Oude Paleis van Justitie
Het Paleis van Justitie te Amsterdam verhuist in april 2013 naar een nieuwbouwpand aan de IJ-oever. Er zijn al jaren problemen door ruimtegebrek in het oude pand aan de Prinsengracht in Amsterdam. Door de verhuizing verliest het paleis, dat in 1836 in gebruik werd genomen als Paleis van Justitie, haar functie als rechterlijke huisvesting.
Begin 17e eeuw had Amsterdam te kampen met een grote hoeveelheid vondelingen en wezen. Omdat het bestaande aalmoezeniersweeshuis te klein werd, liet het stadsbestuur halverwege de 17e eeuw een nieuw weeshuis bouwen aan de Prinsengracht. In 1666 was het nieuwe pand van stadsarchitect Daniël Stalpaert af en konden de eerste wezen hun intrek nemen in het gebouw. Het weeshuis was gebaseerd op een bewoning van 800 mensen. Enkele decennia na de oplevering woonden er echter al 1300 wezen en was een uitbreiding van het pand noodzakelijk. In 1783 werd deze uitbreiding uitgevoerd, waarbij de beide zijvleugels met twee verdiepingen werden opgehoogd waardoor er extra ruimte was voor 500 mensen. Na deze uitbreiding werd er tot de opheffing van het aalmoezeniersweeshuis in 1825 weinig veranderd aan het gebouw.
Pand voor de rechterlijke macht
Nadat het weeshuis was ontruimd, besloot de gemeente om de rechterlijke macht van Amsterdam voortaan in het gebouw te huisvesten. De architect die voor de verbouwing werd aangenomen was Jan de Greef, die ook had gewerkt aan de herinrichting van Paleis Noordeinde en aan de uitbreiding van Paleis Soestdijk. Een van de belangrijkste bouwwerkzaamheden was het veranderen van de gevel aan de Prinsengracht. Ook het interieur en het meubilair werd in deze periode speciaal voor het gebouw ontworpen en vervaardigd. In 1836 werd het pand in gebruik genomen. De Greef maakte dit niet meer mee, omdat hij een jaar eerder overleden was.
Verbouwingen van het Paleis van Justitie
In de jaren die volgden bood het pand ook onderdak aan de stadsbibliotheek en een noodhospitaal voor Cholerapatiënten. Al snel bleek het pand daardoor wederom te klein en in 1864 werd de stadsbibliotheek verplaatst en tien jaar later werd het hospitaal opgeheven. In 1892 werd het interieur van het paleis aangepast aan het nieuwe gebruik als rechterlijk kantoor met een nieuwe zittingzaal, terrazzowerk, lambriseringen en chique cassetteplafonds.
In de 20e eeuw bleef dit ruimtegebrek een probleem vormen. In 1931 werden de waterkelders daarom omgebouwd tot archiefruimte. De laatste uitbreiding vond plaats in 1950. Het overgrote deel van de gerechtelijke instanties verhuisde begin jaren ’90 al naar andere locaties. In 2007 werd begonnen met de voorbereidingen voor de nieuwbouw. Nu het nieuwe paleis aan de IJ-oever gereed is, is het gerechtshof Amsterdam de laatste rechterlijke organisatie die het pand verlaat.