Recensie: Paul Coelho – De spion
Mata Hari. Verstrikt in een web van leugens
Een van de meest intrigerende figuren van de twintigste eeuw was een Friezin. Ze heette Margaretha Geertruida (Greet) Zelle, maar werd bekend onder haar artiestennaam: Mata Hari. De veelgeprezen Braziliaanse auteur Paulo Coelho schreef recentelijk de roman De spion vanuit het perspectief van deze exotische danseres en courtisane, die in 1917 stierf voor een Frans vuurpeloton. ‘Ik werd veroordeeld voor spionage terwijl de enige concrete informatie die ik vergaarde, roddels waren uit de salons van de high society.’ Als roman overtuigt De spion helaas niet, maar desondanks blijft Mata Hari fascineren.
Zonnebloempitten
Greet Zelle werd in 1876 geboren in Leeuwarden als dochter van een vermogend hoedenwinkelier. Faillissement, echtscheiding en de dood van haar moeder maakten een einde aan een gefortuneerde jeugd. Greet volgde een opleiding tot kleuterleidster en woonde in bij verschillende familieleden voordat ze in 1895 reageerde op een huwelijksadvertentie van de twintig jaar oudere KNIL-officier Rudolph MacLeod. Het paar trouwde na enkele maanden. Twee jaar later vertrokken ze met hun zoon Norman John naar Nederlands-Indië. Daar beviel Greet van een dochter – Louise Jeanne – en stierf Norman John aan vergiftiging onder verdachte omstandigheden.
In De spion jaagt Coelho in slechts enkele hoofdstukken door de jeugd en adolescentie van Greet Zelle heen, en legt daarin bijna achteloos de fundamenten voor haar verdere leven. Zo krijgt ze een zakje met zonnebloempitten van haar moeder vlak voordat die sterft: ‘De bloemen leren ons dat niets voor eeuwig is; hun schoonheid niet, en ook niet dat ze verwelken, want ze geven nieuw zaad.’ De vermeende affaire die Greet had met de directeur van haar opleiding – de ware toedracht hiervan is nooit opgehelderd – maakt Coelho tot een brute verkrachting: ‘Vanaf die gebeurtenis begon ik seks te associëren met iets mechanisch, iets wat niets te maken had met liefde.’
Scandaleus maar geliefd
Coelho schildert Rudolph MacLeod traditiegetrouw af als een monster. In werkelijkheid was het huwelijk van de MacLeods in elk geval wel zeer ongelukkig – de twee echtelieden pasten totaal niet bij elkaar – , wat resulteerde in een scheiding van tafel en bed in 1902. Hierop verhuisde Zelle naar Parijs, waar ze als circusartieste en schildersmodel furore hoopte te maken. In haar eerste poging slaagde zij niet, en die noemt Coelho in De spion ook niet. Wellicht durfde hij zijn handen niet te branden aan deze raadselachtige periode uit Zelles leven. In 1904 beproefde zij haar geluk nogmaals in Parijs, dit keer als bajadère: oosters danseres. Zelles debuut in 1905 als de exotische Mata Hari – Maleis voor ‘oog van de dag’, oftewel de zon – was direct een groot succes.
Met haar erotische optreden fascineerde Mata Hari de heren én dames van de belle époque. Coelho voert het dansen in zijn boek op als haar weg naar ultieme vrijheid, een manier om los te breken van de traumatische gebeurtenissen uit haar verleden. Al in Indië had zij kennisgemaakt met mystieke oosterse dans. Hoe zij hierdoor betoverd raakte, beschrijft Coelho in De spion op wel heel sensationele wijze. Een flinke dosis bloed en seks schroomt hij überhaupt niet. Sensatie is met betrekking tot Mata Hari overigens niet per se misplaatst. Zij was juist dankzij haar scandaleuze en sensationele optredens – en haar al even schaamteloze seksuele relaties – een van de grootste beroemdheden van haar tijd, op het hoogtepunt van haar carrière zeer geliefd bij de Europese beau monde.
Ondergang
Om zich te verzekeren van de aandacht van pers en publiek, spon Mata Hari tijdens haar leven een web van geheimen rondom haar identiteit. Hoe fascinerend deze leugens in vredestijd waren, des te gevaarlijker waren ze toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak en wijdverbreide paranoia een ware spionnenkoorts op gang bracht. De voorliefde van de Friese courtisane voor mannen in uniform – van alle nationaliteiten – werd haar fataal. Door haar werk kwam zij zowel met de Duitse als de Franse inlichtingendienst in contact. Begin 1917 werd Mata Hari gearresteerd door de Fransen op verdenking van spionage voor de Duitsers. Op 15 oktober van datzelfde jaar werd ze geëxecuteerd.
Coelho vertelt het verhaal van haar successen, van de fascinatie voor Mata Hari, maar meer nog vertelt hij het verhaal van haar verval. Van exotische vogel werd Mata Hari een verdachte en veroordeelde vrouw, in de steek gelaten door haar vermogende en invloedrijke minnaars. Al aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog wist zij dat haar roem tanende was: haar lichaam, haar wapen in de strijd om te overleven, viel ten prooi aan de vergankelijkheid. Het verwelkte zoals de zonnebloemen waar haar moeder haar over verteld had. En Mata Hari’s oplossing hiervoor volgens Coelho – het spelen van een ‘spel’ door het aannemen van geld van de oorlogvoerende partijen – werd ernst. Omwille ‘van invloed, geld en kleren, dingen die voorbijgaan’ maakte zij de verkeerde keuzes.
Teveel van alles
Volgens Coelho hebben de ‘feiten van dit boek (…) allemaal plaatsgevonden’. Hij speelt ingenieus met de ware gebeurtenissen en verwerkt historische nieuwsberichten, brieven en ander bronmateriaal in zijn boek. Met de details schept hij echter zijn eigen Mata Hari: een vrouw die verteerd werd door onzekerheid, ‘vanuit een bijna zichtbaar verlangen om tot iedere prijs bemind te worden’. Coelho’s Mata Hari raakt uiteindelijk verstrikt in haar eigen web van geheimen. ‘Ik dacht dat ik mensen die uit waren op staatsgeheimen, kon manipuleren, ik dacht dat Duitsers, Fransen, Engelsen of Spanjaarden geen van allen ooit mijn persoon zouden weerstaan – maar uiteindelijk was ik de gemanipuleerde.’
Coelho stelt de lezer voor aan een vrouw die ‘in het verkeerde tijdperk geboren’ was, zich te vrij gedroeg en daarvoor betaalde met haar leven. Zijn verhaal is een literaire interpretatie, een haast poëtische analyse van de persoon Mata Hari. Helaas helt zijn vertelling soms over naar melodrama. Daarnaast buitelen de personages en levensbepalende scènes in minder dan tweehonderd pagina’s over elkaar heen. Voor wie geen voorkennis heeft, kan de informatiedichtheid wellicht overweldigend zijn. De spion is, kortom, enigszins te veel van alles, maar dat maakt de historische hoofdpersoon niet minder boeiend. Integendeel: de lezer wil na het dichtslaan van het boek alleen maar méér over haar weten. Of Mata Hari werkelijk waardevolle informatie doorspeelde aan de Duitsers, blijkt pas in oktober 2017, als – honderd jaar na haar dood – haar Franse gerechtsdossier openbaar wordt.
Paulo Coelho, De spion (Amsterdam/Antwerpen 2016) De Arbeiderspers, 176 blz., ISBN 978 90 295 1134 6, € 18,99 (ook verkrijgbaar in een Friese editie).
Door Sietske van der Veen
Sietske van der Veen (1992) volgt de master Nieuwste geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam, waar zij ook de bachelor Taal en communicatie afrondde. Momenteel is ze bezig met haar masterscriptie, over een groep Nederlandse verpleegsters die in 1942 naar het oostfront ging met de zogeheten Nederlandse Ambulance. Naast haar studie werkt Sietske freelance voor onder andere Historisch Nieuwsblad. In de verte schijnen haar Friese voorouders aan die van Mata Hari verwant te zijn.
Dit stuk verscheen eerder op de website van Jonge Historici. Op de hoogte blijven van onze publicaties en activiteiten? Kijk dan hier:
www.jongehistorici.nl
Facebook.com/jongehistorici
https://issuu.com/jongehistorici
Twitter: @JongeHistorici