Geschiedenis van het ISS

Drie nieuwe astronauten zijn vrijdag aangekomen bij het ISS, het internationale ruimtestation. Ze gaan onderzoek doen naar de effecten van de ruimtevaart met het immuunsysteem. Het ISS is de afgelopen decennia tot stand gekomen dankzij verregaande internationale samenwerking. Daarmee kwam er een einde aan de jarenlange strijd tussen de Verenigde Staten en Rusland over de ruimteprogramma’s.

De geboorte van het ISS

In 1984 kwam de Amerikaanse president Ronald Reagan met het plan om een ruimtestation onder de naam ‘Freedom’ op te zetten. Ondanks het feit dat zijn plan niet echt van de grond kwam, was dit wel een aanzet tot het huidige ruimtestation, het ISS. Gedurende de jaren ’90 zochten de Amerikanen internationaal steun voor een gedeeld ruimtestation. Die vonden zij in Brazilië, Canada, Japan en verschillende landen in Europa, zoals Nederland. Uiteindelijk sloot ook Rusland zich aan. Op 29 januari 1998 tekenden zestien landen de verdragen over het tot stand komen van het ISS.

De bouw en uitbreiding van het ISS

Op 20 november 1998 was de eerste lancering voor de bouw van het ruimtestation ISS een feit. De eerste module, de Russische Zarya, werd in de ruimte gebracht. De Zarya zou het eerste spreekwoordelijke bouwsteentje worden voor het grote station in de ruimte. Tijdens de eerste jaren werden er een tiental missies uitgevoerd met daarbij componenten en ruimtevaarders om het ISS uit te kunnen breiden. Op 2 november 2000 startte het tijdperk van permanente bewoning van het ruimtestation. De uitbreiding van het ISS zorgde ervoor dat de bemanning voor een langere tijd op het station kon blijven.

Het ongeluk met de Columbia

Op 1 februari 2003 keerde de spaceshuttle Columbia, met aan boord de zeven bemanningsleden, terug naar de aarde. Bij het binnentreden van de dampkring explodeerde de shuttle, waardoor de zeven bemanningsleden om het leven kwamen. Door het onderzoek lag het shuttle verkeer tijdelijk stil, waardoor de uitbreiding van het ISS vertraging opliep. Het ongeluk was ook een aanleiding voor een discussie over de haalbaarheid van de bouw van het ISS en de oplopende kosten. In de loop van 2004 werd besloten om het ISS te voltooien, maar dan wel in een afgeslankte vorm. De laatste fase van de bouw werd afgerond op 27 mei 2011.

Functie van het ISS

Het ISS is gebouwd om wetenschappelijk onderzoek in de ruimte te kunnen doen. Wetenschappers doen bijvoorbeeld onderzoek naar de effecten van een langdurig verblijf in de ruimte op het menselijk lichaam. Daarnaast dient het station voor exploratie, zoals de mogelijkheid voor het kunnen maken van verre ruimtereizen naar Mars. De onderzoeken gaan in ieder geval door tot 2020. Na dat jaar, waarschijnlijk pas in 2028, wordt het ISS uit zijn baan om de aarde gehaald en teruggehaald naar de Aarde. Het station heeft dan zijn beste tijd gehad en zal deels gerecycled worden voor een mogelijk nieuw ruimtestation.