12 januari jarig: Charles Perrault, Hermann Wilhelm Göring en Pieter Willem Botha
Hij zet zich in voor de kunst in Frankrijk en heeft een belangrijke post in de regering van Lodewijk XIV. Tussen zijn werkzaamheden door schrijft hij verhalen. Hij verzamelt volksvertellingen en vormt ze samen tot een nieuw literair genre: het sprookje. Verhalen als De Gelaarsde Kat en Blauwbaard zijn door hem geschreven. Charles Perrault werd geboren op 12 januari 1628.
Een Franse schrijver, een Duitse nazi en een Zuid-Afrikaanse president. Veel hebben Charles Perrault, Hermann Wilhelm Göring en Pieter Willem Botha op het eerste gezicht niet gemeen. Toch delen ze minstens één ding: 12 januari, hun geboortedag.
Charles Perrault (1628-1703) werd geboren op 12 januari 1628 in Parijs. Hij stapte in de voetsporen van zijn vader door als ambtenaar voor de regering te werken. Daarnaast begon hij verhalen te schrijven. Hij diende vanaf 1663 als secretaris onder minister Jean Baptiste Colbert, de minister van economische zaken voor Koning Lodewijk XIV. Perrault had een belangrijke invloed op het ontwerp van een uitbreiding van het Louvre. Hij overzag de bouw van fonteinen in de tuinen van Versailles en hield zich in allerlei opzichten bezig met de bevordering van kunst in Frankrijk. Tegenwoordig staat Perrault vooral bekend om zijn schrijfwerk. Hij wordt gezien als de grondlegger van het literaire genre van het sprookje. Hij gebruikte volksverhalen en toverde deze om in sprookjes, vaak gericht op kinderen. Zijn meest bekende werken zijn Assepoester, De Gelaarsde Kat, Blauwbaard en Verhalen van Moeder Gans. Charles Perrault stierf op 16 mei 1703.
Hermann Wilhelm Göring (1893-1946) werd op 12 januari 1893 geboren in Rosenheim, een stadje ten zuiden van München. Zijn moeder lieten hem bij een pleeggezin achter om zelf in het Caraïbisch gebied te gaan wonen met haar man, die in Haïti voor de Duitse consulaire dienst werkzaam was. Op driejarige leeftijd zag Hermann zijn ouders weer terug en gingen ze in Berlijn wonen. In 1904 ging Hermann Göring naar een kostschool, hetgeen hij haatte vanwege de discipline, het slechte eten en de verplichte vioollessen (hij had een hekel aan de viool). Göring kreeg later een militaire opleiding. Hij diende tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) bij de infanterie en de luchtmacht. In 1922 werd hij bevriend met Adolf Hitler. In 1933 richtte Göring de Gestapo op, de Duitse geheime politie. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hij minister van de luchtmacht en riep hij op tot een ‘finale oplossing van het Jodenprobleem’. In 1946 werd Göring veroordeeld wegens misdaden tegen de mensheid. De dag voor zijn executie, op 15 oktober 1946, pleegde hij zelfmoord door gif te slikken.
Pieter Willem Botha (1916-2006) werd op 12 januari 1916 geboren in de Oranje Vrijstaat te Zuid-Afrika. Hij was de zoon van Afrikaner ouders. Op 20 jarige leeftijd stopte hij met zijn studie rechten om een politieke carrière te beginnen. Hij werd parlementair lid voor de Nasionale Party in 1948, een conservatieve partij met een gematigde en extreem-rechtse stroming. In 1966 werd Botha minister en in 1978 president. Hij betwijfelde of het in standhouden van apartheid nodig was voor het bestrijden van het opkomende communisme. Botha zorgde ervoor dat er drie parlementen kwamen, een voor kleurlingen, een voor Indiërs en een voor blanken. In de praktijk hadden de blanken het nog steeds voor het zeggen. Botha probeerde zoveel mogelijk macht naar zich toe te trekken door allerlei vrijheden voor zichzelf door te voeren. Hoewel hij de apartheidspolitiek enigszins versoepelde, veranderde hij niets aan de ernstige beperkingen waaronder zwarten leefden. Hij gaf het leger meer repressieve middelen en weigerde Nelson Mandela vrij te laten. Vooral hierdoor raakte Botha internationaal geïsoleerd. In 1989 trad hij af vanwege druk vanuit zijn eigen partij. Pieter Willem Botha overleed op 31 oktober 2006. Vanwege een langdurige ziekte (welke? ) werd hij regime na het afschaffen van de apartheid in 1998 (even nakijken) niet veroordeeld voor zijn daden.