Ziektes in het Romeinse rijk
In het Romeinse rijk werd een mens gemiddeld 22 jaar oud door de hoge kindersterfte en de vele ziektes die er heersten. Vanwege een slechte hygiëne en de beperkte toegang tot medicijnen werden ziektes die wij tegenwoordig onder controle of zelfs uitgeroeid hebben met name de armen fataal. Dit waren de meest voorkomende ziektes in het Romeinse rijk.
Malaria
Een groot probleem voor de Romeinse bevolking was malaria. Romeinse steden werden omringd door moerassen, waar de malariamuggen hun broedplaats hadden. DNA-analyses van opgegraven botten laten zien dat malaria veel voorkwam. Tussen 164 en 180 na Christus was er zelfs sprake van een plaag.
Tuberculose
Tubercolose werd de ‘Stille moordenaar’ genoemd. De ziekte bestaat al sinds mensenheugenis, niet alleen in het oude Rome, maar ook bij de Oude Grieken en in het Oude Egypte. De Romeinen gebruikten het werkwoord consumere voor de ziekte, dit betekent ‘opeten of verslinden’. De ziekte at je als het ware van binnen op.
Parasieten
De Romeinen hadden over het algemeen toegang tot schoon eten en drinken, waardoor je zou denken dat ze minder snel last hadden van parasieten. Maar niets was minder waar: ze hadden zelfs meer last van parasieten dan de mensen in de brons- en ijzertijd. Dit kwam met name door de badcultuur. Het water in de baden werden verwarmd en nauwelijks ververst. Dat zijn de perfecte leefomstandigheden voor parasieten. Daarnaast gebruikten de Romeinen vaak menselijke ontlasting als mest op het land.
Loodvergiftiging
Loodvergiftiging kwam veel voor in het Romeinse rijk. De Romeinen hadden zelfs tien keer meer lood in hun botten dan de gemiddelde moderne Amerikaan. De belangrijkste oorzaak voor loodvergiftiging waren de loden pijpen van de waterleiding. Daarnaast werden er soms ook substanties die lood bevatten toegevoegd aan wijn.
Kanker
In het Romeinse rijk kwam kanker voor, maar minder vaak dan nu. De Romeinen hadden hun kennis over kanker met name van de Grieken. Die stelden dat kanker voortkwam uit een teveel aan zwarte gal. Kanker zou volgens Hippocratus, een Griekse arts (en bedenker van de humeurenleer), de vorm hebben van een krab. Ze wisten ook dat kanker zich kon verspreiden door het lichaam. Ze bestreden de ziekte met drankjes en plantextracten, zonder succes.
Soa’s
Een geslachtsziekte die al in de Romeinse tijd bestond, was syfilis. Palladius, een Griekse monnik, beschreef een man die een vorm van syfilis had. De man had een bloedzweer op een van zijn testikels en werd gedurende een half jaar zó ziek dat zijn geslachtsdelen er uiteindelijk af zouden zijn gevallen. Ook zijn er in Frankrijk overblijfselen gevonden van een zwangere vrouw die tussen de derde en vijfde eeuw werd begraven. Zowel zij als haar foetus zouden aan syfilis hebben geleden.
De pest
De pest kwam ook in het Romeine Rijk al voor. Artsen wisten niet wat de oorzaak was van de ziekte, noch hoe ze haar het beste konden behandelen. Wat bij de ene patiënt werkte, werkte bij de ander weer niet. Uiteindelijk besloten artsen zelfs lijken te onderzoeken, om zo de ziekte beter te begrijpen, maar zonder succes.
Bronnen
- Facts and details: Health and disease in ancient Rome
afbeelding
- Wikimedia Commons: Acral gangrene due to plague