Vliegende Hollander; Nederlands spookschip van Engelse makelij
Hij duikt plotseling op, meestal in de wateren rondom Zuid-Afrika. Met bloedrode zeilen vaart het schip tegen de wind in. Om de grote mast zweeft een grote zwarte vogel. Er is geen bemanning te zien, behalve een sombere figuur op de kampanje. Het is een bode van onheil. Het schip dat de Vliegende Hollander ontmoet, moet in de dagen daarna vrezen voor rampspoed.
De legende
Er zijn verschillende versies van de legende in omloop. Details en namen verschillen, maar alle verhalen vertellen in grote lijnen hetzelfde. Rond Pasen van het jaar 1676 lag schipper Willem van der Decken met zijn pinas in een haven. Al dagenlang had het gestormd, zodat niemand de haven kon verlaten. Van der Decken stond bekend om zijn snelle overtochten van Nederland naar Oostindië, en raakte zwaar gefrustreerd door het oponthoud. Daarom besloot hij om om eerste paasdag toch uit te varen. Tegen de wil van zijn bemanning in. Gewaarschuwd om op deze heilige dag toch niet uit te varen riep van der Decken: “Al zou ik tot in eeuwigheid moeten varen, ik vaar!” Terwijl het schip de haven verliet verstarde de kapitein. De zeilen bolden zich tegen de wind in, en een zwarte vogel verscheen, als om het schip te leiden. Het schip voer uit, maar kwam nooit aan. Jaren later begonnen zeelieden te beweren dat ze een geheimzinnige ouderwetse driemaster hadden gezien, die tegen de wind inzeilde. In de dagen erna volgde er dan altijd rampspoed, variërend van storm en tegenwind, tot dodelijke ongelukken of zelfs schipbreuk. De Vliegende Hollander was ongetwijfeld een onheilsbode.
Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!
Waarnemingen
Tot zover de legende. Niets meer dan een zeemansverhaal zoals er wel meer zijn. Het interessante aan de Vliegende Hollander is dat er tot in de twintigste eeuw rapporteringen zijn van zeelieden die het schip claimen te hebben gezien. En niet van de minsten: de Engelse prins George, de latere koning George V (1865-1936) zou op 14 februari 1881 het schip gezien hebben. De prins had dertien getuigen om zijn verhaal te staven. George diende als adelborst op de HMS Bacchante. Onderzoek van het scheepsjournaal wees uit dat de waarneming van het spookschip er niet in staat. Wel was die dag een man uit de mast gevallen en overleden. Volgens het verhaal omdat hij geschrokken was van het spookschip. Heeft de prins hier, door de schok van de gebeurtenis, een verhaal verzonnen?
Propaganda?
George kende het verhaal van de Vliegende Hollander ongetwijfeld. Het was volgens de schrijver Thomas Moore (1779-1852) al aan het eind van de 18e eeuw een bekend bijgeloof onder zeelieden. Toen al waren er literaire verwijzingen, zoals in The Rime of the Ancient Mariner uit 1798 van Samuel Taylor Coleridge (1772-1834). In het begin van de 19e eeuw komt het verhaal meer uitgewerkt in de literatuur voor. Het lijkt erop dat het van oorsprong een Engels verhaal is, dat later in Nederland is geadopteerd. Gezien het feit dat in de 17e en 18e eeuw Nederland en Engeland nog heftig concurreerden op zee, kan het verhaal wel eens bedacht zijn om te laten zien dat die Hollanders zelfs God niet eerbiedigden in hun streven naar winst. Een propagandastunt dus, maar dat is moeilijk te bewijzen. In Nederland werd het verhaal van de Vliegende Hollander al snel één van de bekendste volksverhalen. Terneuzen zou, volgens sommigen, de stad zijn waar Willem van der Decken vandaan zou komen. De Engelse schrijver Frederick Marryat (1792-1848), die een tijdlang in Terneuzen woonde, beweerde in zijn boeken dat van der Decken echt bestaan had, maar dat is opnieuw een Engels getuigenis. In de archieven zijn over het leven van Decken geen bewijzen gevonden.
Nederlands erfgoed
Dit neemt niet weg dat de Vliegende Hollander een belangrijke plaats inneemt in folklore en in de Nederlandse geschiedenis. 'The Flying Dutchman' was de slogan van de KLM in de jaren '50 en ook Anthony Fokker (1890-1939) werd zo genoemd. Nederlandse piloten in de RAF tijdens de Tweede Wereldoorlog kregen soms ook deze bijnaam, net als andere bekende Nederlanders, zoals voetballer Robin van Persie en violist André Rieu. Het verhaal komt in de folklore op onnoemelijk veel plaatsen voor. Zoals in de opera van Richard Wagner (1843), strips zoals die van Kapitein Rob en Donald Duck, vele boeken en verhalen, en ook in film, zoals in de trilogie van Pirates of the Carribean. Zelfs de Efteling heeft een attractie die verwijst naar deze oude sage.
Afbeeldingen
commons.wikimedia.org Flying Dutchman