Archeologie Magazine nr 2 van 2019

Het volgende nummer van Archeologie Magazine verschijnt omstreeks 19 april met daarin:

SPECIAL: DE ERFGOEDTROEVEN VAN PISA

De Toscaanse stad Pisa is wereldberoemd vanwege haar fameuze scheve toren, die jaarlijks miljoenen toeristen trekt. Toch valt er in deze stad veel méér te zien, onder meer tal van restanten uit haar rijke geschiedenis. Deze gaat terug tot ver voor onze jaartelling, toen zich hier al mensen vestigden. Vormen van de eerste nederzettingen ontwikkelden zich hier ten tijde van de Etrusken en later ook de Grieken, zoals ook blijkt uit archeologische vondsten. De gunstige ligging aan zee en rivier zorgde voor de ontwikkeling als handels- en havenplaats. Een Romeinse kolonie werd Pisa rond het begin van de tweede eeuw v.Chr., waarna ze in de eerste eeuw v.Chr. toegroeide naar een volwaardige positie binnen het Romeinse Rijk. In de Middeleeuwen groeide de stad zelfs uit tot een van de vier maritieme republieken van Italië. Pisa beleefde haar glorietijd in de 12e en 13e eeuw, maar zoals vaker vertoond, glorie leidde al gauw tot afgunst en conflicten. In 1284 werd de stad verslagen door Genua en in de 14e eeuw maakte verzanding van de haven scheepvaart en handel onmogelijk. Begin 15e eeuw werd Pisa door de Florentijnen veroverd en werd ze uiteindelijk onderdeel van het hertogdom, het latere groothertogdom Toscane. 

SPOREN VAN HERNHUTTERS IN NEDERLAND

De van oorsprong Moravische Evangelische Broedergemeente heeft in Zeist talloze sporen achtergelaten, waaronder het unieke achttiende-eeuwse Zuster- en Broederplein. Een vergelijkbare nederzetting van de Broedergemeente in het Deense Christiansfeld staat sinds kort op de UNESCO Werelderfgoedlijst. In Zeist hoopt men daar nu ook op. In het nieuwe museum 'Het Hernhutter Huis' maakt de bezoeker kennis met de boeiende geschiedenis van deze geloofsgemeenschap. De stad telt twee begraafplaatsen van de hernhutters, beide dragen de naam Godsakker. Wie hier niet ligt, is de beroemde Tsjech Comenius (1592-1670), een belangrijke kerkvader van de hernhutters. Die was tijdens de eerste periode van de Broedergemeente de laatste bisschop van deze gemeenschap in haar ontstaansgebied in Tsjechië. In het tolerante Nederland van de 17e eeuw vond hij zijn laatste rustplaats en wel in de Waalse kerk in Naarden, waar zich ook het Comeniusmuseum bevindt.

HET ERFGOED VAN HET ROEMEENSE EN ROMEINSE CONSTANTA

Constanta, de op een na grootste stad van Roemenië gelegen aan de Zwarte Zee, niet ver van de monding van de Donau, kent een lange en woelige geschiedenis. Gesticht rond 500 v.Chr. als een Griekse handelskolonie groeide het uit tot de belangrijkste havenstad aan de Zwarte Zee. In 29 v.Chr. kwam Tomis, zoals de stad in die tijd heette, in handen van de Romeinen. Zij maakten de stad tot de hoofdstad van hun nieuwe provincie Moesia. Ondanks haar belangrijke positie als havenstad aan de Zwarte Zee had de naam Tomis voor veel Romeinen een zeer negatieve klank. Bij Tomis lag de grens van de beschaafde Romeinse wereld. Desondanks groeide de stad uit tot een grote, typisch Romeinse stad met alle daarbij behorende voorzieningen zoals badhuizen, theaters en tempels. Na de scheiding tussen het West- en het Oost-Romeinse Rijk komt de stad onder de invloed van Byzantium. Later nemen de Bulgaren haar in en daarna uiteindelijk midden 15e eeuw de Ottomanen. Die bezetting duurt tot 1878. Sindsdien is de stad, die we gaan bekijken, een Roemeense stad met de naam Constanta. 

Nog geen abonnee? Neem vóór 8 april een abonnement, dan ontvangt u dit nummer omstreeks 19 april thuis op de mat.