Olympische Zomerspelen 1928

De negende Olympische Spelen werden in 1928 georganiseerd in Amsterdam. Tweemaal eerder had de hoofdstad geprobeerd de Olympische Spelen binnen te halen, maar zowel in 1920, als in 1924 ging een andere stad voor, respectievelijk Antwerpen en Parijs. In 1928 was het dan toch zover. Op de foto is de openingsceremonie te zien van 28 juli 1928 in het Olympisch stadion in Amsterdam. Er worden duiven losgelaten en een vliegtuig van Fokker cirkelt rond het stadion.

De Olympische Spelen in Amsterdam

In veel opzichten waren de Olympische Spelen in Amsterdam bijzonder. Zo werd voor het eerst de Olympische vlam ontstoken. Dit werd gedaan door de medewerker van een gasbedrijf. Tegenwoordig wordt het vuur aangemaakt door een sporter. Koningin Wilhelmina woonde de openingsceremonie niet bij. Ze was beledigd, omdat ze niet geraadpleegd was over de datum van de opening en ze liever een informele reis naar Noorwegen door liet gaan.

Bijzondere omstandigheden

De Amerikanen behaalden de meeste medailles: 56 in totaal. Opmerkelijk was de zwarte Britse atleet Jack London, die bij de 100 meter sprint startblokken gebruikte, terwijl de anderen zoals gewoonlijk kuiltjes groeven om hun voeten in vast te zetten. Bovendien nam Duitsland, voor het eerst sinds de Eerste Wereldoorlog (1914-1918), weer deel aan de spelen. Ook was er een doorbraak op het gebied van vrouwelijke sporters. Ondanks protesten deden vrouwen voor het eerst mee aan de atletiek en gymnastiek.

Op dit moment probeert Nederland het sportevenement in 2028 opnieuw in Nederland, alsmede in België, te laten plaatsvinden.

Afbeelding

• Nationaal Archief Elsevier: Openingsceremonie van de Olympische Spelen in Amsterdam op 28 juli 1928.