Vrouwen in de Tachtigjarige Oorlog
Themamaand Tachtigjarige Oorlog – Filips II, Willem van Oranje en de Hertog van Alva. Ze delen twee gelijkenissen: ze vervulden een cruciale rol tijdens de Tachtigjarige Oorlog én ze zijn man. In de strijd om de Spaanse overheersing speelden ook een paar vrouwen een belangrijke rol. Om wie ging het?
1. Margaretha van Parma: landvoogdes over de Nederlanden
Margaretha van Parma (1522-1586) vervulde tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) namens de Spaanse koning Filips II (1527-1598) een belangrijke bestuurlijke rol. In 1559 stelde haar halfbroer Filips haar aan als landvoogdes van de Nederlanden. Op verzoek van Nederlandse edelen, die haar het Smeekschrift der Edelen overhandigden, vroeg ze Filips om de inquisitie in de Nederlanden aan te passen en om te stoppen met de vervolging van calvinisten. Uiteindelijk kwam Margaretha hen tegemoet. De onrust in de Nederlanden nam in 1566 toe, toen katholieke kerken werden vernield tijdens de Beeldenstorm. Margaretha van Parma werd snel daarna vervangen door de Hertog van Alva (1507-1582), die van Filips II de opdracht kreeg om de opstand de kop in te drukken. Margaretha protesteerde tegen zijn komst, maar had weinig andere opties dan haar ambt neer te leggen. Ze vertrok hierna naar Italië, waarna ze in 1580 terugkeerde naar de Nederlanden. De militaire macht lag voortaan echter in handen van haar zoon, Alexander Farnese (1545-1592). De rol van Margaretha was uitgespeeld. In 1586 overleed Margaretha.
2. Kenau Simonsdochter Hasselaer: Haarlems trots
Kenau Simonsdochter Hasselaer ( 1526-1588) gaf op haar achttiende het ja-woord aan scheepsbouwer Nanning Borst, waarna ze zelf ook schepen ging bouwen. Kenau was in 1572 betrokken bij het Beleg van Haarlem, maar historici zijn er niet over eens welke rol ze precies vervulde. Wel is duidelijk dat Kenau zich zeer heldhaftig gedroeg tegenover de Spanjaarden en dat ze graag provoceerde. De Friese geleerde Johannes Arcerius beschreef haar als volgt: ‘een zeer mannelijke vrouw, die met recht een Manninne genoemd mag worden, … [die] met arbeid, wapens en tegenweer het algemene welzijn voorstond en met spijt en schimpen de vijand onophoudelijk tergde.’ Kenau werd na haar acties als een heldin onthaald. Toch besloot ze om Haarlem in te ruilen voor Delft en Middelburg. Kenau liet na haar dood nog haar sporen achter, want de naam wordt tegenwoordig nog altijd gebruikt voor een bazige vrouw. Ze overleed in 1588 tijdens een reis naar Noorwegen.
3. Magdalena Moons: de redder van het Leidens Ontzet
De Haagse Magdalena Moons (1541-1613) was de geliefde van de Spaanse legerleider Francisco de Valdez, die vanuit Den Haag het bevel gaf voor het Beleg van Leiden (1573-1574). Ze smeekte de Valdez om de belegering van Leiden in 1573 een dag uit te stellen. In ruil daarvoor zou ze hem het ja-woord geven. De Valdez stemde hiermee in, maar dit bleek voor hem niet de juiste zet. De geuzen hadden in de tussentijd alle kans om Leiden onder water te zetten. Dat dit een goede tactiek was, bleek ook twee jaar eerder tijdens de verovering van Den Briel op 1 april 1572. De de sluwe truc van Magdalena zou een grotere hongersnood in Leiden hebben voorkomen en daarmee ook de erbarmelijke omstandigheden waarin de Leidenaren verkeerden. De heldendaad van Magdalena werd na haar dood in 1613 echter sterk in twijfel getrokken door historici vanwege een gebrek aan schriftelijke bronnen.
Afbeelding:
Wikimedia Commons: Kenau Simonsdochter Hasselaar