Duitse troepen aan het begin van het Ardennenoffensief

Het Ardennenoffensief

Het was de laatste grootscheepse poging van Hitler om de Tweede Wereldoorlog naar zijn hand te zetten. De Führer en zijn staf stuurden een verrassend grote troepenmacht naar het Westfront om de geallieerde troepenmacht te verjagen, met de bedoeling om uiteindelijk Antwerpen te bereiken. Het Ardennenoffensief van de nazi’s begon op 16 december 1944.

In de tweede helft van 1944 waren de geallieerden aan de winnende hand in de Tweede Wereldoorlog. Nadat het leger van de Sovjets de nazi’s in het oosten steeds verder terugdrong, stonden de nazi’s na D-Day ook in het westen onder zware druk. Hierdoor was het voor Hitler moeilijk om een grote troepenmacht op één plek te concentreren, want zijn troepen moesten op twee fronten tegelijk vechten. Daarom bedacht Hitler dat een snelle, verrassende aanval de enige optie zou zijn om nog een belangrijke overwinning te boeken. Hij besloot om de voornamelijk Amerikaanse troepen in de Ardennen aan te vallen, zodat de nazi’s het Westfront weer onder controle zouden krijgen. Antwerpen was het einddoel, omdat dit een belangrijke aanvoerhaven voor de geallieerden was.

De Ardennen

Hitler en zijn belangrijkste generaals bedachten verschillende plannen om Antwerpen in te kunnen nemen. Het uiteindelijke plan van de nazi’s was om door de Ardennen op te rukken naar de Maas. Van daaruit zouden de Duitsers proberen via Brussel naar Antwerpen te komen. In Duitsland begonnen de voorbereidingen voor de aanval in het diepste geheim in september 1944. Er werden drie legereenheden klaar gemaakt voor de strijd in de Ardennen. Dit betekende dat in totaal 200.000 soldaten naar het Westfront werden gebracht.

Ardennenoffensief


Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!


De geallieerden zagen een grootscheepse aanval van de Duitsers niet aankomen, omdat ze ervan overtuigd waren dat het Duitse leger daar inmiddels teveel voor verzwakt was geraakt. Maar op 16 december begon de Duitse aanval. De Amerikaanse legerbases tussen Monschau en Echternach werden aangevallen. De aanval kwam volledig onverwachts voor de geallieerden, door het nevelige weer waren de Duitse troepen namelijk ongezien opgerukt richting het westen. In de eerste dagen boekten de nazi’s op verschillende plekken terreinwinst. De geallieerde troepen begrepen niet goed wat hen overkwam en raakten in paniek.

Bloedbad van Malmedy

In de chaos van de strijd lukte het de Duitsers een groep Amerikaanse soldaten gevangen te nemen. Deze gevangenen werden op 17 december, onder leiding van commandant Joachim Peiper, in koelen bloede geëxecuteerd. Deze oorlogsmisdaad is de geschiedenisboeken ingegaan als het Bloedbad van Malmedy, en was tussen 1945 en 1948 een van de oorlogsmidaden die door de Amerikanen werden berecht tijdens de Dachauprocessen. Alhoewel commandant Peiper werd veroordeeld tot de doodstraf, werd deze straf nooit uitgevoerd, en kwam de voormalige Nazi in 1956 op vrije voeten.Amerikaanse troepen in actie tijdens het Ardennen-offensief.

Bastenaken

In de door de geallieerden verdedigde plaatsen St. Vith en Bastenaken stokte de opmars van het leger van de nazi’s echter. De strijd om Bastenaken was hevig, maar uiteindelijk hielden de geallieerden stand. Dat was mede te danken aan de parachutisten van de 101 Airborne Division, die in de avond van 17 december met vrachtwagens naar Bastenaken werden gebracht. In de haast reden de honderden vrachtwagens met groot licht en vormden in de donkere maar heldere nacht een perfect doelwit voor eventuele Duitse bommenwerpers, maar de paniek aan het front was zo groot, dat men dat risico maar voor lief nam. De paratroepers kwamen heelhuids aan, al hadden ze nauwelijks winterkleding en munitie bij zich. De versterkingen zorgden er echter voor dat de Duitsers veel meer moeite moesten doen om Bastenaken in te nemen. Als gevolg liep het offensief niet meer volgens plan voor de Duitsers: Bastenaken had namelijk al binnen een paar uur ingenomen moeten worden. Nu zat er voor de Duitsers niets anders op dan het stadje te omsingelen en te belegeren. 

Bij Sankt Vith gebeurde iets soortgelijks. De Amerikaanse troepen die daar gelegerd waren, gaven de strijd niet op, waardoor ook daar de Duitsers genoodzaakt waren om om de stad heen te rijden. Dat betekende voor hen niet alleen vertraging, maar ook dat het front daar in tweeën werd gesplitst. Bijna een week lang wisten de Amerikanen daar stand te houden, tot ze op 20 december bijna ingesloten raakten en uiteindelijk het bevel kregen zich toch maar terug te trekken. Dat ging ternauwernood, onder heftige beschietingen van de Duitsers. De Amerikanen moesten veel van wat er nog van hun voorraden over was in Sankt Vith achter laten. Dat bleek onbedoeld een gunstige gebeurtenis: de Duitsers stortten zich op de Amerikaanse voorraden en gaven zo per ongeluk de terugtrekkende Amerikanen een kleine voorsprong, waardoor die zich enigszins geordend terug konden trekken.

Duits offensief loopt vast

De vertraging bracht de Duitsers in steeds grotere problemen. Een groot deel van het plan berustte op het feit dat de Duitse voorhoede op tijd geallieerde brandstofvoorraden kon veroveren. Die geallieerde brandstof zou cruciaal zijn om de Duitse tanks in beweging te houden, want de Duitse brandstofvoorraden waren beperkt. De vertraging zou dus kunnen betekenen dat het offensief uiteindelijk tot stilstand zou komen, simpelweg omdat de tanks geen brandstof meer hadden. 

Maar voor het zo ver was boekten de Duitsers grote terreinwinst. De Duitse voorhoede kon de Maas, een van de belangrijkste doelen van het offensief, zien liggen op 24 december. Als de Duitsers de oversteek van de rivier veilig konden stellen, lag de weg naar Antwerpen open, zo was het idee. Maar tot een oversteek kwam het niet. De Duitsers konden de rivier dan wel zien liggen, de oevers bereikten ze niet, laat staan de bruggen. De aanvoerlijnen van de schaarse brandstof waren te lang geworden en bovendien liepen de aanvoerlijnen vaak over smalle slingerende weggetjes. De door de Duitsers veroverde gebieden waren vaak smalle corridors, waar de bevoorradingskonvooien makkelijk in hinderlagen van de geallieerden liepen. 

Ook het weer sloeg om. Het succes van de Duitse aanval was grotendeels te danken geweest aan het slechte weer. In de mist en sneeuwbuien konden de tanks oprukken, zonder dat ze gebombardeerd werden door de sterke geallieerde luchtmacht. Maar vanaf 23 december klaarde het weer op en kozen de geallieerde vliegtuigen weer het luchtruim. Bommenwerpers bestookten de kwetsbare Duitse aanvoerlijnen, terwijl transportvliegtuigen voorraden dropten boven de belegerde Amerikanen in Bastenaken. Precies op tijd, want spullen om gewonde soldaten te behandelen, waren er niet meer, er was nauwelijks nog eten en er waren nog maar tien granaten per kanon beschikbaar. 

Tegelijk begonnen de geallieerde commandanten, inmiddels van de schrik bekomen, een krachtig tegenoffensief. De Amerikaanse generaal Patton had al op 19 december aan zijn ondergeschikten de opdracht gegeven om een plan te maken om zijn troepen uit Frankrijk naar Bastogne te laten trekken en terwijl de generaals nog vergaderden, waren de eerste troepen al onderweg naar het strijdperk bij Bastenaken. Daar wisten ze op 26 december door de Duitse linies heen te breken. Dat de Duitsers niet in staat waren de Amerikanen bij Bastenaken te verslaan, betekende eigenlijk de mislukking van de Duitse aanval, al weigerde Hitler dat in te zien. Pas op 7 januari gaf hij toestemming aan de Duitse voorhoede om zich terug te trekken en zo een front te vormen dat beter verdedigd kon worden tegen de geallieerde tegenaanvallen. Maar toen was het geallieerde offensief om de verloren gebieden terug te veroveren al in volle gang. 

Ardennenoffensief

Toch gaven de Duitsers zich niet zomaar gewonnen. Hevig vechtend trokken ze zich door de Ardennen terug naar Duits grondgebied. Op nieuwjaarsdag 1945 voerde de Duitse Luftwaffe nog een laatste grootscheepse aanval uit. De Luftwaffe vernielde met 1100 vliegtuigen zo'n 300 geallieerde vliegtuigen in Noord-Frankrijk, Nederland en België, maar verloor er zelf ook ruim 300. Dit vormde het definitieve einde van de Duitse opmars.

De nazi’s kwamen het mislukken van het Ardennenoffensief nooit meer te boven. De verliezen in mensen, materiaal en voorraden, waren uiteindelijk zo groot, dat ze later in de oorlog geen reserves meer hadden om verliezen op te vangen. Naar schatting raakten meer dan 63.000 troepen gewond, krijgsgevangen, vermist, of sneuvelden. Ook de geallieerden betaalden een hoge prijs: zo'n 19.500 soldaten verloren het leven, waarvan het overgrote deel behoorde tot de Amerikaanse strijdkrachten. Het Ardennenoffensief is daarmee de twee na bloedigste campange uit de geschiedenis van het Amerikaanse leger.

Afbeelding:

Ook interessant: 

Rubrieken: 

Landen: 

Personen: 

Tijdperken: 

Onderwerpen: 

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

colosseum

Lees het aankomende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 9 januari een abonnement.

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

Karel de Grote

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 9 januari een abonnement.

bloed en spelen

Het komende nummer van Geschiedenis Magazine verschijnt omstreeks 23 januari. 

Kies jouw welkomstgeschenk

Lees het eerste jaar Geschiedenis Magazine extra voordelig én kies een welkomstcadeau!