Greenwich tijd niet langer de standaard
Leden van de Internationale Telecommunicatie-unie in Genève hebben plannen om de Greenwich Mean Time af te schaffen als standaardtijd. Volgens de wetenschappers is de tijdsbepaling naar moderne standaarden niet meer accuraat genoeg. De Greenwich tijd werd al in de achttiende eeuw bedacht als hulpmiddel bij de scheepvaart.
In de Middeleeuwen hadden de navigators van schepen op lange reizen vaak moeite met het vaststellen van hun positie. De breedtegraad was redelijk eenvoudig af te lezen aan de stand van de zon, maar ze hadden geen enkele manier om de lengtegraad van hun positie te bepalen. Normaal gesproken werd dit gedaan door vast te stellen in welke tijdzone men zich bevond, maar vanwege de deining werkten de slingeruurwerken uit de zeventiende eeuw niet goed op zee. Als gevolg van de problemen met het vaststellen van de lengtegraad was het ook lastig om accurate kaarten te tekenen van de vele ontdekkingen die in de zestiende en zeventiende eeuw werden gedaan.
Longitude Prize
In 1714 schreef het Engelse Parlement een wedstrijd voor degene die dit probleem op zou lossen. De bijbehorende prijs kwam neer op 20.000 pond, wat vandaag gelijk zou staan aan ongeveer 3 miljoen euro. Uiteindelijk was het de Engelse Klokkenmaker John Harrison die in 1737 de Longitude Prize in de wacht sleepte met de uitvinding van zijn zeeklok.
Nu de zeelieden een manier hadden om op volle zee een standaardtijd bij te houden, konden ze aan de hemelbewegingen verder aflezen in hoeverre ze afgeweken waren van die standaardtijd, en dus in welke tijdszone en op welke lengtegraad ze zich bevonden. Afgesproken werd dat de locatie en tijd van het Engelse Koninklijke Observatorium in de Londense wijk Greenwich de nulmeridiaan en de standaardtijd zouden vormen.
Standaardtijd
Via de Engelse scheepvaart zou de Greenwich tijd uiteindelijk over de gehele wereld geaccepteerd worden als de standaardtijd. In oktober 1884 spraken 24 landen, waaronder ook Nederland, op de International Meridian Conference af om Greenwich officieel te erkennen als het internationale nulpunt. Alleen Frankrijk, die wel op de conferentie aanwezig was, weigerde de Greenwichtijd te accepteren. Nog een aantal decennia bleven zij stug volhouden aan hun eigen tijdsbepaling, maar uiteindelijk gingen ze in 1911 alsnog overstag.
Vervanging
Toch lijken de Fransen op de lange termijn de strijd te winnen. Er zijn namelijk inmiddels plannen om de Greenwich Mean Time te vervangen door de Paris Mean Time. De tijdsbepaling in Greenwich is namelijk niet helemaal perfect. Om de zoveel jaar is er een schrikkelseconde nodig om de klok weer helemaal gelijk te zetten. Dit in tegenstelling tot de atoomklok van het Internationaal Bureau voor Gewichten en Maten in Parijs, die altijd gelijk loopt. De Britse minister van Wetenschap David Willetts is echter fel tegen de overstap en vindt dat we de tijd moeten blijven bepalen “op het draaien van de aarde, niet op atoomklokken”.