Route van de Germanen

Slag bij Orausio, grootste Romeinse nederlaag sinds Cannae

Op 6 oktober 105 v.Chr. leed het Romeinse leger een van de grootste nederlagen in de geschiedenis van het Romeinse Rijk. Twee Romeinse legers werden bijna geheel vernietigd door door twee Germaanse stammen afkomstig van Jutland. De twee stammen werden de Cimbren en de Teutonen genoemd en hun overwinning op de Romeinen vond plaats ergens in het gebied tussen Orausio, het huidige Orange, en de rivier de Rhône. Volgens Romeinse overleveringen kwamen er ongeveer 120.000 Romeinse troepen om het leven.

Aanleiding

De directe aanleiding van de slag bij Orausio was de migratie van twee Germaanse stammen uit Jutland; de Cimbri en de Teutonen. Zij waren buren, bondgenoten en mogelijk ook bloedverwanten en door hun migratie kwamen ze in conflict met Rome. Dit conflict ontaardde in een aantal veldslagen die samen de Cimbrische Oorlog genoemd worden. De eerste bronnen die de twee Germaanse stammen vermeldden, spreken van een Romeinse nederlaag in 113 v.Chr. bij het stadje Noreia in het huidige Oostenrijk. Vervolgens trokken de Germanen richting het westen naar Gallië.

De Germanen in Gallië

Gallië besloeg ongeveer het grondgebied van het moderne Frankrijk en was een rijk gebied. Voordat Julius Caesar heel Gallië veroverde tussen 58 v.Chr. en 51 v.Chr. stond het zuidelijke gebied van Gallië al onder invloed van de Romeinen. Door de intrede van de Cimbren en de Teutonen in het gebied, werden de machtsverhoudingen er flink verstoord. Het gevolg hiervan was dat verscheidene lokale stammen in opstand kwamen tegen hun Romeinse overheersers. Ook in de Zuid-Gallische stad Tolosa, vandaag de dag Toulouse, kwam men in opstand. De opstand werd snel weer neergeslagen door Romeinse troepen onder leiding van proconsul Quintus Servilius Caepio. Zijn leger bleef gestationeerd in Gallië uit voorzorg voor als de Germanen weer terug zouden keren. In 105 v.Chr. gebeurde dat inderdaad.

Tweedracht onder de Romeinen

Er waren op dat moment twee Romeinse legers in het gebied aanwezig. Een van deze stond nog steeds onder leiding van Caepio. Hij had de regio toebedeeld gekregen na zijn overwinning in Tolosa. Het andere leger stond onder leiding van consul Gnaeus Mallius Maximus. Officieel had Maximus een hogere rang dan Caepio. In Rome hadden oude adellijke families echter meer aanzien dan nieuwe en omdat Caepio uit een van die oude adellijke families kwam, weigerde hij zich ondergeschikt te maken aan Maximus, die tot een nieuwere adellijke familie behoorde. De twee generaals besloten daarom de regio in tweeën te splitsen, met de Rhône als middengrens. Het is niet duidelijk wie zich aan welke kant stationeerde.


Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!


Eerste contact

Het eerste contact tussen de Germanen en de Romeinen vond plaats toen een eenheid Romeinse verkenners de voorhoede van het Germaanse leger troffen. De Romeinen werden compleet overweldigd en werden gevangen genomen. Marcus Aurelius Scaurus, aanvoerder van de gevangen genomen eenheid, waarschuwde de Cimbrische koning Boiorix dat hij niet Italië moest binnenvallen omdat hij dan vernietigd zou worden door de macht van Rome. Boiorix liet hem hierop executeren.

Nieuws van de nederlaag

Toen Maximus van het nieuws hoorde was hij zeer bezorgd en gaf hij het bevel aan Caepio om zijn leger samen te voegen met het zijne. Caepio weigerde, maar stak wel de Rhône over en zette zijn kamp op tussen de Germanen en Maximus’ kamp. Het was juist nu zeer belangrijk voor de Romeinse legers om samen te werken, aangezien ze waarschijnlijk sterk in de minderheid waren. Als we de Romeinse overleveringen mogen geloven, dan bestond het Cimbrische en Teutoonse leger uit 300.000 man. Waarschijnlijk bestond het Romeinse leger uit iets meer dan 80.000 Romeinse troepen en nog eens 40.000 auxilia. Auxilia waren 'hulptroepen' die meestal bestonden uit niet-Romeinen. 

Caepio’s arrogantie

Caepio was bang dat Maximus alle eer zou opstrijken als de Romeinen het aanstaande gevecht zouden winnen van de Germanen. Hierom trok hij er vroegtijdig op uit met zijn leger om een wilde, ongeorganiseerde aanval uit te voeren. Zijn leger werd bijna compleet vernietigd, maar Caepio zelf kon ongedeerd ontkomen aan de Germanen. De Cimbri en Teutonen waren nu echter sterk aangemoedigd door hun makkelijke overwinning op het leger van Caepio en zetten gelijk de aanval in op het leger van Maximus. Het leger van Maximus had gezien hoe hun bondgenoten in de pan waren gehakt en was daarom sterk gedemoraliseerd. Vluchten was echter moeilijk omdat de Romeinen dan de Rhône over moesten. Daardoor zat het leger klem tussen de Germanen en de rivier. Ook Maximus’ leger werd genadeloos in de pan gehakt.

De nasleep

Romeinse historici schreven dat vrijwel het volledige 120.000-koppen-tellende Romeinse leger uitgeroeid werd. Een gigantische nederlaag, nog erger dan de beroemde nederlaag bij Cannae. Beide generaals overleefden de slag wel. Zij werden echter onteerd en Caepio werd zelfs gevangen gezet.

De nederlaag was een grote schok voor de Romeinen. Ze beschikten niet over genoeg manschappen om het leger in Gallië van voldoende versterkingen te voorzien. Ze hadden echter geluk. De Germanen trokken niet verder Italië in, maar besloten het Iberisch schiereiland binnen te vallen. Hierdoor hadden de Romeinen genoeg tijd om hun leger weer op te bouwen voordat de twee stammen in Gallië terug zouden keren in 103 v.Chr.. Uiteindelijk werden de Cimbri en Teutonen verslagen door de Romeinen tijdens de slag bij Aquae Sextiae en de slag bij Vercellae, in 102 v.Chr en 101 v.Chr respectievelijk. Hiermee kwam er een einde aan de Cimbrische Oorlog.

Bronnen: History of War, Kings and Generals.

Beschavingen: 

Landen: 

Tijdperken: 

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

Nu in de winkel

Het nieuwe nummer is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief. 

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.