Val Constantinopel

Beleg van Constantinopel: de val van het Byzantijnse Rijk

In 1453 kwam met de verovering van Constantinopel na ruim elf eeuwen een einde aan het bestaan van het Byzantijnse Rijk. Na een beleg van meer dan twee maanden lukte het de Ottomanen om de machtige muren van de stad te slechten. De inname van de Byzantijnse hoofdstad was een groot succes voor sultan Mehmet II, die na de val van Constantinopel bekend kwam te staan als Mehmet de Veroveraar.

Constantinopel was sinds haar stichting in 330 door de Romeinse keizer Constantijn de Grote de hoofdstad van het Oost-Romeinse Rijk. In de eeuwen daarna was de stad verschillende keren belegerd, maar slechts één keer veroverd. Tijdens de Vierde Kruistocht in 1204 werd de stad geplunderd door de kruisvaarders, waarna zij het Latijnse Keizerrijk stichtten in delen van het Byzantijnse Rijk. Hoewel Constantinopel in 1261 weer heroverd werd door de Byzantijnen kwamen zij deze klap nooit meer echt te boven. In de eeuwen die volgden werden zij voortdurend aangevallen door de Serven, Bulgaren en Ottomanen. Daardoor was er in de 15e eeuw weinig meer over van het eens zo machtige Byzantijnse Rijk. Alleen Constantinopel en haar omringende gebieden en de Griekse Peloponnesos werden nog bestuurd vanuit de stad van Constantijn.

Mehmet II

Nadat Mehmet II in 1451 zijn vader Murad II opvolgde als sultan van het Ottomaanse Rijk, maakte hij het tot zijn eerste doel om Constantinopel te veroveren. Hij liet het fort Rumeli Hisari aan de Bosporus bouwen, zodat de Genuese koloniën aan de Zwarte Zee Constantinopel niet te hulp konden snellen in het geval van een aanval. De Byzantijnse keizer Constantijn XI doorzag de plannen van Mehmet en vroeg het Westen om hulp. Tegenstellingen tussen de Rooms-Katholieke Kerk en de Oosterse-Orthodoxe Kerk en onderlinge oorlogen tussen de Europese grootmachten zorgden er echter voor dat niemand aan dit verzoek gehoor gaf. De Genuese generaal Giovanni Giustiniani was de enige die zich met 700 soldaten meldde in Constantinopel, voordat Mehmet op 6 april 1453 de stad omsingelde.

Muren van Theodosius

Constantinopel was ondanks de neergang van het Byzantijnse Rijk in 1453 nog steeds de best verdedigde stad ter wereld. De stad was aan alle kanten omringd door muren, waaronder de driedubbele ‘Muren van Theodosius’. Keizer Constantijn liet daarnaast een grote ketting spannen over de Bosporus, zodat de Ottomaanse schepen de stad niet vanuit de Gouden Hoorn konden aanvallen. De stad werd door zo’n 7.000 troepen verdedigd, terwijl Mehmet II Constantinopel waarschijnlijk met zo’n 80.000 man belegerde.

Ketting

Na de omsluiting van Constantinopel liet Mehmet zijn troepen eerst enkele Byzantijnse buitenposten veroveren. Daarna begon hij de Muren van Theodosius met een enorm kanon te beschieten, wat een nieuwigheid was in de 15e eeuw. Het kanon was echter zeer onnauwkeurig en het duurde drie uur om te herladen, waardoor de Byzantijnen de schade telkens weer konden repareren. Verschillende Ottomaanse aanvallen werden voor de muren van Constantinopel afgeslagen en op het water kwam de Ottomaanse vloot niet door de ketting over de Bosporus heen. Dit veranderde nadat Mehmet besloot om zijn schepen over land op houten palen om de ketting heen te rollen, waarna zij achter de ketting weer te water werden gelaten.

Beslissende aanval

Eind mei 1453 werd Mehmet ongeduldig over de voortgang van het beleg. Verschillende Ottomaanse pogingen om de muren met tunnels te ondermijnen werden afgeslagen door de Byzantijnse ingenieur Johannes Grant, waarna Mehmet op 26 mei besloot dat een frontale aanval de beste tactiek was. De 50.000 inwoners van de stad zagen de Ottomaanse voorbereidingen en beschouwden twee natuurverschijnselen als slechte voortekenen. Door een dichte mist in de stad en een zonsverduistering dachten zij dat God besloten had dat de stad zou vallen en brak er paniek uit. Op 29 mei 1453 zetten de Ottomanen hun beslissende aanval in en stormden golven azaps op de muren van Constantinopel af.

Val van Constantinopel

Deze azaps waren lichte infanteristen die door Mehmet beschouwd werden als kanonnenvoer. Zij werden onder grote verliezen afgeslagen door de Byzantijnen, waarna de volgende Ottomaanse aanvalsgolf op de muren van Constantinopel sloeg. Het hevige verzet van de Byzantijnen kon de Ottomaanse aanval echter niet stoppen. Uiteindelijk braken de elite Janitsaren in het noordwesten van de stad door de Blachernae-muur. De Byzantijnen wisten de Janitsaren nog even tegen te houden, maar daarna stormde het Ottomaanse leger Constantinopel binnen. Volgens de legende stierf keizer Constantijn terwijl hij zijn troepen voorging in een laatste aanval op de Ottomanen.

Istanbul

Mehmet benoemde Constantinopel meteen als nieuwe hoofdstad van het Ottomaanse Rijk. Hij liet zijn troepen Constantinopel drie dagen lang plunderen, wat gebruikelijk was in die tijd, en 30.000 inwoners van de stad werden als slaven verkocht. Uiteindelijk kwamen er zo’n 4.000 Byzantijnen om bij het beleg. De aantallen slachtoffers van de Ottomanen zijn niet precies bekend, maar ze zijn waarschijnlijk zeer hoog geweest. De wijdverspreide aanname dat Constantinopel direct na de val werd omgedoopt tot Istanbul klopt overigens niet. De Ottomanen bleven hun hoofdstad namelijk Konstantiniyye noemen, een Arabische verbastering van Constantinopel. Pas in 1930 werd de naam van de stad officieel veranderd in Istanbul.

Afbeeldingen:

  • By Bertrandon de la Broquière in Voyages d'Outremer [Public domain] via Wikimedia Commons

Ook interessant: 

Rubrieken: 

Landen: 

Personen: 

Tijdperken: 

Onderwerpen: 

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief. 

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

Nu in de winkel

Het nieuwe nummer is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!