Geschiedenis van de rem in de auto

De ontwikkeling van de auto kwam in de tweede helft van de 19e eeuw in een stroomversnelling, toen de eerste auto’s met verbrandingsmotor werden uitgevonden. Doordat er hiermee hogere snelheden konden worden bereikt, had men een nieuwe rem voor de auto nodig. De ontwikkeling van deze techniek ging net als andere in deze periode zeer snel vooruit.

De rem bestond uiteraard al veel langer in andere voertuigen. De vraag was echter hoe deze toepasbaar te maken op de auto, het nieuwste voertuig. In eerste instantie nam men de rem over die al op de fiets in gebruik was: de zogenaamde trommelrem. De modernere versie die toepasbaar was op de auto werd in 1902 uitgevonden door de Fransman Louis Reynault, hoewel een minder geavanceerde versie van dezelfde rem een jaar eerder al in gebruik werd genomen door de Duitse fabrikant Maybach.

Trommelrem

Deze rem bestond uit een ’trommel’ die met het wiel meedraaide en twee halvemaan vormige remschoenen die hier iets van af stonden. De remmen werkten mechanisch. dit wil zeggen dat de hendels met kabels rechtstreeks verbonden waren met de remschoenen, die op de trommel gingen staan en zo het wiel afremden. De kracht die de bestuurder op de pedaal moest zetten hing af van de snelheid en het gewicht van het voertuig.

Nederlandse primeur

Dit mechanische systeem plaatste men eerst niet op alle wielen. De eerste auto waarbij dit wel het geval was heette de Spyker 60HP, uitgevonden door de Nederlandse broers Hendrik-Jan en Jacobus Spijker. Elk wiel kreeg op deze manier dezelfde remkracht. De auto was daarnaast de eerste met een vierwielen aandrijving. De broers lieten de auto vooral voor commerciële doeleinden gebruiken, maar het won wel een race in Birmingham in 1906.

Schijfrem

Het nadeel van de trommelrem was dat de verhitting bij lang gebruik ervoor zorgde dat de remkracht enorm afnam. Dit zorgde vooral voor gevaar bij (lange) afdalingen. Om deze reden zorgde de uitvinding van de schijfrem tot een gestage verdringing van de trommelrem.

Snelle ontwikkelingen

Eerst gebruikte veel auto’s nog trommelremmen op de achterwielen, omdat de kracht die iemand voor het gebruik van deze rem nodig had kleiner was dan de schijfrem. Na de uitvinding van de rembekrachtiging (meestal door het creëren van een vacuüm) was de trommelrem echter helemaal verleden tijd. De schijfrem werkte in principe hetzelfde als de trommelrem, maar draaide er een schijf met de wielen mee in plaats van een trommel. Zoals gezegd had de schijfrem meer druk en dus meer kracht nodig, maar de wrijving nam daarentegen niet af bij verhitting. Modernere versies van de eerste schijfrem worden niet alleen in auto’s ingezet (die je tegenwoordig online kan bestellen via Auto-Onderdelenwinkel24.nl) maar ook in treinen, fietsen, kranen en in de lopende band.