De Palio di Siena
Het is niet belangrijk hoe je wint, het is belangrijk dat je wint. Dat is het motto van de deelnemers aan de Palio di Siena, een paardenrace in de Italiaanse stad Siena, die in zijn huidige vorm al stamt uit 1650, maar waarvan de wortels nog veel ouder zijn.
Siena is een stad in Toscane. Ooit begonnen als Etruskische nederzetting is de stad in de loop der eeuwen uitgegroeid tot een grote stad, die door zijn goed bewaarde middeleeuwse bouwstijl veel toeristen trekt. Van 1125 tot 1555 was zij de hoofdstad van de Republiek Siena. De universiteit van de stad, daterend uit 1240, is één van de belangrijkste van Italië. Sinds 1995 staat de binnenstad van Siena op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.
Maar Siena is ook beroemd om il Palio, een paardenrace tussen 10 van de 17 wijken van de stad. De zeven wijken die niet mee kunnen doen, zijn het volgende jaar automatisch verzekerd van een startplaats. De overige drie worden door loting bepaald. De race is op de Piazza del Campo, een centraal plein in de stad. Al in 1287 werden hier wedstrijden gehouden. Met paarden, maar ook van andere aard, zoals steekspelen en stierengevechten. De Palio in zijn huidige vorm gaat terug tot 1650. De wedstrijd wordt twee keer in het jaar gehouden: op 2 juli, de Palio di Provenzano) en sinds 1701 ook op 16 augustus (Palio dell'Assunta, naar de katholieke feestdag Maria Tenhemelopneming, op 15 augustus).
De race over het plein duurt nauwelijks twee minuten (het record staat op 1 minuut 13) maar voor de inwoners van de stad zijn het wel de belangrijkste twee minuten in het jaar. Het belang dat de wijkbewoners hechten aan een overwinning doet de reacties op het winnen van het wereldkampioenschap voetbal verbleken. Omkoperijen, dopinggebruik en andere manieren om het geluk 'een handje te helpen' zijn dan ook schering en inslag. Maar dat mag volgens de regelementen.
De voorbereidingen voor de race beginnen precies honderd dagen daarvoor. Iedere contrada (wijk) kiest een leider, de 'capitano', die op zijn beurt weer voor een fantino, een jockey, moet zorgen. Alle bewoners van de wijk betalen hier aan mee. De fantino dient zelf niet uit de wijk te komen, en meestal zelfs niet uit de stad. De race wordt verreden op ongezadelde paarden, die door verschillende paardeneigenaren beschikbaar worden gesteld. Het mogen geen volbloeden zijn. Ieder jaar krijgt een wijk een paard door loting toegewezen. Op de ochtend voor de race worden het paard en de ruiter ingezegend in de wijkkerk.
Daarna is er een grote middeleeuwse parade, die de trofee begeleid. De trofee is de palio. (= vaandel), een speciaal voor die race handgemaakt zijden vaandel. Daarna barst de wedstrijd los. Snelle paarden op een relatief klein, volgepakt plein staan garant voor veel spektakel, waarbij niet zelden flinke valpartijen voorkomen. Met enkele minuten is het allemaal voorbij. Hoewel, voor de winnende wijk begint het dan pas. Zij feesten hetzelfde aantal dagen als dat zij overwinningen op hun naam hebben staan. Met een traditie die zo oud is zijn dat er meestal nogal wat: gemiddeld wordt er veertig dagen feest gevierd. De wijk Oca (gans) heeft het record: zij boekten in totaal 64 overwinningen.