11 april jarig: James Parkinson
James Parkinson beschrijft in zijn baanbrekende publicatie An Essay on the Shaking Palsy voor het eerst de hersenziekte die na zijn dood bekend zal worden als de ‘ziekte van Parkinson’. Toch is hij niet alleen een pionier op medisch-wetenschappelijk gebied, maar toont Parkinson zich ook op sociaal en politiek gebied zeer betrokken. James Parkinson werd geboren op 11 april 1755.
James Parkinson was de zoon van de Londense chirurg en apotheker John Parkinson, die eigenaar was van een praktijk aan Huxton Square. Parkinson groeide op in Londen en werd al vanaf jonge leeftijd onderwezen in vakken als Grieks, Latijn en natuurfilosofie. Hij besloot in de voetsporen van zijn vader te treden en ging geneeskunde studeren aan de London Hospital Medical College. Tijdens zijn lange studietijd assisteerde hij zijn steeds zwakker wordende vader in de apotheek.
In 1783 trouwde Parkinson met Mary Dale, met wie hij uiteindelijk zes kinderen zou krijgen. Een jaar later specialiseerde hij zich op 29-jarige leeftijd tot een chirurg. In datzelfde jaar overleed zijn vader en nam hij de apotheek over. Parkinson leverde in deze periode zijn bijdrage aan de oprichting van verscheidene wetenschappelijke genootschappen voor onder meer geneeskunde en geologie. Daarnaast zette hij zich als lid van een geheime politieke sociëteit, London Corresponding Society for Reform of Parliamentary, actief in voor een verbetering van de leefomstandigheden van armen en hulpbehoevenden. Parkinson profileerde zich als een sociale hervormer die een einde wilde maken aan maatschappelijke ongelijkheid. Hij schreef veel pamfletten waarin hij het politieke systeem bekritiseerde en zich onder meer uitsprak voor democratisering en algemeen kiesrecht.
In 1817 verscheen de publicatie waarmee Parkinson uiteindelijk de geschiedenisboeken in zou gaan: An Essay on the Shaking Palsy. Hierin ging hij gedetailleerd in op de voorheen onverklaarbare herkomst van bepaalde spierverzwakkingen en hevige trillingen bij een aantal van zijn patiënten. Naast dit werk schreef Parkinson een aantal andere boeken, veelal met scheikundige en paleontologische inslag. Tijdens zijn laatste levensjaren was er echter maar weinig belangstelling voor zijn ontdekkingen. In 1824 overleed James Parkinson aan de gevolgen van een heftige beroerte. Pas zestig jaar later werden zijn medisch-wetenschappelijke prestaties erkend. Dit was grotendeels te danken aan de inspanningen van de Franse dokter genaamd Jean Martin Charcot, de eerste persoon die over de ‘ziekte van Parkinson’ sprak.