Zwarte Zaterdag: sinds wanneer staan we al in de file?
Als de vakantie aanbreekt lopen de landen in Noord-Europa leeg en vertrekt er een stoet aan volgepakte auto’s en caravans naar het Zuiden. Vaak resulteert deze ‘Zwarte Zaterdag’ in ellelange files en veel frustratie. Sinds wanneer doen we dit onszelf aan?
Reizen: nu voor iedereen
Vroeger konden alleen rijke mensen op reis. Ook voor de eerste ‘moderne toeristen was reizen nog een dure aangelegenheid. Reizen ging vooral per boot of met de trein. Alleen die middelen waren in staat om enigszins comfortabel relatief snel en met relatief weinig moeite grote afstanden af te leggen. Paard en wagen was voor grote afstanden vaak simpelweg te langzaam en te oncomfortabel. Toen de auto en vliegtuig in de tweede helft van de twintigste eeuw voor een bredere groep toegankelijk werden veranderden reizen voorgoed. Vrije dagen en vakantiegeld maakte het in de tweede helft van de 20e eeuw mogelijk dat in rijke landen vrijwel iedereen elk jaar op vakantie kon.
Zwarte Zaterdag
De term ‘Zwarte Zaterdag’ komt van de Franse verkeersdienst Bison Futé, die de drukte op de wegen aanduidt met een kleurensysteem. Groen is rustig, zwart is het drukst. Dat komt vooral voor als iedereen tegelijk op vakantie wil. Het is ook niet verwonderlijk dat de term uit Frankrijk komt, aangezien dat land veel toeristen te verwerken krijgt. Niet alleen gaan de Fransen zelf op vakantie en komen toeristen er massaal vakantie vieren, het ligt ook op de route naar andere populaire vakantiebestemmingen zoals Italië en Spanje. Tegenwoordig wordt de term echter ook gebruikt om vakantiedrukte in andere landen te beschrijven.
Met de auto
In de jaren 1960 kregen steeds meer gezinnen een auto, waardoor er vaker Nederlanders aan de Franse en Spaanse kusten waren te vinden. Vooral de Côte d'Azur was een populaire bestemming. In deze jaren doet ook het massatoerisme zijn intrede: in 1969 gingen nog maar iets meer dan tweehonderdduizend Nederlanders op vakantie naar Frankrijk, maar tien jaar later was dat al meer dan een miljoen.
Al snel doken de eerste problemen op: auto’s werden vaak tweedehands gekocht en konden de lange rit niet aan, en omdat reserveren op de camping nog niet gewoon was, kon het heel lang duren voordat je een plekje had. Grote gezinnen werden in kleine auto’s zonder airco gepropt. Met z’n vijven in een Fiat-500 kon gewoon, maar het belangrijkste was dat je ergens heenging. Het aantal inwoners van de Côte d'Azur verdubbelde tijdens de vakantieperiode. Ook dat zorgde voor problemen. Het riool en de waterzuivering konden dit nauwelijks aan.
Gelukkig ontdekten toeristen in de jaren daarna ook andere mooie vakantiebestemmingen, maar nog steeds is Frankrijk met 1,3 miljoen Nederlandse bezoekers de populairste vakantiebestemming. De traditie om zich in de zomer naar het zuiden te verplaatsen wordt nog door veel mensen in ere gehouden, blijkt ook uit de drukte rond Zwarte Zaterdag. Bepakt met kinderen, hagelslag en fietsendrager 3 fietsen daalt men af naar het zuiden. Dit jaar wordt komen er waarschijnlijk extra veel Zwarte Zaterdagen omdat toeristen vanwege de geschrapte vluchten op Schiphol vaker de auto pakken.