James Monroe (1817-1825)
James Monroe werd geboren op 28 april 1758 in Westmoreland in Virginia. Hij had een Schotse vade,r Spence Monroe, en een Welsh moeder, Elizabeth Jones Monroe. Hij groeide op ten tijde van de Onafhankelijkheidsoorlog in Amerika. Toen Monroe zestien jaar oud was besloot hij, nadat zijn vader plotseling overleed, te stoppen met zijn studie aan het William-and-Mary College, en zich aan te melden bij het leger.
Onafhankelijkheidsoorlog
Met zijn lange postuur en brede schouders voelde hij zich in het leger als een vis in het water. Als luitenant-kolonel blonk hij uit tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog in het Third Virginia regiment. Op 26 december 1776 leidde George Washington, de latere eerste president (1789-1797), zijn regiment door de rivier de Delaware om de Britse troepen te verrassen. In de slag bij Trenton die volgde, raakten twee officieren gewond, waarvan één de neef van Washington was en de andere officier James Monroe. Hij herstelde van zijn verwondingen en in 1780 besloot hij het leger te verlaten en zijn studie rechten te hervatten. Hij bouwde in die tijd een vriendschap op met de latere president Thomas Jefferson (1801-1809), die op dat moment gouverneur van Virginia was.
Politieke carrière Monroe
Twee jaar later sloot Monroe zich als jonge politicus aan bij de anti-federalisten in de Virginia Conventie. Hij werd hierna aangesteld in het Nationale Congres, dat het eerste onafhankelijke regeringsorgaan van de Amerikaanse staat was. Hij probeerde in die periode de invloed van de Spanjaarden in Mississippi te beperken en hij streefde ernaar de centrale overheid meer invloed op de handel te geven. In 1786 verliet Monroe echter de politiek en probeerde een carrière in de advocatuur te starten. In hetzelfde jaar stapte de 27-jarige Monroe met de tien jaar jongere Elizabeth Kortright in het huwelijksbootje en het echtpaar kreeg drie kinderen. Een jaar na hun bruiloft begon de politiek toch weer te kriebelen en trad hij toe tot de lokale politiek in Virginia. In 1788 werd hij vanuit deze positie als volksvertegenwoordiger uitgezonden naar de stemming voor de nieuwe federale grondwet.
Diplomatie
Ten tijde van de regeerperiode van president Washington (1789-1797) werd hij in 1790 aangesteld als senator. Ondanks zijn felle kritiek op het beleid van de president, zond Washington hem in 1794 uit als diplomaat naar Parijs om de relaties met Frankrijk te bevorderen. De troebele verhouding tussen Groot-Brittannië en Frankrijk ten tijde van de Napoleontische oorlogen gooide echter roet in het eten. In 1797 keerde Monroe met lege handen terug naar de VS. Na zijn terugkomst bekleedde hij van 1799 tot 1802 de functie van gouverneur in Virginia. Thomas Jefferson, zijn oude vriend, was inmiddels uitgeroepen tot derde president van de VS.
Louisiana Purchase
Jefferson zond hem wederom uit naar Parijs, waar Monroe in 1803 een overeenkomst met Napoleon Bonaparte moest sluiten, die om geld verlegen zat: de Louisiana Purchase. De Verenigde Staten kochten van de Fransman het gebied van Mississippi tot aan de Rockey Mountains en als sluitstuk lukte het Jefferson ook nog om New Orleans bij het gebied te voegen. Monroe speelde hier een bemiddelende rol in. Nadat de overeenkomst was gesloten, kreeg Monroe van 1803 tot 1806 een post als ambassadeur toegewezen in Londen. In het kabinet van James Madison (1809-1817) werd hij bij terugkomst aangesteld als minister van Buitenlandse Zaken. Die functie bleef Madison tot 1817 bekleden. Op buitenlands gebied waren het turbulente tijden, doordat Groot-Brittannië en Frankrijk het elkaar moeilijk bleven maken. De VS besloten in 1812 toch de Franse kant te kiezen in deze strijd en verklaarden Groot-Brittannië de oorlog. Monroe beheerde tijdens deze strijd ook de post van minister van Defensie.
President James Monroe
Nadat James Madison zich in 1817 terugtrok als presidentskandidaat, werd de republikeinse Monroe verkozen tot vijfde president. Na decennia van turbulentie en oorlogen, keerde de relatieve rust in het binnenlands en buitenlands beleid terug. De periode van Monroe staat zodoende bekend onder de naam ‘era of good feelings’. Enkele incidenten verbraken deze koers. Zo leidde een kortstondige oorlog tussen Spanje en Amerika in 1817 tot de overname van Florida, en werd in 1820 een conflict tussen de noordelijke en zuidelijke staten beslecht over slavernij. Het ‘Huis van de President’, dat door de Engelsen tijdens de oorlog hevig was beschadigd, kreeg onder zijn regering de kenmerkende witte kleur, waardoor het gebouw bekend kwam te staan als ‘Het Witte Huis’. In 1820 werd Monroe vrijwel unaniem herkozen met op één na alle stemmen van de kiesmannen.
Monroe Doctrine
Zijn belangrijkste politieke erfenis kwam in 1823 toen hij de Spaanstalige Amerikaanse republieken erkende. Op 2 december verkondigde hij zijn boodschap met de woorden: “De Amerikaanse continenten (…) mogen vanaf dit moment niet meer worden beschouwd als onderwerp van een toekomstige kolonisatie door een Europese macht”. Dit kwam bekend te staan als de Monroe Doctrine. De Amerikanen hielden zich voortaan afzijdig in Europese oorlogen. Tot ver in de 20e eeuw vormde dit isolationisme het beleid van de VS. Pas toen de Amerikanen in 1944 betrokken raakten in de Tweede Wereldoorlog lieten ze dit beleid varen.
Laatste jaren
Na afloop van zijn tweede termijn, trok Monroe zich terug op zijn landgoed in Virginia. Hij werd bestuurslid van de University of Virginia. Monroe kampte echter met grote financiële problemen, waardoor hij na de dood van zijn vrouw op 23 september 1830, introk bij zijn dochter in New York. Hij overleed daar op 4 juli 1831. James Monroe was de laatste president die gerekend kan worden tot de Founding Fathers van de republiek. Lees verder over de zesde president van de VS Dit artikel verscheen tevens op de weblog WarRoom, onderdeel van DeJaap met nieuws, achtergronden, verdieping, duiding en opinie rond de Amerikaanse politiek.