De Anjerrevolutie van 1974
In de jaren ‘70 van de twintigste eeuw was Portugal een van de armste landen van Europa. Sinds 1932 werd het land geregeerd door een conservatief en dictatoriaal regime, dat weinig ruimte gaf voor economische ontwikkeling. Doordat het land ook verwikkeld was in een aantal koloniale oorlogen zat Portugal economisch aan de grond en de onvrede over de regering was groot. In 1974 kwam de onvrede tot uitbarsting in de Anjerrevolutie.
Dictatoriaal Portugal
Portugal werd sinds 1932 geregeerd door António de Oliveira Salazar. Zijn bewind werd vanaf zijn aantreden in 1932 tot zijn overlijden in 1968 gekenmerkt door een zeer conservatieve koers. Hij had het land willen beschermen tegen negatieve invloeden van buitenaf, maar daardoor liep het land sociaal en economisch achter op de rest van Europa. Zo was een groot deel van de bevolking nog analfabeet. Het beleid was erop gericht dat mensen vooral werkten. Vakbonden waren verboden en een minimumloon was er niet. Pas in de jaren ’60 begon de overheid ervoor te zorgen dat alle kinderen tussen de zes en twaalf jaar oud naar school konden. Hoger onderwijs was slechts voorbehouden aan een elite.
Weerstand
Het beleid leverde zo nu en dan wel weerstand op. In 1962 nog hadden links georiënteerde studenten een kleine opstand ontketend nadat de regering een aantal vooral linkse studentenorganisaties had verboden. Veel studenten kwamen in de gevangenis terecht of werden door de overheid naar andere universiteiten overgeplaatst.
Salazar opgevolgd door Caetano
In 1968 werd Salazar geveld door een beroerte. Hij werd opgevolgd door Caetano, die een iets vrijere koers inzette dan zijn voorganger. Er kwam meer persvrijheid en hij voerde hervormingen door, die de opkrabbelende economie moesten stimuleren. Maar politieke hervormingen kwamen er niet. Caetano bleef een autoritair leider die de politieke oppositie monddood maakte.
Koloniale oorlogen
Terwijl andere koloniale mogendheden langzaamaan hun koloniale ambities opgaven, zette Salazar de hakken in het zand en probeerde met militair ingrijpen de koloniën binnenboord te houden. De militaire uitgaven in de koloniën drukten zwaar op de begroting van het land, wat de toch al slechte economie geen goed deed. De oorlogen bezorgden Portugal niet alleen een zware economische last, veel jongens zaten ook niet te wachten op dienst in de koloniale oorlogen. Om de dienstplicht te ontvluchten, zochten jaarlijks honderdduizenden hun heil in het buitenland.
Movimento das Forças Armadas
Uiteindelijk waren het de koloniale oorlogen die de aanleiding voor de revolutie vormden. De uitzichtloosheid van de oorlogen bracht een aantal legerkapiteins ertoe een verzetsbeweging, de Movimento das Forças Armadas (MFA), op te richten. De economische crises van de jaren ’70 sloegen ook in Portugal hard toe, waardoor de onvrede toenam. Daarnaast liepen de kosten van de oorlogen in Afrika verder op. Toen een aantal hoge officieren een voorstel indienden om de oorlogen te beëindigen kreeg de MFA steeds meer steun en begon actief een coup te plannen, die zou plaatsvinden op 25 april 1974.
De Anjerrevolutie
Op 24 april 1974 werd door een radiostation het liedje uitgezonden waarmee Portugal dat jaar had meegedaan aan het Eurovisie songfestival. Dat was het signaal voor de coupplegers om in actie te komen. Militairen die zich hadden aangesloten bij de MFA bezetten gedurende de nacht strategische posities zoals radio- en televisiestations en vliegvelden.
Anjer als symbool
De volgende ochtend kondigde de MFA via de radio aan dat het leger de macht had gegrepen. De bevolking werd opgeroepen binnen te blijven, maar gaf daar geen gehoor aan. In plaats daarvan ging het volk massaal de straat op om de coup te steunen. Waar, wanneer en door wie het begonnen is, is nooit duidelijk geworden, maar op zeker moment begonnen burgers anjers in de geweerlopen van de soldaten te steken. Op die manier werd de anjer het symbool van de revolutie.
Caetano vluchtte
Gewelddadigheden waren er nauwelijks. Op één plek in Lissabon vielen doden toen veiligheidstroepen die loyaal aan het regime waren, een menigte van soldaten en burgers onder vuur namen. Maar ondanks hun verzet was de revolutie niet meer te stoppen, Caetano vluchtte naar het buitenland en zou niet meer in Portugal terugkeren.
Nasleep
Met het vertrek van Caetano ontstond er een machtsvacuüm dat door de MFA werd opgevuld met een junta die zichzelf deJunta de Salvação Nacional noemde. Links en rechts georiënteerde groepen kwamen in het jaar na de revolutie vaak met elkaar in aanvaring. In 1975 werd een nieuwe grondwet aangenomen en werd de junta afgeschaft. Daarmee was de onrust nog niet voorbij.
Tegencoup
Op 25 november 1975 werd door communistisch georiënteerden een nieuwe coup gepleegd, onmiddellijk gevolgd door een tegencoup door meer gematigden. In 1976 volgden nieuwe verkiezingen, waarna een socialistisch-christendemocratische regering aan de macht kwam. De gebeurtenissen in Portugal werden door het buitenland met argusogen gevolgd. Binnen de NAVO werd gevreesd dat Portugal een communistische regering zou krijgen en afgevaardigden van verschillende NAVO leden trokken naar Portugal om ervoor te zorgen dat dat niet zou gebeuren.
Een serie omwentelingen
In andere dictatoriaal bestuurde landen in Zuid Europa vreesden regeringen dat de revolutie in Portugal wel eens het begin kon zijn van een hele serie omwentelingen. Dat leek ook te gebeuren. Ook in Griekenland viel in 1974 een militair regime en in 1975 overleed de Spaanse dictator Franco, waarmee ook een einde kwam aan de Spaanse dictatuur. De revolutie betekende ook het einde van het Portugese koloniale rijk. Kort na de revolutie trok Portugal haar troepen terug uit de koloniën, en vele honderdduizenden burgers volgden. Kort daarna werd de onafhankelijkheid aan de koloniën erkend.