Home » Reportage
Nederland an de wieg van het internet

Wist je dat? Nederlandse websites stonden aan de wieg van het internet

De geschiedenis van het internet is vooral een Amerikaans verhaal. Bij het Amerikaanse ministerie van defensie en een aantal Amerikaanse universiteiten werden de eerste stappen gezet naar het wereldwijde web dat ons nu verbindt. Maar wist je dat Nederland een grote rol heeft gespeeld in de verspreiding van het internet?

Veel Nederlandse websites hebben .nl in hun adres staan, IsGeschiedenis.nl bijvoorbeeld. NL staat daarbij voor Nederland. Een Belgische website zal vaak .be aan het einde hebben staan, een Surinaamse site heeft .sr, een Duitse .de, een Franse site heeft .fr en ga zo maar door. Zo’n uitgang is een TopLevelDomain. Voor ons is dat heel normaal, dagelijks vullen we ze in, klikken we er op.

Ooit zijn al die uitgangen bedacht. En wist je dat .nl een van de allereersten was? Om te begrijpen hoe dat kan, moeten we terug naar het allereerste begin van het internet, lang voordat je zomaar een website kon maken, of verkopen. Sterker nog: we moeten terug naar een tijd dat websites nog niet eens bestonden.

De uitvinding van het internet

Met de uitvinding van het internet, ontstond de behoefte om alles dat op het internet aangesloten was te kunnen sorteren. Zodoende konden de computers makkelijk de juiste bestemming op het internet vinden. Dat maakte meteen de administratie van al die aansluitingen een stuk makkelijker. Het opstellen van de eerste domeinnamen had vooral een administratief doel, websites zoals we die nu kennen, bestonden nog niet, maar een domeinnaam maakte het wel mogelijk dat computers die met elkaar verbonden waren, elkaar ook daadwerkelijk konden bereiken, zonder dat ze per se exact dezelfde hardware en software hadden. 

Domeinnamen

Dit was nog altijd een Amerikaans verhaal, maar in 1982 was het EUnet de eerste Europese tak van dit netwerk van computers, waarna EUnet al snel ook weer nationale takken kreeg, zoals NLnet in Nederland. Dit was nog altijd niet te vergelijken met het huidige internet. Het was nog vooral een netwerk dat computergebruikers in staat stelde informatie van de ene naar de andere computer te verzenden, e-mailen dus. Van websites en dergelijken, was nog lang geen sprake. Maar er was wel behoefte aan een duidelijk systeem waarmee computers met elkaar konden communiceren. Om jouw computer verbinding te laten maken met een andere, moest je een cijfercode van de host van de andere computer invoeren. Ingewikkeld en lastig te onthouden, dat moest makkelijker dus. Daarom werd al op het ARPA-net, een systeem met domeinnamen geintroduceerd. Door via een domein contact te maken met een andere computer, of een netwerk van computers, waren de adressen makkelijker te onthouden en te gebruiken. 

En omdat nog makkelijker te maken, werd er meteen een categorisering aangebracht in die domeinnamen. Elke domeinnaam kreeg een uitgang die aangaf met wat voor soort domein je contact maakte, dat werden Top-Level Domains. In eerste instantie waren dat er zeven: .com voor commerciële bedrijven, .edu voor educatieve instellingen zoals universiteiten, .org voor non-profit organisaties, .gov voor overheidsorganisaties, .mil voor militaire organisaties, .net voor organisaties en bedrijven die zich met netwerktechnologie bezighielden en als laatste .int voor internationale organisaties.

Het eerste domein buiten de VS

Al snel ontstonden er veel domeinen met deze uitgangen, vooral in de VS, maar ook buiten de VS was veel belangstelling voor dit systeem. In Nederland hield het Centrum voor Informatica en Wiskunde (CIW) zich onder aanvoering van Piet Beertema actief bezig met het nog jonge internet. Onder zijn aanvoering kwam men op het idee om ook voor een land een Top-level Domain voor landen aan te vragen. Hij diende een aanvraag in die goed werd gekeurd. En zo verscheen .nl als eerste niet-Amerikaanse Top Level Domain op internet! 

De allereerste internetdomeinen uit Nederland werden dus beheerd door het CIW, maar doordat het internet razendsnel groeide, zeker nadat het Berners-Lee het www en http-protocol uitvond, nam de speciaal hiervoor opgerichte Stichting Internet Domeinregistratie Nederland die taak over.

Domeinnamen voor iedereen

Die stichting maakte het in 2003 mogelijk dat iedereen een .nl domein aan kan maken. Particulieren, bedrijven, stichtingen, ze kunnen allemaal een website aanmaken dat op .nl eindigt. Daarmee werd het een stuk makkelijker en aantrekkelijker om een domein met .nl aan te vragen. En daardoor ontstond er ook weer iets nieuws: handel in domeinnamen. Want naast een bedrijf, kun je nu ook de website van een bedrijf verkopen.

Websites raakten zo op veel verschillende manieren met ons leven vervlochten. Het zijn onze profielen, veel ZZP’ers hebben als website hun naam met .nl erachter bijvoorbeeld. Maar het zijn ook onze producten: handelswebsites, van webshops tot blockchainplatforms, zijn handelswaar geworden. Dat is mede mogelijk gemaakt door het gemak waarmee een Top-Level Domain aangemaakt kan worden en verkocht kan worden. Als particulier kun je nu een webshop maken, die tot een groot succes uitbouwen en dan kun je ‘m ook weer verkopen. Sterker nog, herhaaldelijk een website verkopen is bijna net zo makkelijk en gewoon als winkelen op een website zelf. Daaruit blijkt maar weer hoe ‘gewoon’ websites eigenlijk zijn. Dat blijkt ook uit de getallen, want .nl hoort nog altijd bij de top van de internetdomeinen. Het is het vijfde grootste landendomein ter wereld. In juni 2020 werd de mijlpaal van zes miljoen .nl domeinen gehaald. Dat was, veel eerder dan verwacht, maar de coronacrisis van dat jaar zorgde voor een grote boost in het aantal domeinen. De toename van online werk, onderstreepte het belang van internet en daarmee het idee van .nl domeinen in 1986.

En terwijl we dus talloze keren per dag ergens .nl intypen, werken we met een klein maar heel belangrijk stukje internetgeschiedenis.

Bronnen:

Afbeelding:

Partners: 

Landen: 

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

Geschiedenis magazine 3 van 2024 nu in de winkel

Het derde nummer van 2024 is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt

Lees het eerste jaar Geschiedenis Magazine extra voordelig én kies een welkomstcadeau!

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 16 mei 23:59 u. een abonnement.

Geschiedenis Magazine 4

Het komende nummer van Geschiedenis Magazine verschijnt omstreeks 30 mei. Neem vóór donderdag 16 mei 23:59 u. een abonnement om dit nummer zonder verzendkosten te ontvangen.