Politieke geschiedenis van de Republiek Turkije
Turkije bestaat na het uiteenvallen van het Ottomaanse Rijk al een eeuw in de huidige vorm. Hoe verliep de politieke geschiedenis van het land sindsdien?
Het ontstaan van het moderne Turkije
De Republiek Turkije kwam voort uit het Ottoaanse Rijk, dat tijdens de Eerste Wereldoorlog de kant koos van Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. Na de oorlog werd het Ottomaanse Rijk ontmanteld door de overwinnende, geallieerde partijen. Dit werd vastgelegd in het Verdrag van Sèvres. Het Ottomaanse rijk verloor al haar Arabische provincies, zoals Syrië, Irak, Libanon, Israël, Palestina, Transjordanië, Jemen en Saoedi-Arabië. Ook Anatolië (het Aziatische deel van het huidige Turkije) werd opgedeeld. Besloten werd dat de Turken alleen in een klein gebied rondom Ankara controle mochten uitoefenen.
De Turkse onafhankelijkheidsoorlog
De ervaren legerofficier Mustafa Kemal, ofwel Atatürk, verzette zich tegen dit verdrag, vormde een leger en begon de Turkse Onafhankelijkheidsoorlog. Mustafa Kemal slaagde er in heel Anatolië te veroveren en dwong eerst een wapenstilstand en vervolgens de Vrede van Laussanne (24 juli 1923) af. In het vredesverdrag werd de volledige terugtrekking van geallieerde troepen en de Turkse soevereiniteit over Anatolië bezegeld. Tevens werden de grenzen van het nieuwe Turkije vastgesteld. De laatste sultan, Mehmet V, was in 1921 gedwongen afgetreden en op 29 oktober 1923 stichtte Atatürk de Republiek Turkije, waar hij zelf de eerste president van werd. Hij werd in 1927, 1931 en 1935 herkozen en bleef president tot zijn dood in 1938.
De hervormingen van Atatürk
Het gedachtengoed van Atatürk staat bekend als het kemalisme. Onderdeel van dit kemalisme zijn: gerichtheid op het Westen, de republiek als regeringsvorm, een sterk nationalisme en een strikte scheiding van kerk en staat. Deze scheiding was één van Atatürks belangrijkste hervormingen: alle religieuze rechtbanken en scholen werden ontbonden. Daarnaast werd het dragen van religieuze hoofddeksels en sluiers buiten de moskee verboden en waren mannen en vrouwen voortaan gelijkwaardig voor de wet (zo kende Turkije al in 1924 vrouwenkiesrecht). In lijn met deze besluiten werd in 1928 het artikel dat de islam tot staatsgodsdienst benoemde, geschrapt uit de grondwet. Ook op andere terreinen voerde Atatürk vele veranderingen en hervormingen door. Zo maakte hij Ankara tot nieuwe hoofdstad van Turkije, verving hij het Arabische alfabet door het Latijnse, voerde hij achternamen in, maakte het basisonderwijs gratis en verplicht en verlichtte de belastingdruk voor boeren.
Kritiek op Atatürk
Hoewel Atatürk tot op heden in Turkije een haast mythische status geniet, was er ook kritiek op zijn bewind. Zo werden minderheden vanwege zijn nationalistische ideologie onderdrukt en was de conservatieve islamitische geestelijkheid het absoluut niet eens met zijn ‘antireligieuze’ besluiten. De belangrijkste kritiek op het bewind van Atatürk, was het ontbreken van een meerpartijenstelsel (buiten één experiment, de Liberale Partij die in 1930 werd opgericht en hetzelfde jaar opgeheven). Tegenwoordig leeft het gedachtegoed van Atatürk voort in de belangrijkste oppositiepartij van Turkije, de Republikeinse Volkspartij.
Tweede Wereldoorlog & Inönü’s meer partijenstelsel
Na zijn dood, in 1938, werd Atatürk opgevolgd door Ismet Inönü, een van zijn belangrijkste medestanders. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleef Turkije lang neutraal. In februari 1945 verklaarde Turkije de oorlog aan Duitsland. Inönü zette met zijn partij de eerste, wankele stappen richting een democratische republiek, door de verkiezingen in 1946 toegankelijk te maken voor meerdere partijen. Zijn eigen partij, de enige serieuze kandidaat, won en tot en met 1950 regeerde de republikeinse partij het land.
De militaire coup van 1960
Bij de eerste echte democratische verkiezingen in 1950 won voor het eerst een oppositiepartij, namelijk de Democratische Partij. Tijdens de eerste jaren van hun regering ging ging het Turkije voor de wind. Restricties die rond de islam waren ingevoerd werden versoepeld en de economie groeide. Eind jaren vijftig kreeg het land te kampen met enorme inflatie en kwam er steeds meer kritiek op het autoritaire regime van premier Menderes, die zowel de pers als de rechterlijke macht steeds meer aan banden legde. In 1960 pleegden militairen een coup. Ondanks internationale protesten werd premier Menderes ter dood veroordeeld wegens schending van de grondwet. Vervolgens installeerden de militairen een Comité van Nationale Eenheid, er, en schreven ze een nieuwe grondwet. In oktober 1961 werden vrije verkiezingen gehouden en trokken de militairen zich weer terug uit de politie.
Nog 2 staatsgrepen
De jaren zeventig en tachtig waren roerig, met bloedige botsingen tussen linkse en rechtse militanten. In 1971 In 1971 greep het leger weer in en werd Süleyman Demirel en zijn centrum-rechtse Adalet-partij afgezet. In 1973 werden er weer vrije verkiezingen georganiseerd. Weer volgden verschillende coalitieregeringen die slecht het hoofd konden bieden aan het extremistische geweld, vooral onder studenten. Er was veel straatterreur, en de werkeloosheid steeg, net als de inflatie. In 1980 pleegde het leger opnieuw een staatsgreep, waarna ze rigoureus het parlement ontbonden en de grondwet buiten werking stelden. Er kwam een verbod op politieke partijen en de staat van beleg werd afgekondigd. Een nieuwe grondwet werd vervolgens opgesteld, waarin democratische vrijheden en burgerrechten werden ingeperkt. Pas in 1983 werden er weer vrije verkiezingen uitgeschreven.
AKP
Sinds 2002 is de in 2001 opgerichte conservatief-democratische AKP (Partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling) van Erdogan de grootste partij van Turkije. Erdogan richtte eerder de Welvaartspartij op, die in 1998 werd verboden vanwege sympathie voor de Jihad. Volgens zijn tegenstanders is ook de AKP een confessionele (islamitische) partij die er op uit is op termijn de sharia in te voeren, maar Erdogan bestrijdt dat. Feit is dat de AKP rust, stabiliteit en economische groei wist te realiseren. Ook schafte de partij in 2002 de doodstraf af. Daar tegenover staat dat Erdogan, net als zijn voorgangers, beschuldigd wordt van het muilkorven van de pers, daarnaast zou hij zich schuldig hebben gemaakt aan corruptie en de manipulatie van opiniepeilingen.
Nieuw presidentieel stelsel
Op 10 augustus 2014 werd bekend dat Erdogan de eerste rechtstreekse presidentsverkiezingen heeft gewonnen. Dat is niet de enige verandering die het Turkse presidentieel stelsel ondergaat: waar de president tot nu toe vooral een ceremoniële functie had, wil Erdogan toewerken naar een stelsel zoals in Frankrijk. In dit land is de belangrijkste uitvoerende macht in handen van de president. Wat dit gaat betekenen voor Turkije als seculiere staat volgens Atatürk’s principes, zal de toekomst uitwijzen.
Machtsmonopolie
In juni 2015 had de AKP 18 zetels tekort voor een meerderheid in het parlement, wat betekent dat ze een coalitie moesten vormen met een andere partij. Volgens de oppositie heeft Erdogan niet zijn best gedaan een coalitie te smeden, omdat hij op zoek is naar een 'machtsmonopolie'. Door de behaalde meerderheid afgelopen zondag in het parlement (volgens de Turkse media 316 zetels voor de AKP), wordt dit machtsmonopolie waarschijnljik sneller werkelijkheid dan de oppositie had gehoopt.
Dit artikel verscheen al eerder op IG, maar is aangepast om het beter bij de actualiteit te laten aansluiten.
Bronnen:
www.nu.nl, Turkije kiest nieuwe president
www.umich.edu, Turkish History
www.nu.nl, Turkse kiesraad bevestigt zege Erdogan
nos.nl, Erdogan roept op tot verzoening
nl.wikipedia.org, Politieke geschiedenis van Turkije
nos.nl, Turkije van Ataturk tot Erdogan
en.wikipedia.org, History of the Republic of Turkey
Afbeelding:
nl.wikipedia.org, door Randam.