De eerste elektrische auto´s uit de 19e eeuw
De populariteit van elektrische auto’s neemt toe, maar nieuw zijn ze zeker niet. De eerste elektrische auto´s stammen al uit de 19e eeuw, destijds waren ze zelfs populairder dan auto´s op benzine.
Rond 1885 werkten meerdere uitvinders onafhankelijk van elkaar aan de ontwikkeling van de automobiel. Benzineauto’s uit de beginjaren waren niet zo makkelijk te rijden als we nu gewend zijn. Starten gebeurde met een flinke ruk aan een slinger en om te kunnen schakelen had je spierballen nodig. Onderweg ging er vaak van alles kapot.
Tegelijk met de verbrandingsmotor werd de elektrische aandrijving ontwikkeld. Vooral in Amerika sloeg deze techniek aan, in 1900 reed 38 procent van de auto’s op elektriciteit en slechts 22 procent op benzine. De overige 40 procent reed op stoom.
Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!
Voordelen van de elektrische auto
De voordelen van de elektrische auto’s waren dat ze niet stonken, weinig lawaai maakten en geen versnellingen hadden. Daarom werden elektrische wagens destijds vooral geschikt geacht voor vrouwelijke automobilisten, die vaak niet de kracht hadden om de auto aan te slingeren. Hierdoor ontwikkelde de elektrische auto zich tot een soort luxe-vervoermiddel, dat vooral voor transport binnen de grote steden werd gebruikt.
Elektrische startmotor
In 1912 onderging de automobielwereld een revolutie, dat jaar vond General Motors de elektrische startmotor uit. Dit maakte het aanslingeren overbodig. De benzineauto’s kregen steeds meer voordelen ten opzichte van de elektrische wagens, die met hun zware accu’s een beperkte actieradius en topsnelheid hadden. Toen Henry Ford bovendien begon met de massaproductie van benzineauto’s werden deze ook nog eens een stuk goedkoper. Hiermee had de elektrische auto de concurrentiestrijd definitief verloren.
In de Tweede Wereldoorlog maakte de elektrische auto een kleine comeback vanwege de brandstofschaarste, maar daarna stokte de ontwikkeling. Er was nog een kleine opleving in de Oliecrises van de jaren ’70, maar ook toen werd de ontwikkeling van de elektrische auto geremd door een (tijdelijk) einde aan het brandstoftekort.
Een brandstofloze auto, kan dat? In 1934 kondigde Johannes Wardenier aan dat hij een auto had uitgevonden die zonder brandstof kon reizen. En dat niet alleen, het Friese Wolvega zou het centrum worden van de productie van dit wonderlijke voertuig, waarmee het Friese plaatsje de grote industriestad Eindhoven voorbij zou streven. In Geschiedenis Magazine 6 van 2023 vertelt Igor Stuifzand wat er van al deze ideeën terechtkwam.
Toenemende populariteit
Nu het besef toeneemt dat de voorraad fossiele brandstoffen niet oneindig is en de zorgen over de klimaatverandering toenemen, wordt de elektrische auto wederom populairder. Sinds 2012 neemt het aantal oplaadbare auto’s dan ook elk jaar weer toe. Hoewel benzineauto’s nog altijd in de meerderheid zijn, zou het zomaar eens kunnen dat ze ooit opnieuw zullen worden voorbijgestreefd door de elektrische auto’s.
Een brandstofloze