KNMI geschiedenis klimaat

VVD wil KNMI opheffen

Tweede Kamerlid voor de VVD René Leegte zegt namens de VVD van het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) af te willen omdat het 'klimaatpartijdig' zou zijn. Dit zegt Leegte dinsdag in de Telegraaf. Het KNMI is één van de oudste instituten van ons land.

In 1851 stelde de natuurkundige Buys Ballot voor om op Sonnenborgh bij Utrecht een sterrenwacht en een weerkundig instituut te bouwen. Al sinds 1848 werden daar metingen naar het weer gedaan. Buys Ballots voorstel werd gehonoreerd, op 31 januari 1854 werd het KNMI opgericht door Koning Willem III. Het instituut droeg eerst de naam Koninklijk Meteorologisch Observatorium waarvan Professor C.H.D Buys Ballot (1817-1890) de eerste hoofddirecteurwas. In 1897 verhuisde het KNMI naar De Bilt, omdatde meteorologen daar betere waarnemingen konden doen. Het KNMI had als één van de eerste instituten in de wereld stormwaarschuwingen en weerkaarten.

Meteorologica

Al in het boek Meteorologica schreef Aristoteles in ongeveer 340 v. Chr., over meteorologie. Het Griekse woord meteoron zijn ‘zaken hoog in de lucht tussen de aarde en de sterren’. Logos betekent studie. Ook de leerling van Aristoteles, Theophrastus, publiceerde een boek over het voorspellen van het weer, het Boek der tekens.

Meetkundige instrumenten

In een tijd van overzeese expansie en grootscheepse handelsondernemingen werden er steeds meer handige attributen uitgevonden die het weer en de temperatuur konden meten: Galileo vond de thermometer uit in de 16e eeuw en een eeuw later vond Torricelli de barometer uit. Luchtdruk en hoogte werden met elkaar in verband gebracht door Blaise Pascal en René Descartes en de anemometer voor het meten van windsnelheden werd in 1667 door Robert Hook gebouwd. Horace de Saussure vond in 1780 de hygrometer uit, om de luchtvochtigheid te meten. Door deze uitvindingen lag de weg voor Buys Ballot open.

Buys Ballot

De Nederlandse meteoroloog, scheikundige en natuurkundige Buys Ballot ontdekte in 1857 een meteorologische wetmatigheid, die de Wet van Buys Ballot werd genoemd. De wet luidde: staande met de rug naar de wind, bevindt het lagedrukgebied zich op het noordelijk halfrond links van de waarnemer en het hogedrukgebied rechts van hem. Hij wist als eerste het verband tussen luchtdruk en wind te beschrijven. Daarvoor dacht men dat de wind van een hoge- naar een lage drukgebied waaide. De wet van Buys Ballot maakte de weersverwachting mogelijk. Overigens had de Amerikaan William Ferrel al een jaar eerder de wet ontdekt en deed onderzoeker Petrus van Musschenbroek tussen 1725 en 1740 meetkundige waarnemingen op de Sterrenwacht in de Smeettoren.

Luchtvaart

In de beginjaren van het bestaan van het KNMI hielden de mensen die daar werkzaam waren zich bezig met het maken van stormwaarschuwingen en weerkaarten, zoals ook vandaag de dag nog gebeurt. Steeds meer mensen begonnen interesse te ontwikkelen in het weer. Zeker voor de ontwikkeling van de luchtvaart was het weerbericht belangrijk. In de jaren ’20 van de 20e eeuw begon de luchtvaart gebruik te maken van de weerberichten. In 1938 opende het KNMI dan ook een filiaal op luchthaven Schiphol.

Na de oorlog

Gouden tijden voor het KNMI braken aan na de Tweede Wereldoorlog. Er werden nieuwe weerstations gebouwd en er kwamen weerschepen, -boeien en –ballonnen. Daarnaast werd gebruik gemaakt van radar, kunstmanen en computers die de meteorologie nieuwe impulsen gaf. Als klimaatinstituut speelt het KNMI een leidende rol, zeker sinds klimaatproblematiek hoog op de politieke agenda staat. Sinds 1924 zond De Bilt via een eigen zender weerberichten de ether in. Maar echt bekend werd het KNMI vanaf 1936 door de weersvoorspelling in de nieuwsdienst op de radio. Toen de TV werd geïntroduceerd, kwam de weerman op de buis en maakte het instituut ook de eerste stappen op het witte doek.

Ministerie van verkeer en Waterstaat

Naarmate de 20e eeuw vorderde werd de commercie in de meteorologie steeds belangrijker, met name sinds de jaren ´80. Het KNMI is als agentschap van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat een publiek instituut en geeft de gewenste gegevens aan onder meer de private sector. Het KNMI houdt zich bezig met waarschuwingen met het oog op de veiligheid, een doelstelling die in 1854 ook al centraal stond. Wanneer zwaar weer op komst is, dat kan leiden tot problemen of overlast en wordt een weeralarm uitgegeven.

Internationaal

Wereldwijd werkt het KNMI intensief samen met andere instituten en onderzoeksinstellingen. Zo is het KNMI onderdeel van het Europees Centrum voor Weersverwachtingen op Middellange Termijn (ECMWF) in Engeland. Daarnaast vertegenwoordigt het Nederland in verscheidene andere internationale organisaties, zoals de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO), het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) en het Europees meteorologische satellietnetwerk Eumetsat. Ook neemt het KNMI deel in het Network of European Meteorological Services (EUMETNET), waarin zich 24 Europese landen hebben verenigd met het doel om basisdoelstellingen van de diensten zo efficiënt en effectief mogelijk te laten zijn.

Kamerlid Leegte

Het meer dan anderhalve eeuw oude instituut ligt vandaag onder vuur. Tweede Kamerlid van de VVD René Leegte vertelde de Telegraaf vandaag: 'Bij het KNMI leeft de gedachte dat we het CO2-probleem moeten aanpakken om het klimaatprobleem op te lossen. De temperatuur schommelt nu eenmaal en in hoeverre CO2 daarmee te maken heeft staat niet vast'. Leegte wil de 60 miljoen subsidie die het KNMI krijgt, bezuinigen wegens ‘klimaatpartijdigheid’. Hij vindt dat het KNMI niet meer onafhankelijk is in het klimaatdebat. Volgens hem volgt het teveel de conclusies van het kritische klimaatpanel IPCC. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft vandaag gereageerd op het standpunt van de VVD’er: “De onafhankelijkheid van het KNMI is onbetwist. Er loopt een gesprek over de toekomstige taken, maar dat laat onverlet dat er altijd een publieke taak zal zijn voor het KNMI.”  

Afbeeldingen:

Rubrieken: 

Landen: 

Tijdperken: 

GM 2 cover - nu in de winkel

Het tweede nummer van 2024 is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt

Lees het eerste jaar Geschiedenis Magazine extra voordelig én kies een welkomstcadeau!

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief. 

cover GM3

Het extra dikke nummer van Geschiedenis Magazine verschijnt omstreeks 18 april. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement om dit nummer zonder verzendkosten te ontvangen. 

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.