De bijzondere geschiedenis van Sint Pannekoek
Vandaag is het Sint Pannekoek! Een bijzondere feestdag die door ons gevierd is door eens uit te zoeken waar deze feestdag nou precies vandaan komt – en misschien met wat pannenkoeken toe.
Waar komt Sint Pannekoek vandaan?
De feestdag Sint Pannekoek wordt gevierd op 29 november met een maaltijd van pannenkoeken. De term werd voor het eerst gebruikt in de schoolagenda van Jan, Jans en de kinderen 1986-1987, waarin tekenaar en schrijver Jan Kruis het verhaal weergeeft van Catootje die geen zin heeft in boontjes als avondeten. Opa Tromp, die ook aan tafel zit, schiet te hulp. Hij vraagt terloops welke datum het is en als hij hoort dat het 29 november is, vertelt opa Tromp dat de oude Rotterdamse traditie Sint Pannekoek daarop valt.
Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!
De grap moge duidelijk zijn. Opa verzint ter plekke een verhaal om zijn kleindochter bij te staan, hoewel ze dat zelf niet door heeft. Maar het resultaat mag er wezen, want diezelfde avond nog viert het hele gezin Sint Pannekoek.
Hoe vier je Sint Pannekoek?
Volgens Opa Tromp, vier je Sint Pannekoek zo: thuis worden pannenkoeken gebakken wenst men elkaar een ‘vrolijke en gezegende Sint Pannekoek’. Waarbij men een pannenkoek op het hoofd heeft liggen. In het originele stripverhaal benadrukt Opa dat men op die manier vader verrast, als hij na moe van een lange werkdag thuiskomt, maar uiteraard kan elk gezinslid op deze vrolijke manier onthaald worden. Zelf liet Jan Kruis dat zien, door later een tweede versie van de strip te tekenen, waarbij Opa Tromp onder toeziend oog van vader Jan de keuken in gaat om pannenkoeken te bakken, zodat het hele gezin Sint Pannekoek kan vieren als Jans van haar werk thuiskomt.
Beide strips zijn te lezen op de website van het Nationaal Comité Sint Pannekoek
Van stripverhaal tot ‘feestdag’.
Het stripje is natuurlijk een grap, maar het kreeg een serieuzer vervolg in het werkelijke leven. Na het verschijnen van het stripverhaal meldden zich na verloop van tijd steeds meer ‘volgers’ van Sint Pannekoek. Onder studenten werd het een grap en een goede gelegenheid om met vrienden of huisgenoten pannenkoeken te bakken. Maar onder kerkgangers werd de ‘feestdag’ een gelegenheid om als liefdadigheid pannenkoeken uit te delen. Niet veel later verkreeg het ook populariteit in huiselijke kringen en zelfs enkele restaurants besloten rondom Sint Pannekoek ook op de menukaart te zetten. Al dan niet als inzamelingsactie voor een goed doel.
Toen Jan Kruis merkte dat deze feestdag aansloeg, ging hij een stapje verder; in 2015 schreef hij een verhaal over ‘Het evangelie van Sint Pannekoek’, in 2016 richtte hij het Nationaal Comité Sint Pannekoek op om het 30-jarig bestaan van de feestdag te vieren en ontwierp daarbij zelfs een ansichtkaart met een bijpassende postzegel.
Sint Pannekoek of Sint Pannenkoek?
Taalpuristen zullen allang gemerkt hebben dat Sint Pannenkoek een spelfout bevat. Dat is bewust gedaan. Toen de eerste versie van Jan Kruis’ stripverhaal in Libelle verscheen, werd pannenkoek nog geschreven als pannekoek. Hoewel velen de naam van de feestdag met tussen-n schrijven, hebben wij gekozen voor de spelling uit 1986.