De geschiedenis van de Friese sport fierljeppen
In maart 2024 ontdekten archeologen in het Friese Ferwert een ‘kletsievoetje’ uit de late Middeleeuwen. Dit kleine metalen voorwerp was ooit bevestigd aan het uiteinde van een fierjepspeer of in het Nederlands een polsstok. Nog eeuwen later speelt de fierjepspeer de hoofdrol in de Friese sport fierljeppen, Fries voor polsstokverspringen. Wat is de oorsprong van deze sport?
Wat is fierljeppen?
Fierljeppen is een traditionele Friese sport. Het wordt al eeuwenlang binnen de grenzen van de provincie Friesland beoefend en ondertussen ook steeds meer buiten de provincie. Het concept is simpel: men probeert met een stok over een sloot te springen en hoopt zo droog de overkant te halen. Toch is het cruciaal om een aantal stappen juist uit te voeren. Met de stok al in het water begint de sprong met het maken van een korte sprint van ongeveer dertig meter naar de polsstok, gevolgd door een sprong naar de stok toe, daarna de insprong en het zo hoog mogelijk klimmen naar de top van de polsstok. Uiteindelijk hoopt de atleet met een uitsprong aan de overkant te landen en een zo groot mogelijk afstand over de sloot overbrugd te hebben.
De introductie van de fierjepspeer
Onder veel Nederlanders gaat het verhaal dat de sport fierljeppen is ontstaan doordat inwoners op zoek gingen naar kievitseieren. Tijdens het zoeken naar deze eieren zouden namelijk meerdere sloten in rap tempo overgesprongen worden. De smalle sloten waren met een kleine sprong makkelijk over te steken en de net iets bredere met net iets meer moeite, maar bij de breedste sloten zou de polsstok in beeld zijn gekomen. Het was een houten vier meter lange stok met onderaan een rond blok, het kletsievoetje, die ervoor zorgde dat de stok niet in de moerassige bodem verdween. De manier van het brede sloten overspringen met de polsstok leek al erg op het fierljeppen. Toch blijkt uit biografieën en tekeningen dat de polsstok zelf in Friesland al voor het kievitseieren zoeken geïntroduceerd werd.
Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!
De fierljepspeer als wapen
De kletsie, een oud Fries woord voor fierljepspeer, was in de Middeleeuwen niet alleen een handig middel om sloten mee over te steken, maar ook een wapen. De stok kon fungeren als een soort lans of speer, maar bood de Friese krijgers ook tactische voordelen: met hun kletsie konden ze snel een sloot oversteken, terwijl hun tegenstanders dat niet konden. Die bewegingsvrijheid kon de Friezen een belangrijk tactisch voordeel bieden.
Naast dat de fierljepspeer dus makkelijk was bij het oversteken van sloten, bevatte het uiteinde van stok ook een vlijmscherpe speerpunt. Een handig wapen in gevecht met de vijand. En ook daar had de fierljepspeer een voordeel ten opzichte van de meeste andere speren uit die tijd: ze waren veel langer, waardoor de Friezen met hun fierljepspeer konden toeslaan voordat ze binnen het bereik van vijandelijke speren waren.
Bronnen uit de 16e en 17e eeuw
Voordat de eerste fysieke resten werden gevonden van het kletsievoetje, bestond het enige ‘bewijs’ voor over hoe de fierljepsperen werden gebruikt, uit enkele geschreven verslagen. Daarin werd in de 16e en 17e eeuw meerdere malen verwezen naar de polsstoksperen. In diverse middeleeuwse afbeeldingen, zoals muurschilderingen en tekeningen in boeken, is er bewijs te zien van de fierljepspeer.
Daarnaast schreef Wilwolt von Schaumburg over de Friese troepen bij de slag bij Laaxum in 1498. Zij zouden speren gedragen hebben die als polsstok dienden. De Spaanse historicus Bernardino de Mendoza schreef daarnaast in 1592 over hoe hij mannen met springstokken over greppels zag springen tijdens de Tachtigjarige Oorlog. De stokken zouden volgens Mendoza ook gebruikt worden als wapen. Hij sprak over mannen uit Magna Frisia, de streek waar ooit het Friese rijk dat halverwege de 7e eeuw was ontstaan, lag. Hij sprak over mannen uit Magna Frisia, de streek waar ooit het Friese rijk dat halverwege de 7e eeuw was ontstaan, lag. Daarmee lijkt de kletsie, de fierljepspeer, dus een typisch Friese vinding te zijn.
Bovendien worden de resten van fierljepsperen op dit moment alleen in Friesland gevonden en opgegraven. Daarom concluderen experts dat het een typisch Fries voorwerp is en daarmee ook dat het de grondlegger is van de sport fierljeppen.
Fierljeppen werd een sport
In de eeuwen daarna verloor de fierjepspeer zijn functie als speer en kwam het kievitseieren zoeken op. Als vermaak werden er even later onderling vriendschappelijke wedstrijden gehouden met de vraag wie in staat was de breedste kanalen over te springen. In 1767 werd de eerste officiële fierljepwedstrijd gehouden in het Friese Baard. Van een echte officiële competitie is dan nog niet sprake. Bijna twee eeuwen later, in 1956, wordt er pas voor het eerst een echte competitie gehouden.
Tegenwoordig organiseren de Polsstokbond Holland en Frysk Ljeppers Boun officiële fierljepwedstrijden. Ook worden er nationale wedstrijden gehouden door de Nederlandse Fierljepbond. Hoewel de sport eerst vooral onder de Friezen populair was, kwam het fierljeppen later steeds meer in opkomst in andere Nederlandse provincies. Zo kennen Groningen en Utrecht al een tijdje meerdere fierljep verenigingen.