Autostoeltjes oorspronkelijk bedoel om kinderen rustig te houden
Elke verkeersdode is er een te veel. Zeker als het om kinderen gaat. Vandaar dat auto’s tegenwoordig met steeds geraffineerdere technologie worden uitgerust om ongelukken te voorkomen. Ondanks al deze technische snufjes is het autostoeltje nog steeds onontbeerlijk voor de veiligheid van kinderen in de auto. Deze stoeltjes zijn tachtig jaar geleden geïntroduceerd. Verbazingwekkend genoeg was niet het beschermen van de kinderen het oorspronkelijke doel van deze uitvinding, maar het waarborgen van de rust van de ouders.
Doorbraak auto’s
De autostoeltjes kwamen oorspronkelijk uit de Verenigde Staten. Daar nam de productie van auto’s aan het begin van de twintigste eeuw een hoge vlucht. Met name de introductie van de Ford Model T in 1908 betekende een doorbraak. Miljoenen Amerikanen konden zich deze relatief goedkope auto veroorloven, waardoor het voertuig op de Amerikaanse wegen halverwege de jaren ’20 allang geen bezienswaardigheid meer was.
Met de kinderen op stap
Amerikanen gebruikten hun auto’s voor steeds meer verschillende doeleinden. Los van werk-gerelateerde ritten, begonnen ze hun voertuigen ook voor plezierreisjes te gebruiken. Hierbij namen gezinnen ook dikwijls de kinderen mee op stap. Zodoende ontstond er een markt voor autostoeltjes.
Autostoeltje om kinderen rustig te houden
In 1933 bracht de Bunny Bear Company het eerste autostoeltje op de markt. Het ging hier om een stoffen zitverhoging, die aan de autostoel kon worden opgehangen. Dit autostoeltje was er echter niet op gericht op de veiligheid voor de kinderen te vergroten. In plaats daarvan was het doel ervan om de ouders een rustige rit te bezorgen. Door de zitverhoging konden ze hun kinderen namelijk makkelijker vanaf de voorbank in het oog houden. Bovendien dwong het autostoeltje de kinderen om op hun plek te blijven zitten, waardoor klieren op de achterbank een stuk lastiger werd.
De jaren daarop voegden fabrikanten enkele functies aan de zitverhogingen toe, om ze leuker voor de kinderen te maken. Zo werd er bijvoorbeeld een metalen frame met een nep-stuur op geplaatst, zodat kinderen konden doen alsof ze autoreden.
Eerste stoeltje voor de veiligheid
Het eerste autostoeltje gericht op de veiligheid van kinderen kwam pas in 1962. De Brit Jean Ames bouwde dat jaar een systeem om baby’s te beschermen tegen verkeersongelukken. Ames’ uitvinding was een Y-vormig harnas, dat het kind stevig vastzette aan de zitverhoging. Dit autostoeltje was op de achterkant van de auto gericht, om de baby zo veel mogelijk te beschermen tegen de klap van een frontale botsing.
Dankzij Ford doorgebroken
De uitvinding van Ames sloeg niet direct aan. Bij het grote publiek was er toen namelijk maar weinig bewustzijn over de voordelen van kinderbescherming in de auto. Pas toen de autoproducent Ford in 1968 een grootschalige reclamecampagne voor hun eigen autostoeltje (de Tot-Guard) lanceerde, kwam hier verandering in. Steeds meer mensen werden zich zo bewust van de risico’s voor kinderen in de auto. Ook nationale overheden gingen zich er mee bemoeien: in veel Europese landen zijn zitverhogingen voor kinderen inmiddels verplicht. Aanstaande ouders kunnen tegenwoordig dan ook uit een breed scala aan autostoeltjes kiezen. Sites zoals Ikwordmama.nl bevatten bescherming voor op de weg in alle soorten en maten. Want veiligheid gaat vanzelfsprekend boven alles.
Bronnen:
Afbeeldingen:
- Foto: Nationaal Archief, nr. archiefinventaris 2.24.01.05, besanddeelnr. 922-6751.
