Sinterklaas overzee
Overal ter wereld waar Nederlanders wonen, wordt Sinterklaas gevierd. In de jaren ’50 en ’60 deed het ‘Comité tot viering van het St. Nicolaasfeest in het buitenland’ er alles aan om deze traditie levend te houden.
Sint Nicolaaspakketten
Tussen 1950 en 1960 emigreerden duizenden Nederlanders naar het buitenland in de hoop op een beter bestaan. Het Comité wilde Sint Nicolaas "voor Nederlanders en ex-Nederlanders over de gehele wereld tot een dag maken die men als een typische Nederlandse traditie vieren en voelen zal". De overheid participeerde in het Comité. Ook het bedrijfsleven deed mee en spinde er garen bij. De emigranten werden blij gemaakt met geschenkpakketten. Daar zaten niet alleen pepernoten, speculaas en chocoladeletters in, maar ook de bekende Prinsessenkalender.
Slimme ondernemer
Deze Prinsessenkalender was een fenomeen in Nederland en werd goed verkocht tijdens de feestdagen. Op de kalender stonden exclusief door het Koninklijk Huis beschikbaar gestelde nieuwe foto’s van de prinsessen Beatrix, Irene, Margriet en Christina. Een deel van de opbrengst ging naar de stichting Pro Juventute voor jeugdzorg in Nederland. Een uitgever uit Goes gaf een eigen goedkopere versie van de Prinsessenkalender uit en bood die ter verzending naar emigranten aan. Deze kalender vond gretig aftrek, omdat mensen dachten dat het om de officiële Pro Juventute-kalender gaat. Pas later bleek dat Pro Juventute hierdoor vele inkomsten is misgelopen.
Commercieel interessant
Nederlandse banketbakkerijen hadden aardig wat extra omzet te danken aan de acties voor de emigranten. Tussen de archiefstukken van het Comité zijn aanbiedingen van allerlei fabrikanten te vinden, zoals van de firma Emna die plaatjes met Sint-Nicolaasvoorstellingen bij het Comité aanprijsde. Ook sigarenfabrieken hoopten op een plekje in het Sinterklaaspakket.
Sinterklaaspakken
De scheepvaartmaatschappijen waren bereid de Sinterklaaspakketten gratis naar de immigratielanden mee te nemen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken spande zich in om de heffing van invoerrechten te voorkomen. Anders werden de pakketten in plaats van een smakelijke verrassing een duur vergulde pil voor de emigranten. Ook verzorgde het ministerie de toezending van Sinterklaasliedjes en nam het de voorbereiding van de Sinterklaas- en Pietenpakken op zich, al dan niet met financiële ondersteuning van het Emigratiefonds.
Stille dood
De gecoördineerde bemoeienis met de buitenlandse Sinterklaasvieringen nam na de emigratiehausse langzaam af en stierf in 1976 een stille dood. In dat jaar bleek dat het Comité nooit officieel was ingesteld of opgeheven. Wat restte was een klein positief saldo op een bankrekening, dat Sociale Zaken maar naar de algemene middelen liet vloeien. Ook zonder Comité bleven ambassades en Nederlandse verenigingen over de hele wereld nog steeds Sinterklaasvieringen organiseren. Deze traditie is, ook in het buitenland, nog altijd springlevend.
De buitenlandse Sinterklaastraditie creeërde in 2011 nog een kleine rel in de Canadese stad Vancouver. Nadat gekleurde inwoners van de stad protest aantekenden tegen de aanwezigheid van Zwarte Piet en de raciale stereotypes die zijn personage zou uitdragen, besloot het organiserend comité de helper van de Goedheiligman voor dat jaar thuis te laten. Toen de Nederlandse Canadezen in Vancouver aangaven geen trek te hebben in een Sinterklaasfeest zonder Zwarte Piet, viel het besluit om het Vancouverse Sinterklaasfeest maar helemaal af te blazen.
Nationaal Archief
· 2.15.68 - archief Directie voor de Emigratie, ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, (1933) 1945-1994, inv. nr. 867
· 2.19.158 - archief Stichting Nederlands Emigratiefonds, (1954) 1958-2001
Verder lezen
- Paul Faber, Sinterklaas overzee (KIT Publishers 2006).
Afbeelding