Home » Reportage
popper zwaan

Karl Popper: “We do not know, we can only guess”

Volgens de Oostenrijks-Britse filosoof Karl Popper kan een goede wetenschappelijke theorie nooit als de ‘ultieme waarheid’ worden bevestigd. Het is altijd een risicovolle uitspraak die wie weet over een tijdje weer wordt weerlegd. Deze mogelijkheid tot weerlegging is volgens Popper niet een negatieve eigenschap, het maakt een theorie juist sterker. Popper introduceerde met dit idee een nieuw criterium waaraan goede wetenschap zou moeten voldoen: het falsificatiebeginsel. Wat houdt dit principe in?

Einstein als inspiratie

In 1920 luisterde Popper aandachtig naar een lezing van Albert Einstein over de relativiteitstheorie. Het geluid van ’s werelds meest invloedrijke natuurkundige bleek een keerpunt in Popper’s kijk op wetenschap. Popper wilde weten wat de theorie van Einstein zo krachtig maakte. Hij kwam op het idee dat het de kwetsbaarheid was van de relativiteitstheorie dat de theorie van Einstein juist zo sterk maakte. De theorie van Einstein was een ‘riskante’ hypothese die weerlegd kon worden: het was falsificeerbaar. Dit idee van falsificeerbaarheid werkte Popper uit in de vorm van een demarcatieprincipe. Met deze nieuwe stelregel hoopte hij voorgoed wetenschap van non-wetenschap te kunnen onderscheiden.

Het klassieke empiristische model

Volgens het klassieke empiristische observatie-inductiemodel kun je met een beperkt aantal waarnemingen een conclusie trekken en er vervolgens vanuit gaat dat de rest van de toekomstige gevallen aan deze bevinding zullen voldoen. Zo vormt het meerdere keren zien van een witte zwaan volgens het observatie-inductiemodel een bevestiging van de hypothese: ‘Alle zwanen zijn wit’. Met Einsteins kritische geest als inspiratie, ontwikkelde Popper een kritiek op deze methode.  

Nieuw principe: het falsificationisme van Popper 

Volgens Popper zijn hypotheses nooit met waarheid te bevestigen. Men kan hoogstens een stelling weerleggen. Met deze bewering gaat Popper lijnrecht in tegen het observatie-inductiemodel. Wat een theorie tot een wetenschappelijke theorie maakt is volgens Popper niet bevestiging, maar juist de mogelijkheid tot weerleging. De uitspraak  ‘Alle zwanen zijn wit’ is een wetenschappelijke hypothese omdat het te weerleggen is door de vondst van een zwarte zwaan. De stelling over de zwanen is, in andere woorden, falsifieerbaar. Falsifieerbaarheid introduceert Popper als dé voorwaarde voor een goede wetenschappelijke hypothese.

Russells theepot

Elke wetenschappelijke theorie moet te testen zijn volgens het falsificatiebeginsel. In 1952 gebruikte de filosoof Bertrand Russell een zelfbedachte analogie om te laten zien liet dat religieuze uitspraken niet aan de voorwaarde van Popper voldoen. Volgens het falsificationisme is de theorie dat God bestaat dus geen wetenschappelijke theorie. Russell’s theepotargument gaat als volgt:

“Als ik zou stellen dat er tussen de Aarde en Mars een porseleinen theepot in een ellipsvormige baan rond de zon draait, dan zou niemand het tegendeel kunnen bewijzen als ik er bij zou zeggen dat de theepot te klein is om gezien te worden, zelfs als onze sterkste telescopen gebruikt zouden worden. Als ik dan zou zeggen dat, aangezien het tegendeel van mijn stelling niet bewezen kan worden, het een ontolereerbare miskenning van het menselijk verstand zou zijn om aan mijn stelling te twijfelen, dan zou iedereen me voor gek verklaren. Maar als het bestaan van deze theepot erkend zou worden in antieke boeken, wanneer het elke zondag als de heilige waarheid wordt aangeleerd en de hersenen van kinderen ermee op school geïndoctrineerd zouden worden, dan zou afzien van geloof in zijn bestaan een teken van excentriciteit worden en zou iemand die twijfelt in een verlicht tijdperk naar een psychiater worden gestuurd, of in een eerdere tijd aan de Inquisitie uitgeleverd worden.”

Kritiek op het falsificatiebeginsel

Popper beschrijft met zijn demarcatieprincipe hoe wetenschap zou moeten zijn, maar niet hoe het in de praktijk werkt. Veel hypotheses zijn in de praktijk niet falsifieerbaar omdat ze niet in isolatie – zonder enige tussenkomst van andere hypotheses - te testen zijn. Zo stelde de Amerikaanse filosoof Willard van Orman Quine dat het niet mogelijk is om een hypothese in isolatie te testen, omdat een hypothese altijd onderdeel is van een netwerk van theorieën die met elkaar in verbinding zijn. De ontdekking van de planeet Neptunus wordt hierbij vaak aangehaald als voorbeeld: Toen de bewegingen van Uranus niet overeen kwamen met de wetten van Newton werd de hypothese dat er zeven planeten in het zonnestelsel zijn aangepast door een vermoeden dat er een extra planeet was. Als Poppers demarcatiebeginsel toen was gehanteerd, dan zou door de afwijkende beweging van de planeet Newtons zwaartekrachtstheorie in zijn geheel moeten worden weerlegd. De wetenschappers zouden dan weer compleet opnieuw moeten beginnen. Dit is niet hoe wetenschap werkt.

bronnen

 

afbeelding

By James Johonnot (1823-1888), the author, did not list an illustrator. However, at least 2 of this book's drawings are identical to drawings by Harrison Weir (1824-1906) posted on Reusable Art that were found in another book. [Public domain], via Wikimedia Commons

Onderwerpen: 

IJsbeerverhalen uit het Behouden Huys - Nova Zembla, 16de eeuw

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 16 mei 23:59 u. een abonnement.

Jan van Schaffelaar

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 16 mei 23:59 u. een abonnement.

Lees het eerste jaar Geschiedenis Magazine extra voordelig én kies een welkomstcadeau!

Geschiedenis Magazine 4

Het komende nummer van Geschiedenis Magazine verschijnt omstreeks 30 mei. Neem vóór donderdag 16 mei 23:59 u. een abonnement om dit nummer zonder verzendkosten te ontvangen. 

Het ‘sterrenkamp’ in Bergen-Belsen

Lees het aankomende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 16 mei 23:59 u. een abonnement.

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.