Home » Reportage
Monument voor Adolphe Max in Brussel

5 belangrijke Brusselaars tijdens de Eerste Wereldoorlog

Als er bijzondere dingen gebeuren, staan er vaak ook bijzondere personen op die een rol opeisen. Tijdens de Eerste Wereldoorlog gebeurde dat in Brussel ook. Deze vijf Brusselaars speelden een belangrijke rol Brussel tussen 1914 en 1918.

Koning Albert I koning soldaat

Koning Albert I (koning-soldaat) van België

Toen de Belgische troepen zich onder druk van de Duitse opmars steeds verder moesten terugtrekken, ging de Belgische regering in ballingschap in het Franse Le Havre. De koning bleef echter in België en betrok een villa in het kustdorpje De Panne, slechts enkele kilometers van het front aan de IJzer. Vanuit daar leidde hij als opperbevelhebber de strijd, waarbij hij zich ook in de loopgraven begaf. Dit maakte de koning ongekend populair en hij kreeg al snel de bijnaam ‘koning-soldaat’. Hoewel de koning zich daarmee actief in de strijd mengde, onderhield hij ook in het geheim contacten met onderhandelaars aan beide zijden van het front. Geconfronteerd met de vernietiging van de strijd, maar ook de barre omstandigheden die in de bezette gebieden heerste, zocht Albert tevergeefs naar een uitkomst waarbij er geen winnaars en geen verliezers zouden zijn.

Aan het eind van de oorlog, nam Koning Albert persoonlijk het bevel over de legergroep Vlaanderen op zich. Deze gecombineerde legereenheid bestond uit Belgen, Fransen en Britten en voerde het laatste geallieerde offensief door België aan. Na zijn heldenontvangst in Brussel, wachtte hem de taak om het land weer op te bouwen. Al bij zijn toespraak ter gelegenheid van de wapenstilstand op 11 november 1918, kondigde de koning daarom grote sociale hervormingen aan.

Koningin Elisabeth van België

Koningin Elisabeth van België

Ook koningin Elisabeth was actief betrokken bij de oorlog, en hoewel ze van huis uit een Beierse (Duitse) gravin was, werd ze als Belgische koningin immens populair tijdens de oorlogsjaren. Al voordat het oorlogsgeweld losbarstte, bemoeide ze zich hoogstpersoonlijk met de diplomatieke ontwikkelingen en schreef persoonlijk een brief aan de Duitse keizer, in een poging de Belgische neutraliteit te beschermen.

Toen de oorlog eenmaal was losgebarsten, zette de koningin zich actief in aan de zijde van haar man. Ze hield zich hoogstpersoonlijk bezig met de verzorging van gewonde soldaten. Zodoende bevond ze zich vaak vlak achter de linies, dichtbij het krijgsgewoel. Ook onderhield de koningin directe contacten met de Britten. Onder het voorwendsel van bezoekjes aan haar in Groot Brittannië studerende kinderen, bracht ze veel boodschappen over van het opperbevel van het Belgische leger naar het opperbevel van het Britse leger.

Adolphe Max

Burgemeester Adolphe Max

Toen de Duitse troepen op 4 augustus 1914 België binnentrokken, wierp burgemeester Adolphe Max zich op als beschermer van de Brusselse bevolking. De stad was geen militair bolwerk, maar toch vreesde de burgemeester dat zijn stad zoals verschillende andere Belgische steden zou worden gebombardeerd. Om de Brusselaars daar tegen te beschermen, riep de Adolphe Max zowel de Duitsers, als de Brusselaars zelf op om geen geweld te gebruiken. Aan die oproep werd door beide partijen gehoor gegeven.

Tijdens de bezetting van de stad, bleef de burgemeester op zijn post in het stadhuis. Vanuit daar probeerde om de rechten van de Brusselse bevolking te beschermen. Zo hij weigerde bijvoorbeeld te voldoen aan de betalingen die de Duitsers van de stad eisten. Dat leidde tot conflict met de Duitsers, die Aldolphe Max in september 1914 arresteerden. De rest van de oorlog bracht de burgemeester van Brussel in Duitse gevangenissen door. Pas op 13 november 1918 kwam hij vrij. Toen hij in Brussel terugkeerde, werd hij als een held ontvangen.

Edith Cavell

Edith Cavell

De Britse Edith Cavell had toen de oorlog uitbrak leiding over de Belgische verpleegstersschool in Brussel. Na de bezetting door de Duitsers, bleef ze daar gewonde soldaten verzorgen. Duitsers, maar in het geheim ook geallieerde soldaten. Ze wist zelfs een vluchtroute op te zetten waarlangs herstelde soldaten via Nederland terug konden keren naar Engeland. Van Duitse soldaten wist ze in gesprekken militaire geheimen te ontfutselen, die ze doorspeelde aan de geallieerden. De praktijken van Edith Cavell werden echter ontdekt door de Duitsers, waarschijnlijk doordat de Duitsers bedankbrieven met een té duidelijke inhoud in handen kregen. In 1915 werd Edith Cavell gearresteerd en ter dood veroordeeld. De ambassadeurs van het neutrale Spanje en de toen nog neutrale Verenigde Staten probeerden de Duitsers nog op andere gedachten te brengen, maar op 12 oktober 1915 werd Edith Cavell door een vuurpeloton ter dood gebracht. De executie van Edith Cavell zorgde voor grote verontwaardiging in Engeland.

Antoine Depage

De verpleegstersschool waar Edith Cavell werkte, was het geesteskind van Antoine Depage. Als medewerker van het Rode Kruis bezocht hij de frontlinies van de Balkanoorlogen, waar hij al veel informatie en kennis opdeed over het verzorgen van oorlogsverwondingen. Depage begon in 1914 op aandringen van Koningin Elisabeth met het hervormen en vooral verbeteren van de Belgische medische zorg. Kort na het begin van de oorlog zette Antoine Depage een noodhospitaal in een vleugel van het koninklijk paleis in Brussel die daarvoor door Koningin Elisabeth was vrij gemaakt. Later reisde hij via Nederland naar Calais, om aan de geallieerde kant van het front de verzorging voor gewonden achter het front te regelen.

In De Panne zette hij een groot militair hospitaal op. Dat hospitaal werd door Antoine Depage zo efficiënt georganiseerd dat het een voorbeeld werd voor andere oorlogshospitalen. Tijdens zijn werkzaamheden werd Antoine Depage gesteund en bijgestaan door zijn vrouw Marie Picard, die in 1915 naar de Verenigde Staten trok om geld in te zamelen voor het werk van haar man. Haar terugreis werd haar noodlottig. Ze scheepte in aan boord van de Lusitania, die door een Duitse duikboot werd getorpedeerd. Marie Picard verdronk met het schip, maar haar lichaam werd geborgen en door haar man begraven in de duinen bij De Panne. Koning Albert en Koningin Elisabeth waren bij haar begrafenis.

Ook interessant: 

Partners: 

Landen: 

Tijdperken: 

Onderwerpen: 

nu in de winkel

Het nieuwe nummer is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief. 

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

De ‘Great White Fleet’: Amerikaans spierballenvertoon

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 3 oktober 23:59 u. een abonnement.

200 jaar redders op zee - jubileum KNRM

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 3 oktober 23:59 u. een abonnement.