De geschiedenis van de 'afhaalchinees' in Nederland
Nasi, bami, saté of foe yong hai: bijna iedereen in Nederland heeft wel eens van de Aziatische keuken geproefd. De bakjes van de ‘afhaalchinees’ zijn dan ook een bekend fenomeen in Nederland, of dat waren ze in ieder geval. De laatste jaren lijken we steeds minder naar de Aziatische keuken te gaan voor ons Oosterse eten met een Hollands tintje, zo meldde de NOS in oktober 2019. Maar hoe zijn deze gerechten eigenlijk in de Nederlandse eetcultuur beland?
Chinese migranten in Nederland
Hoewel voor veel Nederlanders in de jaren vijftig de eerste kennismaking met buitenlands eten op grotere schaal plaatsvond, bestonden er al Chinese restaurants in Nederland vóór de Tweede Wereldoorlog, toen Chinese migranten naar Nederland kwamen. Vaak kwamen deze migranten vanuit Nederlands-Indië, waar zij Nederlandse handelaren hadden leren kennen. Deze contacten hadden als gevolg dat er Chinezen naar Nederland kwamen om een studie te volgen of te werken. Vanaf het einde van de negentiende eeuw kwamen er ook Chinezen rechtstreeks uit China naar Nederland. Veel Chinezen vestigden zich in Nederlandse havensteden omdat zij via de scheepvaart naar Nederland kwamen.
‘Pinda-Chinees’
Na 1929, toen het slechter ging met de Nederlandse scheepvaart, raakten veel Chinezen in Nederland werkloos. Zij waren voor de Nederlandse staat echter vreemdelingen en hadden geen recht op financiële hulp. Daarom gingen sommige Chinezen zelfgebakken pindakoekjes verkopen op straat: zo ontstond de scheldnaam ‘pinda-Chinees’. De verkoop en het ondernemerschap was echter een succes, en in deze periode werden meerdere Chinese restaurants geopend.
Kattenvlees?
In 1920 in Rotterdam werd het allereerste Chinese restaurant geopend: ‘Cheung Kwok Low’. De jaren erna volgden er meer. Deze eerste eethuisjes waren niet gericht op bezoekers uit Nederland, maar vooral op klanten met een Aziatische achtergrond. Hierbij hoorden ook mensen die terugkeerden uit Nederlands-Indië. Er gingen de wildste geruchten de ronde over de eerste Chinese eettentjes. Zo zou er bijvoorbeeld kattenvlees geserveerd worden.
Beroemdheden in restaurant ‘Kong Hing’
Het Chinese restaurant ‘Kong Hing’ dat in 1928 in Amsterdam geopend werd, was het eerste Chinese restaurant waar ook Nederlandse klanten kwamen. Dit restaurant werd beroemd: de Amerikaanse zangeres Josephine Baker kwam er zelfs meerdere keren op bezoek. Oprichter Ng Ho Yong had vóór de opening van het restaurant een ‘boarding house’: dit was een soort opvangplek waar Chinese scheepslieden konden verblijven terwijl zij wachtten tot ze weer aan boord konden. In het ‘boarding house’ kregen de mannen twee keer per dag een maaltijd. Toen de vraag naar Chinees eten door het Nederlandse publiek groter werd maakte Ng Ho Yong echter een restaurant van de opvangplek.
Indische invloeden
Na de Tweede Wereldoorlog groeide de populariteit van Chinese restaurants in Nederland sterk. Toen Indonesië onafhankelijk werd, trokken veel Indische migranten en Nederlandse militairen naar Nederland, samen met een groep Indische Nederlanders met een Chinese achtergrond. Er ontstond door deze ontwikkeling een grotere behoefte aan Indisch eten in Nederland: de migranten waren immers aan het eten in Nederlands-Indië gewend. Dit had invloed op de al bestaande Chinese restaurants.
Indische ’kokkies’ in Chinese restaurants
Om meer klanten te trekken, besloten veel Chinese restaurants Indische ‘kokkies’ aan te nemen die Indische gerechten als gado-gado konden bereiden. ‘Kokkies’ hadden in Nederlands-Indië voor Nederlandse gezinnen gekookt. Zij moesten voor het gezin recepten uit Nederland koken, maar konden dit uiteraard alleen maar met lokaal verkrijgbare ingrediënten. Hierdoor konden zij zowel Indonesische als Nederlandse recepten maken. De recepten van deze ‘kokkies’ zijn na de dekolonisatie meegekomen naar Nederland, waar vervolgens ook weer aanpassingen gedaan werden.
De Indische rijsttafel
In Nederlands-Indië ontstond een mengeling van lokale en Nederlandse recepten- en eetgewoontes. Zo was het voor Nederlanders in Indonesië gebruikelijk om tussen de middag een grote maaltijd te eten die bestond uit rijst met daarnaast veel verschillende bijgerechten. Voor de rest van de bevolking in Nederlands-Indië was dit niet de gewoonte: zij aten drie keer per dag kleinere rijstgerechten met veel minder bijgerechten dan de ‘rijsttafel’ van de Nederlandse bevolking. Opvallend is verder dat de naam ‘rijsttafel’ bedacht is door een Nederlandse kok uit Batavia – het huidige Jakarta.
Chinees-Indische restaurants
Door de Indische invloed in Chinese restaurants ontstonden er overal ‘Chinees-Indische’ eethuizen. De restaurants werden met de jaren alleen maar populairder. Er werd later in de 20ste eeuw zelfs een politieke norm vastgesteld. In iedere Nederlandse stad of wijk met meer dan 10.000 inwoners mocht een ‘Chinees’ restaurant gevestigd worden: dit stelde het ministerie van Economische Zaken in 1980 vast.
De smaak van de Hollander
Deze Chinees-Indische restaurants waren dus geen ‘echte’ Chinese restaurants meer, maar waren door de behoefte van de nieuwe stroom aan migranten veranderd. Niet alleen stonden er Indische gerechten op het menu, ook werden de gerechten minder pittig gemaakt en werden er grotere porties geserveerd om de Nederlandse klant tevreden te stellen. Zo ontstond de ‘vernederlandste’ Oosterse keuken in Nederland. Eén van de toppunten (of dieptepunten, het is maar hoe je het bekijkt) van deze vernederlandsing is natuurlijk de creatie van de bami- en nasiballen. In de jaren '50 en '60 maakten deze snacks een opmars en waren ze bij de snackbar te krijgen.
Een bonte verzameling aan eetgewoonten
Door een mengeling van Chinese, Indonesische of Indische en Nederlandse eetgewoonten zijn in de Oosterse keuken of de 'afhaalchinees' in Nederland vaak recepten te vinden die het resultaat zijn van het jarenlang combineren en aanpassen van verschillende eetculturen. Wil je een écht Indonesisch recept uitproberen? Kijk dan op deze website voor een recept voor Indonesische rendang. Misschien gaan we wel minder naar de afhaalchinees, maar het Aziatische eten is nog lang niet uit onze keuken verdwenen.
Bronnen:
- Historisch Centrum Overrijssel, Chinezen van Zwolle. Drie generaties aan het woord, (Zwolle 2013) p 30.
- www.npogeschiedenis.nl ’De culinaire revolutie van de jaren zestig’
- www.nationalgeographic.nl ’Bij de Chinees’
- nl.gbtimes.com ’De afhaalchinees in Nederland’
- www.vijfeeuwenmigratie.nl ‘1945-heden’
- www.volkskrant.nl ’Het is afgelopen met bami goreng-sambal bij’
- www.dbnl.org ’Schematisch overzicht vorming Westeuropese keuken’
- www.iisg.nl ’Chinezen van Amsterdam’
- www.etymologiebank.nl ’Rijsttafel’
- kritischekatjang.blogspot.nl ’Hoe Indisch is de Indische keuken?’
- onh.nl ’Wereldplek in Amsterdam: Chinees restaurant Kong Hing’
- nasikuning.nl ‘De geschiedenis van de Indonesische keuken’
- www.vijfeeuwenmigratie.nl ’Restauranthouders uit China’
Afbeeldingen
- WikimediaCommons, ‘Foto. De familie C.H. Japing met tante Jet en oom Jan Breeman aan de rijsttafel, Bandoeng’ (Mei 1936), Tropenmuseum, Dhr. C.H. (Christoffel Hendrik) Japing (Fotograaf/photographer)
- Nationaal Archief, 'Chinees restaurant, in en exterieur', Fotocollectie Anefo, 14 december 1972, Rossem, Punt, […] / Anefo
- WikimediaCommons, ‘Groningen, Gelkingestraat 20, 1600; Pand met verdieping onder hoog zadeldak met nok evenwijdig aan de rooilijn. Op de verdieping vijf smalle Groninger vensters; rm 18461’, CWKramer.
- WikimediaCommons, ‘Litho naar een oorspronkelijk werk van Rappard, De rijsttafel’, Tropenmuseum, Jhr. JosiasCornelisRappard (drawing)