Waarom worden burgemeesters benoemd door de koning?
Op 16 maart mogen veel mensen naar de stembus voor de gemeenteraadsverkiezingen. Hierbij stemmen ze voor de nieuwe gemeenteraad, maar niet voor een nieuwe burgemeester. Die wordt namelijk benoemd door de koning, of om precies te zijn door zijn vertegenwoordiger, de commissaris van de Koning. Waarom is dit zo, en gaat dit ook zo blijven?
De grondwet van 1848
In 1848 kreeg Nederland, met dank aan de staatsman Johan Rudolph Thorbecke, een moderne grondwet. Voor die tijd was Nederland een monarchie waar de koning het voor het zeggen had. Vanaf 1848 werd Nederland een constitutionele monarchie, waarin de echte macht bij het gekozen parlement (de Eerste- en Tweede Kamer) ligt maar de vorst nog wel een rol speelt. Een van die rollen werd het benoemen van burgemeesters. In de grondwet van 1848, die nog altijd een belangrijke basis vormt van onze huidige grondwet, stond namelijk dat de koning de burgemeesters zou benoemen. Echter, daar was op dat moment al wel veel discussie over, en zelfs Thorbecke zelf vroeg zich af of hij toekomstige bestuurders niet meer ruimte moest bieden voor de benoeming. Latere pogingen om de benoeming te wijzigen lijken hem gelijk te geven.
Groeiende invloed gemeenteraad
Tot in de jaren 1970 werden burgemeesters alleen benoemd door de commissarissen van de Koning(in). Gemeentes moesten het maar met die keuzes doen. Omdat gemeenteraden intensief samenwerken met burgemeesters wilden zij meer invloed op de benoemingen. Dit bleek mogelijk binnen het bestaande wetgeving, namelijk door de gemeenteraad een profielschets en een vertrouwenscommissie te laten opstellen.
Sinds 2001 is er een procedure voor het benoemen van een nieuwe burgemeester die ongeveer acht maanden duurt. De gemeenteraad schetst een profiel en het Ministerie van Binnenlandse zaken maakt van deze schets een vacature waarop mensen kunnen reageren. Ondertussen wordt een vertrouwenscommissie die bestaat uit leden van de gemeenteraad. De commissaris van de Koning voert vervolgens een screening van de kandidaten uit en gaat dan met de vertrouwenscommissie om de tafel zitten om te kijken welke sollicitanten in aanmerking komen voor een gesprek. De vertrouwenscommissie voert die sollicitatiegesprekken met de kandidaten en geeft daar advies over aan de gemeenteraad. Daarna stelt de gehele raadtwee kandidaten voor aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken, waarvan er één de voorkeur geniet. Deze keuze wordt bijna altijd overgenomen door het Ministerie en de commissaris van de Koning. Dat betekent dat de gemeenteraad de facto de meeste invloed heeft bij de keuze van de burgemeester.
Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!
De gekozen burgemeester: een heet hangijzer
Behalve veranderingen binnen het bestaande grondwettelijke kader zijn er ook meerdere pogingen geweest om de procedure zelf te veranderen. De meeste pogingen hiertoe waren erop gericht om de burgemeester direct gekozen te laten worden, net als de gemeenteraadsleden. Argumenten hiervoor zijn bijvoorbeeld dat burgemeesters veel macht hebben en dus verantwoording moeten afleggen aan de kiezers. De huidige manier van benoemen is volgens velen daarvoor te ondoorzichtig. Argumenten tegen zijn onder andere dat de burgemeester politiek neutraal moet zijn en dat dat lastig te bereiken is met een directe verkiezing.
Voorstellen om zo’n wijziging door te voeren, hebben vaak geleid tot felle debatten, maar haalden het tot nu toe nooit. Extra lastig hierbij is dat voor het wijzigen van de grondwet een twee derde meerderheid in de Tweede Kamer nodig is. In 2001 strandde een poging om de benoeming van de burgemeester helemaal uit de grondwet te verwijderen, en hetzelfde gebeurde in 2005 met een poging om de benoeming naar de Gemeentewet te verplaatsen. Uiteindelijk is het in 2018 toch gelukt om de benoeming uit de grondwet te halen, waardoor nu alleen nog maar een gewone Kamermeerderheid nodig is om de benoeming van burgemeesters te veranderen. Zolang die meerderheid er echter niet is blijft de status quo intact, waarin officieel de koning, maar de facto de gemeenteraad de nieuwe burgemeester kiest.
Bronnen
- Nederlandse Rechtsstaat, Artikel 131 - Aanstelling burgemeester en commissaris Koning
-
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Kroonbenoeming burgemeester