IBM en de Holocaust
De Amerikaanse acteur Brad Pitt heeft aangekondigd dat hij van plan is de New York Times Bestseller IBM and the Holocaust te gaan verfilmen. Het boek, dat geschreven is door onderzoeksjournalist Edwin Black, bestaat uit een studie naar de betrokkenheid van de Amerikaanse computergigant bij het naziregime van Hitler en de gebeurtenissen van de Holocaust.
Het boek IBM and the Holocaust: The Strategic Alliance between Nazi Germany and America’s most Powerful Corporation verscheen voor het eerst in 2001. In de inleiding omschrijft Black zijn werk als volgt: “Dit boek vertelt het verhaal van IBM’s bewuste betrokkenheid bij de Holocaust, alsmede haar betrokkenheid bij de Nazi-oorlogsmachine die miljoenen anderen in heel Europa heeft omgebracht.”
Herman Hollerith
Black begint zijn studie met het ontstaan van IBM. Rond 1880 bedacht Herman Hollerith, de zoon van een Duitse immigrant en werknemer bij het Amerikaanse censusbureau, een nieuwe methode voor het bijhouden van bevolkingsstatistieken. Door middel van een uniek systeem van ponskaarten kon hij op eenvoudige wijze van iedere persoon een aantal kenmerken vastleggen, waaronder geslacht, leeftijd, nationaliteit en beroep. In 1884 wist hij deze methode te automatiseren, waarmee hij het Amerikaanse censusbureau maar liefst vijf miljoen dollar bespaarde.
IBM
De ‘Hollerith’ machine bleef vervolgens enige tijd de standaardmethode voor het houden van tellingen, maar aan het begin van de 20e eeuw werd het systeem in de Verenigde Staten steeds verder ingehaald door efficiëntere rivalen. Hollerith besloot zijn geluk daarom in het buitenland te proberen en gaf de Deutsche Hollerith Maschinen Gesellschaft (Dehomag) toestemming om zijn patent in Duitsland te exploiteren. Een jaar later verkocht hij zijn Amerikaanse rechten aan het bedrijf Computing-Tabulating-Recording Company (CTR), dat onder leiding stond van Thomas J. Watson en in 1924 hernoemd zou worden tot International Business Machines (IBM).
Overname
Door de hyperinflatie in Duitsland in de vroege jaren ’20 was Dehomag al snel niet meer in staat om haar licentiebetalingen te verrichten aan het CTR. In plaats van het Duitse bedrijf failliet te laten verklaren, besloot Watson echter genoegen te nemen met 90 procent van de aandelen van het bedrijf, waardoor IBM nu in feite vrijwel geheel eigenaar was van Dehomag. Deze situatie bleef ongewijzigd in de jaren ’30, ondanks de opkomst van Hitler en de verscheidene internationale oproepen van een economische boycot tegen het naziregime.
Census van 1933
Sterker nog, Thomas Watson besloot in deze periode juist meer geld te investeren in Dehomag, in de hoop op een ‘nog sterkere financiële band met het Hitler bewind’, aldus Black. Daarnaast was het bedrijf onder meer betrokken bij de organisatie van de Duitse census van 1933, die het naziregime voor het eerst in staat stelde om een beeld te vormen van de omvang van de Joodse populatie in Duitsland. Door de geautomatiseerde volkstelling werd duidelijk dat de schattingen van 400.000 tot 600.000 Duitse Joden veel te laag waren, en dat er in werkelijkheid meer dan 2 miljoen Joden in Duitsland woonden.
Holocaust
Cover van het boek 'IBM and the Holocaust' van Edwin Black
Ook na de uitbraak van de Tweede Wereldoorlog ging Dehomag door met haar werkzaamheden in dienst van nazi-Duitsland. Zo organiseerde het bedrijf in december 1939 een census in het onlangs veroverde Polen: “Iedere persoon ouder dan 12 jaar moest een registratieformulier invullen en kreeg een identificatiekaart”, zo beschrijft Black, “Zonder die kaart werden ze neergeschoten. Met die kaart werden ze gedeporteerd”.
Op deze manier raakte het dochterbedrijf van IBM uiteindelijk ook betrokken bij de Holocaust, want ieder concentratiekamp bezat een eigen ‘Hollerith Afdeling’, om zo de censusgegevens van alle gevangenen te controleren. “Zonder de machinerie, de service, het onderhoud en de ponskaarten van IBM zouden de kampen van Hitler nooit de capaciteit gehad hebben die ze hadden”, zo concludeert Black.
Reacties en kritiek
IBM heeft nooit direct gereageerd op de beschuldigingen van Black, maar het bedrijf trok wel meerdere malen zijn onderzoeksmethoden in twijfel. Ook criticus Richard Bernstein van de New York Book Review is kritisch, omdat Black in zijn ogen nergens definitief en doorslaggevend bewijs levert voor de stelling dat IBM direct verantwoordelijk is voor de gebeurtenissen tijdens de Holocaust.
Vele andere critici beschouwen het boek IBM and the Holocaust echter wel als een belangrijk stuk onderzoeksjournalistiek en in 2003 werd het werk beloond met de prijs voor ‘Beste Non-Fictie boek van het jaar’. Acteur Brad Pitt heeft inmiddels aangekondigd dat hij van plan is de bestseller te gaan verfilmen.