Totstandkoming van de boekdrukkunst
Voorafgaand aan de uitvinding van de boekdrukkunst werden teksten vermenigvuldigd door ze handmatig over te schrijven. In de middeleeuwen hielden zogeheten kopiisten, vaak kloosterlingen, zich maandenlang achtereen bezig met het handmatig ‘kopiëren’ van boeken. De uitvinding van de boekdrukpers in de 15e eeuw ontketende een revolutie in de verspreiding van kennis en ideeën.
Het handmatig overschrijven van boeken was letterlijk ‘monnikenwerk’, aangezien de boeken meestal rijkelijk van afbeeldingen voorzien moesten worden. Deze boeken waren zeer kostbaar en werden dan ook enkel in opdracht gemaakt. Een andere methode voor het vermenigvuldigen van boeken was het gebruiken van blokdrukken. Deze techniek werd vanaf de 8e eeuw in China ontwikkeld. Een groot nadeel was dat elke afzonderlijke pagina uit hout moest worden gesneden, en dat deze blokken vaak slechts één of enkele keren gebruikt konden worden. Deze buitengewoon tijdrovende en dure manier van drukken had zich in de 13e eeuw in beperkte mate over Europa verspreid, en kan als een voorbode van de 15e eeuwse boekdrukpers beschouwd worden.
Laurens Janszoon Coster
Over de boekdrukpers en de ‘ware’ uitvinder van de boekdrukkunst is door de eeuwen heen veel gediscussieerd. Zo werd in Nederland lange tijd geopperd dat deze eer toekwam aan de Haarlemse Laurens Janszoon Coster. In 1856 is er zelfs een bronzen standbeeld ter ere van hem opgericht op de Grote Markt in Haarlem. Er zijn echter nauwelijks schriftelijke bronnen die aantonen dat Coster de daadwerkelijke uitvinder was, en de mythe omtrent Coster lijkt voornamelijk gebaseerd te zijn op mondelinge geruchten uit de 16e eeuw. Over het algemeen wordt aangenomen dat Johannes Gutenberg uit het Duitse Mainz rond 1440 de eerste was die met losse loden letters de techniek van het drukken werkelijk beheerste. Hij komt eerder voor de titel ‘uitvinder van de (moderne) boekdrukkunst’ in aanmerking.
De drukpers van Gutenberg
Gutenberg was zeker niet de eerste die letters drukte in plaats van ze handmatig op te schrijven. Wel was hij de eerste die een praktisch bruikbare drukpers ontwikkelde. Als edelsmid was hij bekend met het gebruik van stempels om ijzerwerk of sierraden te versieren. Door deze techniek te combineren met bestaande kennis over het maken van blokboeken wist hij, na talloze experimenten met gegoten loden letters en inktsoorten, met behulp van een wijnpers de eerste gedrukte bladzijdes te maken. Door de losse loden letters in de juiste volgorde in een rek te plaatsen kon er een tekst gedrukt worden. Na het drukken werden de letters weer uit het rek gehaald en konden ze weer opnieuw gebruikt worden. Hierdoor werd het drukken van boeken een stuk gemakkelijker, goedkoper en sneller.
Kwantitatieve groei
De vinding van Gutenberg was niet bijzonder complex en vereiste weinig speciale technieken, waardoor het gebruik van de drukpers zich snel verspreidde. Rond 1480 waren er al meer dan 100 Europese steden in het bezit van een drukpers. Historici schatten dat er in de periode tot 1500 al zo’n acht miljoen exemplaren van 30.000 verschillende werken gedrukt zijn. In deze eerste periode zorgde de uitvinding van de boekdrukpers vooral voor een enorme groei van het aantal geproduceerde boeken. Er was nog geen sprake van een kwalitatieve bijdrage aan de literaire ontwikkeling. Veel drukkers waren namelijk bang een oplage niet te kunnen verkopen, en richtten zich daarom vooral op het drukken van bestaande, overbekende werken. Zo was de afzet gegarandeerd, omdat de populariteit van deze bekende werken al bewezen was.
Commercie
De drukkers gingen zich in de loop van de jaren steeds meer gedragen als uitgevers. Ze selecteerden teksten uit verschillende bronnen en voegden dit samen tot een nieuw werk. Langzamerhand vond er een verschuiving plaats in de thematiek van de meeste boeken. Waar de kopiisten zich vooral richtten op religieuze en klassieke werken, waren de thema’s van gedrukte boeken steeds gevarieerder. De algehele boekproductie werd steeds commerciëler en drukkers maakten van alles -als het maar verkocht werd. Ze drukten chique ingebonden wetboeken voor rechters, medische gidsen voor dokters, gebedenboeken voor de geestelijkheid en handzame papieren schoolboeken voor studenten. Drukkers ondervonden dat afbeeldingen de boekverkopen gunstig beïnvloedden, waardoor er in allerlei soorten boeken - van geschiedenisboeken tot pornografische werken - ook illustraties gedrukt werden.
De invloed van de drukpers is, net als de uitvinding ervan, een veelbesproken en discutabel onderwerp. Hoewel tot ver in de vroegmoderne tijd de mondelinge kennis- en cultuuroverdracht van belang bleef, heeft de drukpers tot op de dag van vandaag voor een ongekend grote verspreiding van ideeën, kennis, vaardigheden en opinies gezorgd.
Meer lezen over Coster, Gutenberg en andere 'uitvinders' van de boekdrukkunst? In Geschiedenis Magazine 2 van 2019 vertellen we meer over de 'strijd' om de uitvinder van de boekdrukkunst.
Leestip:
Profijtelijke boekskens – Boekcultuur, geloof en gewin. Historische Studies
Auteur: Willem Heijting
Uitgever: Verloren
ISBN: 9789065509895
Winkelprijs: €29,–
Bronnen
- Literatuurgeschiedenis.nl, Boekdrukkunst (…)
- Humanistische Canon/Bert Gasenbeek, Verspreiding van kennis (…)
- Joost Robbe, De literaire aspecten van de Costerlegende (…)
- John McKay, A History of Western Society (Boston 2008)
- István Bejczy, Een kennismaking met de middeleeuwse wereld (Bussum 2009)
Afbeeldingen
- Wikimedia Commons, Printing press (…), 30-06-1877
- Wikimedia Commons, Gutenberg Bible (...), 1455