Zine al-Abidine Ben Ali komt er niet mee weg
De voormalige Tunesische president Zine al-Abidine Ben Ali en zijn tweede echtgenote Leila Trabelsi, zijn maandag in Tunis door een rechtbank bij verstek veroordeeld tot 35 jaar cel wegens diefstal en illegaal bezit van geld en waardevolle goederen. Ze zijn ook veroordeeld tot boetes van in totaal circa 46 miljoen euro. Ben Ali stond 24 jaar lang, van 1987 tot begin dit jaar, aan het hoofd van zijn land.
Tunesië wordt van oudsher bewoond door Berbers. In de Romeinse tijd, na de val van Carthago in 146 v. Chr, maakte het deel uit van het Romeinse Rijk. Na de ondergang van het Romeinse Rijk maakte de bevolking van het gebied achtereen kennis met de vandalen, de Byzantijnen, en uiteindelijk de Arabieren. Het christendom werd grotendeels vervangen door de islam. In de 17e eeuw was Tunesië onderdeel van het Ottomaanse rijk, totdat in 1881 de Fransen de macht grepen. Het land werd een Frans protectoraat. In de Tweede Wereldoorlog schommelde het land tussen Vichy Frankrijk en de geallieerden in, maar de laatsten kregen uiteindelijk de overhand. Zoals zoveel Afrikaanse landen begon na WO II ook in Tunesië het dekolonisatieproces. In 1955 kreeg het land autonomie en een jaar later, op 20 maart 1956, werd het een onafhankelijk koninkrijk. Maar niet voor lang. In 1957 werd koning Muhammad al-Amin afgezet en werd Tunesië een republiek.
Opmars naar de macht
Zine al-Abidine Ben Ali werd geboren in 1936. Hij maakte nooit de middelbare school af, maar kreeg wel een militaire opleiding in Frankrijk en Amerika. In zijn militaire carrière doorliep hij verschillende functies, waaronder die van militair attaché in Marokko en Spanje, totdat hij uiteindelijk in 1977 aan het hoofd kwam te staan van de nationale veiligheidsdienst. Daarna werd hij ambassadeur in Polen en tenslotte als minister van Binnenlandse Zaken. Op 2 oktober 1987 benoemde de toenmalige president Habib Bourguiba hem tot premier. Tot zijn eigen schade, want Nauwelijks een maand later, op 7 november, zette Ben Ali Bourguiba af en benoemde zichzelf tot president. Bourguiba zou volgens Ben Ali medisch ongeschikt zijn voor het ambt.
Trekjes van een dictator
Vanaf dat moment hield Ben Ali de touwtjes strak in handen. Officieel was Tunesië democratisch, maar zelfs bij een oppervlakkige kijk op de situatie bleek dat Ben Ali alle trekken van een dictator vertoonde. Niet alleen werd er een persoonlijkheidscultus om zijn persoon heen gecreëerd, maar meest opvallend waren de resultaten van de verkiezingsuitslagen. In 1999 won hij met 99% van de stemmen, in 2004 met 95%. In 2009 bleef de teller steken op 89,6%. De laagste score sinds Ben Ali aan de macht was. Niet dat dat veel uitmaakte, maar het toont wel aan dat de onrust over Ben Ali en zijn bewind groeide.
Escalatie, afzetting en vlucht
In 2011 escaleerde de situatie als gevolg van de zelfmoord van een jonge academicus, Mohammed Bouazizi. Hij stak zichzelf in brand uit protest tegen de hoge werkeloosheid en de corruptie in het land. Hierna braken rellen en demonstraties los, die de regering van Ben Ali onder druk zetten. Op 14 januari van dit jaar kondigde de president de noodtoestand af en ontbond de regering. Het mocht niet meer baten. Ben Ali vluchtte naar Saoedi Arabië. Vandaag is hij dus bij verstek veroordeeld. Of hij ooit daadwerkelijk gestraft wordt is maar de vraag. Ben Ali zou in februari een hersenbloeding hebben gehad en sindsdien in coma liggen.
afbeeldingen:
- Foto: R. D. Ward [Public domain], via Wikimedia Commons