Marianne van Oranje-Nassau lapte de huwelijksregels aan haar laars
Marianne van Oranje-Nassau, de dochter van koning Willem I der Nederlanden, had tijdens haar huwelijk een openlijke affaire met de koetsier. Met deze paardenmenner, Johannes van Rossum, leefde ze vanaf maart 1848 samen in een villa in het Zuid-Hollandse Voorburg, terwijl ze al meer dan achttien jaar getrouwd was met haar echtgenoot Albert.
De Nassaus leefden in ballingschap
Marianne kwam ter wereld op 9 mei 1810 in Berlijn. Haar jeugd was echter niet bepaald gelukkig. De ouderlijke aandacht ging vooral uit naar haar broers, die bijna twintig jaar ouder waren, waardoor Marianne enigszins verwaarloosd raakte. Het gezin had sowieso weinig tijd voor huiselijkheid, omdat de familie in na de stichting van de Bataafse Republiek en de Franse tijd in ballingschap leefde in Duitsland.
Marianne maakte zich moeilijk verstaanbaar
In 1814 keerde het tij en mocht vader Willem I zich vorst der Nederlanden noemen. Voor Marianne, echter, had hij geen tijd. De koning had het druk met het besturen van Nederland en België. De opvoeding van zijn dochter besteedde hij uit aan een gouvernante. Dat had echter consequenties voor Mariannes onderricht. Zoals wel meer Oranjes, sprak ze nauwelijks Nederlands.
Gedwongen in het huwelijksbootje
Op achttienjarige leeftijd verloofde Marianne in 1828 zich met een Zweedse prins Gustaaf Wasa. Marianne was echter niet de eerste keus van de Zweden. De prins was immers de zoon van een afgezette koning, waardoor het huwelijk bij de Zweden niet in goede aarde viel. En ook bij haar broer, de kroonprins schoot het aanstaande huwelijk in het verkeerde keelgat, waardoor het huwelijksschandaal ook binnen de koninklijke familie op een hooglopende ruzie uitliep. Zodoende kwam Marianne's neef Albert van Pruisen in beeld. De Pruissische prins was een politiek gezien interessante huwelijkskandidaat, omdat hij de jongere broer was van de Duitse keizer Wilhelm I. Onder grote politieke druk trouwde Marianne in 1830 daarom alsnog met Albert.
Een ongekend schandaal voor de Nassaus
Hoewel ze hem vijf kinderen baarde, voelde Marianne zich in het huwelijk met Albert niet gelukkig. Ze ging er in 1845 vandoor met de koetsier van haar verblijf in Voorburg, Johannes van Rossum. Deze was zelf ook reeds met een ander getrouwd en Van Rossum verliet zijn vrouw om met Marianne samen te wonen in Voorburg. Hun affaire betekende een ongehoord schandaal voor de koninklijke familie. Zeker omdat zowel Marianne als Van Rossum officieel nog met anderen waren getrouwd.
De kerk verbood Marianne een graf naast haar zoontje
De grond in Nederland werd het stel te heet onder de voeten. Marianne scheidde in 1849 van Albert en emigreerde met haar minnaar naar Sicilië. Op dit eiland kreeg van ze hem, na enkele maanden, een zoon die ze Johannes noemde. Het jongetje overleed echter al op twaalfjarige leeftijd. De wens van de ouders om na hun dood bij hun zoon begraven te worden, ging niet door. De kerk verleende hun hiervoor geen toestemming omdat Marianne en Van Rossum niet getrouwd waren.
Bronnen:
- L.A. Struik, Oranje in ballingschap 1795-1813 (2006)
- Digitaal Vrouwenlexicon: Marianne van Oranje-Nassau (1810-1883)
Afbeeldingen:
- Jan Philip Koelman via Wikimedia Commons
- Public domain via Wikimedia Commons