deze personen hadden vaak een lage militaire rang waardoor ze weinig bevelen konden uitoefenen. Tevens hadden ze geen eigen vervoer waardoor ze afhankelijk waren van de ‘goodwill’ van anderen. Al met al kan het dus een wonder worden genoemd dat deze brigade zoveel kunst heeft weten te redden. De schattingen lopen uiteen van enkele duizenden tot honderdduizenden schilderijen.
Zoutmijn Merkers
Het belangrijkste ‘wapenfeit’ van deze eenheid was de vondst van een grote kunstschat in een zoutmijn bij het Duitse plaatsje Merkers. In de zeshonderd meter diepe mijn vond men duizenden goudstaven, meer dan duizend zakken met gouden munten, papyrusrollen, Byzantijnse mozaïeken en vele schilderijen van bekende Europese kunstenaars. Later bleek het te gaan om het grootste gedeelte van de reserves van de Duitse staatsbank.
De vijf schilderijen
De schilderijen die nu werden teruggegeven aan Duitsland waren gewonnen door de tankcommandant William Oftebro tijdens een potje poker. De schilderijen waren eerder ontvreemd uit een mijn ten oosten van Dessau, waar een kleine Duitse galerie haar collectie had verborgen. Na de overwinning stuurde hij de schilderijen in het geheim naar zijn vrouw in de Verenigde Staten. De stiefzoon van de tankcommandant wist dat de schilderijen kunstroof waren, maar weigerde ze terug te geven. Verbolgen over het leed dat de Duitsers hadden veroorzaakt tijdens de tweede Wereldoorlog zei de stiefzoon: 'Ik ga verdorie niets teruggeven aan die Duitsers', maar na het zien van de film Monuments Men veranderde hij van inzicht. De schilderijen hadden bijna 70 jaar lang in de woonkamer gehangen. Men vermoedt dat de schilderijen tussen de 25 en 50 duizend dollar waard zijn.
Bronnen
- De Volkskrant, ‘Deel geroofde Duitse kunst gewonnen bij pokeren’.
- NPOgeschiedenis.nl, ‘De schat van Hitler’.
- De Volkskrant, ‘De VS geven roofkunst terug aan Duitsland’.
- Wikipedia.nl, 'Entartete Kunst’.
Afbeelding
- Lt. Moore, U.S. Army, 'Eisenhower inspecteert kunst'.