Kruisvaarders veroveren de stad Sidon

Op 4 december 1110 wordt de havenstad Sidon ingenomen door koning Boudewijn I van Jeruzalem en koning Sigurd I van Noorwegen. Dit gebeurt in de nasleep van de Eerste Kruistocht, die plaatsvond van 1096 tot 1099. De stad, het huidige Saïda in Libanon, wordt na een beleg van 47 dagen ingenomen.

Noorse Kruistocht

In de zomer van 1110 arriveerde de Noorse vloot onder leiding van koning Sigurd I in Jeruzalem, waar Boudewijn van Boulogne sinds 1100 koning van was. Dit wordt ook wel de Noorse Kruistocht genoemd. Tijdens de Eerste Kruistocht werd Sidon ingenomen, maar de stad was terugveroverd door de Fatimiden in 1098. Koning Boudewijn vroeg koning Sigurd om hulp bij het opnieuw innemen van de stad en het uitbreiden van het Koninkrijk van Jeruzalem. Sigurd stemde hiermee in.

Beleg van Sidon

Op 19 oktober 1110 begon het beleg van Sidon. Koning Sigurd rukte uit met een vloot van zestig schepen. Met behulp van de vloot van Doge van Venetië vormde Sigurd een blokkade op zee waardoor de Egyptenaren hun islamitische bondgenoten in de stad niet te hulp konden schieten. Koning Boudewijn blokkeerde Sidon via land, waardoor de havenstad geheel afgesloten was. De bevolking verzette zich hevig tegen de Christelijke overheersers, maar na een beleg van 47 dagen moesten ze zich overgeven. Op 4 december 1110 werd Sidon ingenomen door de kruisvaarders.

Leenschap van de stad

Gelijk na de inname van de stad door koning Boudewijn en koning Sigurd werd het Leenschap van Sidon uitgeroepen. Op 19 december 1110 werd Eustatius I Grenier aangewezen als heer van de stad. De havenstad lag aan de Middellandse Zee waardoor het een gemakkelijk toegangspoort werd voor de Europese handel en kruisvaarders. Hierdoor kwam de stad tot bloei. Sidon werd een van de vier belangrijkste heerlijkheden van het Koninkrijk Jeruzalem. In 1187 nam Saladin van de Ajjoebiden de stad in. Hierna brak een onrustige periode aan. De stad werd van de 12e tot en met de 15e eeuw meerdere malen belegerd en vernietigd. Pas nadat het in de 16e eeuw werd ingelijfd bij het Ottomaanse Rijk groeide de stad weer uit tot belangrijk handelscentrum.