De Honecker Bunker: erfgoed van de Koude Oorlog
Begin jaren zeventig van de vorige eeuw was de atoomdreiging nog zo reëel dat de Nationale Verdedigingsraad van de DDR tot de bouw van een eigen bunker besloot. Bij Prenden, dertig kilometer ten noordoosten van Berlijn. Partijleider Honecker beschikte in de ruimten voor de twintig uitverkorenen van de DDR-top als enige over een eigen kamer. Een poging om van de bunker na de Wende een museum te maken is vanwege geldgebrek mislukt. Inmiddels is het hele ondergrondse complex hermetisch afgesloten. De bunker is nu alleen nog virtueel te bezoeken.
Auteur: Theo Toebosch
‘Wat een lulligheid.’ Niet verwacht dat dit mijn eerste gedachte bij het betreden van de atoombunker voor de top van de DDR zou zijn. In de lange toegangstunnel ligt dun zeil met parketmotief. Even verderop, bij de feitelijke sluisingang, zitten tegels aan de muur. Even voelen. O nee, ook dit is dun zeil. Wie radioactief besmet was, kwam via de rode lijn op de grond uit bij een ontsmettingsdouche. Ook hier detoneert het douchegordijn met bloemetjesmotief met wat ik me voorstel bij een ooit hoogst geheime atoombunker.
Helemaal onverwacht zijn de decoraties ook weer niet. Een zelfde soort behang, tapijten en vloerbedekking heb ik eerder gezien in het voormalige Stasihoofdkwartier in Berlijn en in wat ooit de Stasi- gevangenis Hohenschönhausen was. ‘Typische DDR-burgerlijkheid,’ zegt majoor Heiner Bröckermann van het Militärgeschichtles Forschungsamt in Potsdam over de telefoon. Hij houdt zich bezig met Sicherheitsarchitektur in de DDR en heeft de bunker eerder ook bezocht. ‘Waarschijnlijk wilden ze de mensen in de bunker toch een soort vertrouwd gevoel geven.’
Atoomdreiging
Begin jaren zeventig was de atoomdreiging blijkbaar (nog) zo reëel dat de Nationale Verdedigingsraad van de DDR tot de bouw van een eigen bunker besloot. Bij Prenden, dertig kilometer ten noordoosten van Berlijn. Alles gebeurde in het opperste geheim. De vijfhonderd inwoners van het dorp merkten wel dat er in het nabijgelegen bos iets bijzonders werd gebouwd. En ze zagen ook dat na de bouw het meer in de buurt zelfs in de strengste winters niet meer dichtvroor, maar verder wisten ze van niets. Prikkeldraad met 15.000 volt voorkwam dat de nieuwsgierigen onder hen te dichtbij konden komen. Ze stelden zich tevreden met het gerucht dat in het bos een raketinstallatie was gebouwd. Ook West-Duitsland en de Verenigde Staten wisten op basis van satellietbeelden wel dat er iets was gebouwd, maar hadden geen idee wat het was. Pas na de Val van de Muur in 1989 kwamen ze er achter.
De bunker, neutraal Objekt 5001 geheten, had bescherming kunnen bieden tegen een atoomwapen met tachtig keer de kracht van de atoombom op Hirosjima. Hij bestaat uit een grote kubus van supergewapend beton met een dikte van 1,65 meter. Acht millimeter dikke staalplaten aan de buitenkant bieden bescherming tegen de elektromagnetische golf na de ontploffing van een kernwapen. In de betonnen kubus hangen stalen compartimenten aan enorme veren, zodat ze bij een schokgolf tot veertig centimeter uit het lood gebracht kunnen worden. De stalen deuren hebben deurposten van aluminium, om te voorkomen dat ze na een atoomaanval bij een buitentemperatuur van 1100 graden aan de posten vast smelten.
De bunker was zo ingericht dat ruim vierhonderd mensen de eerste zesendertig uur na een aanval volledig zelfvoorzienend zouden kunnen zijn. Alles werd computergestuurd vanuit één controlekamer geregeld. Aggregaten zorgden voor energievoorziening. Een bron, die speciaal bij de bouw was aangeboord, en enorme watertanks zorgden voor water. Speciale filters van Russische makelij zetten koolstof om in zuurstof. Nadeel van de filters was wel dat ze warmte verspreidden. Na zesendertig uur was volgens de berekeningen de buitenlucht genoeg afgekoeld om verse lucht in te nemen en die te filteren. Na twee weken zou iedereen in speciale beschermende kledij zich buiten hebben moeten wagen, om met in andere bunkers klaarstaande helikopters naar het oosten te vliegen. Zo is Objekt 5001 niet alleen een stille getuige van het technisch kunnen in de DDR, maar biedt hij ook een glimp van de voorstellingen die men maakte van wat een atoomaanval zou hebben ingehouden.
Deprimerend
Volgens de overlevering heeft Honecker de bunker, toen hij klaar was, maar één keer bezocht. ‘Binnen een kwartier was hij weer weg, zo deprimerend vond hij de bunker,’ weet Bröckermann. En dat terwijl Honecker in de ruimten voor de twintig uitverkorenen van de DDR-top als enige over een eigen kamer beschikte. Een smal trappetje leidt naar een kleine voorruimte en een slaapkamer met een éénpersoonsbed. Historici vragen zich af wat een divan naast het bed doet. Was het de bedoeling dat ook Honeckers vrouw Margot, minister voor Volksonderwijs, maar geen lid van de Verdedigingsraad, in de bunker meeging?
Bröckermann heeft nog enkele bedragen voor de inrichting paraat: ‘147.000 Ostmark voor de tapijten, 12.000 Ostmark voor een olieverfschilderij, 2,5 miljoen Ostmark voor alle inbouwmeubelen. In totaal heeft het hele project 330 miljoen Ostmark gekost.’ Na de Val van de Muur heeft de Bundeswehr de bunker een tijdje gebruikt. Sinds 1993 staat het ondergrondse complex leeg. Een poging om van de bunker een museum te maken is vanwege geldgebrek mislukt. Objekt 5001 is sinds vijf jaar wel een monument. Dat heeft zogenoemde Bunkerspechte er niet van weerhouden om zich regelmatig illegaal toegang tot de bunker te verschaffen en materiaal te stelen. Daarom heeft het Land Berlijn besloten om alles af te sluiten. Een groepje vrijwillige bunkeronderzoekers heeft afgelopen zomer en najaar nog bezoekers tegen betaling mogen rondleiden. Na november is over de toegangen beton gestort en is het hele ondergrondse complex hermetisch afgesloten.
De bunker is nu alleen nog virtueel te bezoeken. Bröckermann kan ermee leven. ‘Bij Bonn hebben we nog het museum van de voormalige atoombunker voor de regering van de Bondsrepubliek – die bood zelfs plaats aan duizend personen. En in de buurt van Berlijn zijn nog meer atoombunkers uit de DDR-tijd, zoals de Hanekop Bunker van het ministerie van defensie van de DDR. De muren daar zijn 1,50 meter dik, dus vijftien centimeter minder dan de Honecker Bunker. Familieleden van de DDR-top moesten het doen met bunkers in Wandlitz die helemaal niet bestand waren tegen atoomaanvallen.’