Home » Reportage
Konijnen Australië plaag

Australië worstelt al 150 jaar met konijnenplaag

Bij plagen denken we meestal al snel aan insecten of ongedierte, zoals sprinkhanen, ratten of de eikenprocessierups. In Australië worstelt men echter al 150 jaar met een heel ander soort plaag: namelijk zijn oncontroleerbare konijnenpopulatie. Naar schatting lopen er meer dan 200 miljoen konijnen op Australië rond. Wat voor ons schattige huisdieren zijn, zijn aan de andere kant van de aardbol vooral vervelende lastposten. Hoe is dit zo gekomen?

Oorspronkelijk komen er geen konijnen voor in Australië. Dit veranderde in de achttiende eeuw, toen de eerste Britse kolonisten zich op het eiland vestigden. Zij namen levende konijnen mee op hun schepen, om ze in geval van nood te kunnen slachten voor voedsel. Het ging hier echter om kleine aantallen, die bovendien in kooien werden vastgehouden. Zo veroorzaakten deze konijnen geen schade aan de natuur.

Konijnen uitgezet voor de jacht

Hier kwam in 1859 verandering in dankzij de Engelse Thomas Austin. Austin was naast een rijke grondbezitter ook een verwoed jachtliefhebber, die in zijn geboorteland Engeland regelmatig konijnenjachten georganiseerd had. In Australië had hij deze hobby tijdelijke moeten opgeven, maar na een paar jaar besloot hij hier verandering in te brengen. Daarom liet Austin dertien konijnen uit Europa overkomen, die hij vervolgens losliet in zijn weilanden. De landeigenaar hoopte dat deze zich zouden voortplanten, zodat hij regelmatig op jacht zou kunnen. Deze wens werd meer dan vervuld.


Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!


Konijnenpopulatie explodeert

Deze dertien konijnen veroorzaakten namelijk in de vijftig jaar daarop een ware konijnenexplosie in Australië. De omstandigheden waren hier namelijk uitzonderlijk gunstig voor deze knaagdieren. Dankzij de zachte winters konden ze zich tijdens het hele jaar voortplanten en de uitgestrekte weilanden betekende dat er voedsel in overvloed was. Bovendien kwamen natuurlijke vijanden van het konijn, zoals de vos, niet voor in Australië, wat nog verder bijdroeg aan de groei van de konijnenpopulatie. Binnen vijftig jaar telde Australië honderden miljoenen konijnen.

Dieren veroorzaken veel schade

In deze periode begonnen de konijnen steeds meer overlast te veroorzaken voor Australiërs. In tegenstelling tot bij insecten of slangen, kon men dit niet oplossen door een hordeur op te hangen. De konijnen veroorzaakten namelijk vooral schade buiten de meeste huizen. Zo vraten de dieren namelijk complete weilanden en akkers kaal. Hierdoor gingen niet alleen veel gewassen verloren, maar deze overbegrazing leidde ook tot een achteruitgang van de bodemkwaliteit. Hierdoor veranderden hele stukken grasland in kale vlaktes, met alle gevolgen van dien.

Rabbit-proof fence

Toen het probleem steeds duidelijker zichtbaar werd, probeerden de Australiërs de konijnenplaag in te dammen. De Australische regering liet tussen 1901 en 1907 zelfs een hek van meer dan 3.000 kilometer bouwen, om de landbouwgebieden in West-Australië te beschermen. Hoewel het Westen van Australië door het Rabbit-proof fence grotendeels konijnenvrij bleef, was het probleem in het oosten van het land hiermee nog niet opgelost. Pogingen om de konijnen met jagers terug te drijven haalden niets uit. Alleen al in 1869 schoten de Australiërs meer dan twee miljoen konijnen af, maar de konijnenpopulatie bleef onverminderd doorgroeien.

myxomatose konijnen

Regering zet virus in

In de jaren ’50 besloot de Australische regering van tactiek te veranderen. De situatie voor schapentelers dreigde namelijk onhoudbaar te worden, omdat de konijnen hun weilanden kaal graasden. Daarom gaf de Australische regering toestemming om de konijnenpopulatie met het myxoma virus terug te dringen. Myxomatose is een Zuid-Amerikaanse ziekte die ongevaarlijk is voor mensen, maar uiterst besmettelijk en dodelijk voor Europese konijnen. Ongeveer 90% van de konijnen die het virus opliepen stierf eraan. De Australische regering besloot deze ziekte nu doelbewust in te zetten om van de konijnenplaag af te komen.

Myxomatose veroorzaakt epidemie

In 1953 liet de Australische regering verschillende met myxomatose besmette konijnen uitzetten in het wild. In korte tijd veroorzaakte dit een epidemie op het hele continent. In slechts twee jaar tijd daalde het aantal konijnen van 600 miljoen naar 100 miljoen. Het was de eerste keer dat een virus bewust op zo’n grote schaal was ingezet.

Plaag nog steeds niet opgelost

Ondanks deze spectaculaire daling, was het toch niet genoeg. Na verloop van tijd werden de konijnen namelijk resistent tegen myxomatose, waardoor de sterfte afnam. In de jaren daarop steeg het aantal konijnen weer. Tijdens de twintigste eeuw zette de Australische regering nog verscheidene andere virussen in tegen de konijnen, maar telkens werden de dieren na verloop van tijd resistent. Het konijnenprobleem van Australië is tot op de dag van vandaag dan ook niet opgelost. Door virussen los te laten houdt de overheid de populatie nog enigszins in toom, maar of ze ooit van de plaag af zal komen is maar zeer de vraag.

Bronnen:

Afbeeldingen:

Ook interessant: 

Rubrieken: 

Landen: 

Tijdperken: 

Onderwerpen: 

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief. 

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

Nu in de winkel

Het nieuwe nummer is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt