Grootste mijnrampen uit de geschiedenis

Mijnwerker is een gevaarlijk beroep. Er hebben veel mijnrampen in de geschiedenis plaatsgevonden, soms vielen er wel honderden slachtoffers.

Mijnramp in Marcinelle

Eén van de grootste mijnrampen uit de Europese geschiedenis was die in het Belgische Marcinelle. Op 8 augustus 1956 brak in de kolenmijn Le Bios du Cazier bij Marcinelle brand uit. Maar liefst 262 mannen en trekpaarden zaten gevangen. Allen kwamen om het leven. Zes mannen konden nog net ontsnappen voordat de vluchtwegen waren afgesloten.

Onder de slachtoffers waren 136 Italiaanse gastarbeiders. De Italiaanse regering zegde derhalve meteen het immigratiecontract met België op. De ramp zorgde ervoor dat de veiligheidseisen werden aangescherpt in de Europese gemeenschap. Toch werd de mijn pas in 1967 officieel gesloten.

Mijnramp in Courrières

De grootste mijnramp uit de Europese geschiedenis is die van 1906. Op 10 maart dat jaar vond ’s ochtends vroeg een explosie plaats in de mijn van de Franse gemeente Courrières. Bij de ramp kwamen maar liefst 1099 mijnwerkers om het leven.

Twintig dagen na de ramp werden nog dertien mensen gered die de ramp hadden overleefd door zich te goed te doen aan een paard dat met hen in de mijn gevangen zat. Op 4 april kwam de laatste overlevende naar boven. Na de ramp gingen ongeveer 45.000 mijnwerkers staken. De stakingen duurden bijna twee maanden waarna de mijnwerkers weer aan het werk gingen.

Mijnramp in Benxi

Buiten Europa vond een nog grotere mijnramp plaats, namelijk die in de Chinese plaats Benxi in 1942. Elke dag gingen bijna 5.000 Chinezen onder erbarmelijke omstandigheden de mijnen in, die in 1905 gebouwd waren. Benzi ligt in de regio Mantsjoerije en de kolenmijnen waren daar al lange tijd bezet door de Japanners. Op 26 april 1942 brak door een enorme gasexplosie brand uit in de kolenmijnen.

Op die dag waren 4500 mijnwerkers aan het werk. Het vuur verspreidde zich dusdanig snel dat de Japanners besloten de ingangen te blokkeren om te voorkomen dat de vlammen uit de mijn zouden schieten. Maar liefst 1.549 mijnwerkers kwamen die dag om het leven. Volgens ooggetuigen lag het dodenaantal echter rond de 3.000. De lichamen werden later in een massagraf gegooid.